I
NSTALLATIE
2.4
Het toestel ophangen
nl
nl-10
Algemene aanwijzingen
Opmerking:
n
Bescherm het toestel gedurende de montageperi-
ode tegen beschadigingen en inval van stof, cement
e.d. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld de verpakking.
2.4.1 Plaats van het toestel bepalen
•
Verzeker u ervan dat de constructie waaraan het toestel
opgehangen gaat worden, minimaal 4 keer het gewicht van
het toestel kan dragen. Het gewicht is aangegeven op het
typeplaatje.
•
Hang het toestel zo veel mogelijk in het midden van de
ruimte.
•
Het toestel moet vrij in de ruimte hangen. Let op de vol-
gende maten:
MAAT
OMSCHRIJVING
H
installatiehoogte
I
minimale afstand tussen toe-
stel en plafond
J
minimale afstand tot wanden
Waarschuwing:
w
De bovenkant van het toestel kan heet wor-
den. Het toestel moet tenminste 20 cm vrij-
gehouden worden van het plafond.
C
ASSETTE UNIT
MINIMALE WAARDE
200 cm
20 cm
1 m