Koffiemachines inbouwen
Letselrisico door ondeskundige
bediening.
Er bestaat letselrisico door een niet-
ingebouwd en derhalve niet-beves-
tigd toestel.
De koffiemachine mag uitsluitend in
ingebouwde toestand worden ge-
bruikt.
Kans op schade door ondeskun-
dige bediening.
Als niet wordt voldaan aan de vereis-
ten voor de omgevingstemperatuur,
werkt de koffiemachine mogelijk niet
naar behoren.
De koffiemachine mag alleen worden
gebruikt bij een omgevingstempera-
tuur tussen +16 °C en +38 °C.
De minimale inbouwhoogte bedraagt
850 mm.
De deur moet ten minste 120° kun-
nen worden geopend. Zoniet, kan
het linker bonenreservoir niet worden
uitgenomen.
Controleer of tussen de wand of een
ander nabijgelegen object en de koffie-
machine minstens 299 mm ruimte be-
schikbaar is. De deur kan anders niet
ver genoeg worden geopend om het lin-
ker bonenreservoir uit de automaat te
kunnen nemen (deuropeningshoek van
minstens 120°).
Voor de inbouw is een TX 20-schroe-
vendraaier benodigd.
Tip: Plaatsing van de koffiemachine op
nishoogte wordt aanbevolen. U kunt het
toestel dan gemakkelijker aansluiten op
het elektriciteits- en waterleidingnet.
Aansluiten op het elektriciteits- en
waterleidingnet
Neem de aanwijzingen in de hoofd-
stukken "Verswateraansluiting" en
"Elektrische aansluiting" in acht.
Sluit de koffiemachine aan op het
elektriciteits- en waterleidingnet.
De koffiemachine plaatsen en bijstel-
len
Als u het toestel in de nis schuift,
mogen de elektrische aansluiting en
de aansluiting op het waterleidingnet
niet ingeklemd of beschadigd raken.
Schuif de koffiemachine tot aan de
aanslag in de inbouwnis.
Controleer of het toestel in het mid-
den van de nis en goed recht staat.
Stel het toestel bij.
Installatie
111