8. Steek het nieuwe papierelement in het schuimelement
(Fig. 23).
9. Monteer het nieuwe luchtfilter (Fig. 23).
10. Monteer het deksel en zet dit goed vast (Fig. 23).
Onderhoud van de bougie
Controleer de bougie om de 25 bedrijfsuren. Gebruik een
Champion RC12YC bougie of equivalent type.
1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende delen
tot stilstand gekomen zijn.
2. Maak de bougiekabel los van de bougie (Fig. 13).
3. Reinig de omgeving van de bougie en verwijder de
bougie uit de cilinderkop
Important
Als de bougie gebarsten of vuil is, moet
deze worden vervangen. U mag de elektroden niet reinigen
omdat hierdoor gruis in de cilinder terecht kan komen. Dit
kan leiden tot beschadiging van de motor.
4. Stel de elektrodenafstand in op 0,50 mm (Fig. 24).
1
Figuur 24
1. 0,50 mm
5. Plaats de bougie en de pakkingafdichting.
6. Draai de bougie vast met een torsie van 20 Nm.
7. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
De kabel van de zelfaandrijving
afstellen
Wanneer u de hoogte van de handgreep verandert, de kabel
van de zelfaandrijving vervangt of als de tractiedrijfriem
slipt, moet u deze kabel afstellen.
1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende delen
tot stilstand gekomen zijn.
2. Verwijder de kap.
3. Draai de moer van de kabelsteun los (Fig. 25).
1. Kabelmantel
2. Kabelbeugel
4. Duw de beugel van de aandrijving omlaag totdat deze
tegen de maaimachine aankomt en houd hem in die
stand (Fig. 26).
1. Beugel van aandrijving
5. Houd het bovenstuk van de handgreep zo ver mogelijk
986
naar achteren getrokken en de beugel van de aan-
drijving omlaag, en trek dan de kabelmantel omlaag
(naar de maaimachine toe) om alle speling uit de kabel
te halen (Fig. 25).
6. Draai de moer van de kabelsteun vast (Fig. 25).
7. Laat de beugel van de aandrijving los.
8. De drijfriemkap terugplaatsen.
De wielen smeren
Om de 25 bedrijfsuren of aan het einde van het seizoen
moeten de voor- en achterwielen worden gesmeerd.
1. Smeer twee à drie druppels dunvloeibare olie op de
binnenkant van de voorwielen en op de buitenkant van
alle wielbouten.
2. Draai de wielen rond om de olie in de lagerbussen te
verdelen.
3. Veeg overtollige olie weg.
4. Zet de maaihoogtehendels van de achterwielen in stand C.
18
1
2
4
3
Figuur 25
3. Moer
4. Bovenste handgreep
2
Figuur 26
2. Duw hier
m-4205
1
m-4273