9 Verhelpen van storingen
9.4
Foutgeheugen wissen
1.
Wis het foutgeheugen met de diagnosecode d.94.
2.
Stel een diagnosecode in. (→ Pagina 22)
Diagnosecodes - overzicht (→ Pagina 40)
9.5
Parameters naar fabrieksinstellingen
resetten
1.
Zet alle parameters met de diagnosecode d.96 naar de
fabrieksinstelling terug.
2.
Stel een diagnosecode in. (→ Pagina 22)
Diagnosecodes - overzicht (→ Pagina 40)
9.6
Reparatie voorbereiden
1.
Stel het product buiten bedrijf.
2.
Verbreek de verbinding van het product met het elektri-
citeitsnet.
3.
Demonteer de voormantel. (→ Pagina 11)
4.
Sluit de gaskraan.
5.
Sluit de onderhoudskranen in de CV-aanvoer en CV-
retour.
6.
Sluit de onderhoudskraan in de koudwaterleiding.
7.
Maak het product leeg om hydraulische componenten
(→ Pagina 35) te vervangen.
8.
Zorg ervoor dat er geen water op stroomvoerende on-
derdelen (bijv. de elektronicabox) druppelt.
9.
Gebruik alleen nieuwe afdichtingen.
9.6.1
Reserveonderdelen aankopen
De originele componenten van het product werden in het ka-
der van de conformiteitskeuring door de fabrikant meegecer-
tificeerd. Als u bij het onderhoud of reparatie andere, niet
gecertificeerde of niet toegestane delen gebruikt, dan kan dit
ertoe leiden dat de conformiteit van het product vervalt en
het product daarom niet meer aan de geldende normen vol-
doet.
We raden ten stelligste het gebruik van originele reserveon-
derdelen van de fabrikant aan, omdat hierdoor een storing-
vrije en veilige werking van het product gegarandeerd is. Om
informatie over de beschikbare originele reserveonderdelen
te verkrijgen, kunt u zich tot het contactadres richten, dat aan
de achterkant van deze handleiding aangegeven is.
▶
Als u bij het onderhoud of de reparatie reserveonderde-
len nodig hebt, gebruik dan uitsluitend originele reserve-
onderdelen die voor het product zijn toegestaan.
30
9.7
Defecte componenten vervangen
9.7.1
Brander vervangen
1.
Maak de vier schroeven (1) aan de brander los.
2.
Haal de brander eraf.
3.
Monteer de nieuwe brander met een nieuwe afdichting
(2).
9.7.2
Ventilator of gasblok vervangen
1
2
3
4
5
7
1.
Haal de luchtaanzuigbuis eraf.
2.
Trek de stekker van het gasblok (7).
3.
Trek de stekker(s) (6) en (9) aan de ventilatormotor eraf
door de grendelnok in te drukken.
4.
Schroef de aansluiting aan het gasblok (8) eraf.
5.
Schroef drie schroeven (2) - (4) tussen mengbuis (1) en
ventilatorflens eruit.
Installatie- en onderhoudshandleiding ecoTEC pure 0020231718_02
1
2
8
6
9