10.9
Brander controleren
1.
Controleer het oppervlak van de brander (1) op eventu-
ele beschadigingen. Als dit het geval is, vervang dan de
brander.
2.
Bouw een branderflensafdichting (3) in.
3.
Controleer de isolatiemat (2) aan de branderflens. Als u
tekenen van schade vaststelt, vervang dan de isolatie-
mat.
10.10 Ontstekingselektrode controleren
6
5
4
3
2
1
1.
Klem de aansluiting (2) en de massakabel (1) af.
2.
Verwijder de bevestigingsschroeven (3).
3.
Verwijder de elektrode (4) voorzichtig van de verbran-
dingskamer.
4.
Controleer of de elektrode-uiteinden (6) onbeschadigd
zijn.
0020231718_02 ecoTEC pure Installatie- en onderhoudshandleiding
5.
Reinig en controleer de spleet tussen de elektroden.
–
6.
Controleer of de afdichting (5) vrij van beschadigingen
is.
▽
10.11 Sifonbeker reinigen
1
2
3
1.
Maak het onderste deel van de sifon (1) los uit het bo-
venste deel van de sifon (2).
2.
Verwijder de vlotter (3).
3.
Spoel de vlotter en het onderste deel van de sifon met
water af.
4.
Vul het onderste deel van de sifon tot 10 mm onder de
bovenkant van de condensafvoerleiding met water.
5.
Plaats de vlotter (3) weer.
6.
Maak het onderste deel van de sifon (1) vast in het bo-
venste deel van de sifon (2).
10.12 Zeef in koudwateringang reinigen
Geldigheid: Product met geïntegreerde warmwaterbereiding
1.
Sluit de hoofdkoudwaterleiding.
2.
Maak het toestel aan warmwaterzijde leeg.
3.
Verwijder het aansluitstuk op de aansluiting voor de
koudwatertoevoer van het product.
4.
Reinig de zeef in de koudwateringang zonder hem eruit
te halen.
Inspectie en onderhoud 10
Afstand van de ontstekings- en vlamregelingselek-
trodes: 3,5 ... 4,5 mm
Vervang indien nodig de afdichting.
2
C
A
1
Aanwijzing
Controleer of de vlotter aanwezig is in de
condenswatersifon.
B
3
37