6 Batterijen vervangen
Het display wordt gevoed door twee 1,5 V babycellen (type C).
Brand-, explosie- en verbrandingsgevaar! Laad batterijen nooit op en stel ze nooit blootstellen
aan temperaturen boven 85°C. Werp de gebruikte batterijen op de juiste manier weg.
• Duw het uittrekelement (3) helemaal naar rechts tegen de aanslagschroef (10) en klem het vast met de
klemhendel (6).
• Duw de schuiver (1) helemaal naar rechts tegen de aanslagschroef (9) en klem hem vast met klemschroef (5).
• Het display toont nu de opgeslagen referentiematen voor de eindaanslagposities van beide aanslagkleppen
(de omschakeling schuiver/uittrekelement gebeurt met toets A) → Noteer deze twee waarden.
De schuiver en het uittrekelement mogen niet worden aangepast tijdens het vervangen van de
batterij, anders veranderen de afmetingen en moeten beide aanslagkleppen opnieuw worden
gekalibreerd!
• Open het batterijvak (7) dat wordt getoond in Figuur 3 en vervang de twee batterijen.
→ Na het vervangen van de batterijen schakelt het display automatisch weer in.
→ Het display kalibreert zichzelf aan de hand van de opgeslagen referentiematen voor de eindaanslagposities.
→ De opgeslagen referentiematen voor de twee eindaanslagposities verschijnen opnieuw.
•
Als de eindstopposities afwijken van de waarden vóór het vervangen van de batterij, moet het display
opnieuw worden gekalibreerd (voor procedure zie hoofdstuk 7).
7 Referentieafmetingen instellen of wijzigen
De referentiematen worden meestal in de fabriek bepaald op de eindaanslagposities (9) en (10) en worden bij
levering opgeslagen in het display. Ga als volgt te werk om ze opnieuw te definiëren of te wijzigen:
•
Duw de schuiver (1) helemaal naar rechts tegen de aanslagschroef (9) en klem hem vast met de klemschroef (5).
•
Duw het uittrekelement (2) helemaal naar rechts tegen de aanslagschroef (10) en klem het vast met de
klemhendel (6).
7.1
Referentieafmeting voor de schuiver instellen
•
Zet de aanslagklep (3) in positie X voor schuiver (1), zie Figuur 3)
•
Meet de afstand tussen het zaagblad en de aanslagklep (2) tot op 0,1 mm nauwkeurig.
Gemeten maat invoeren:
•
Selecteer de schuiver met de knop A (zie Figuur 4):
→ Het symbool (S) voor de actieve schuiver (1) verschijnt op de bovenste regel van het scherm.
•
Druk tegelijkertijd op de toetsen C + B
→ "oFS" verschijnt voor "Offset".
•
Druk eenmaal op toets C
→ De opgeslagen referentiemeting verschijnt en het momenteel veranderbare cijfer knippert.
Opmerking: Als hier een minteken knippert, schakel dan eerst over naar + met
toets B zodat het minteken verdwijnt (+ wordt niet weergegeven op het display).
•
Selecteer het cijfer dat u wilt wijzigen met de toets C → Het 2e cijfer op het display knippert.
•
Stel nu de gewenste numerieke waarde in door op de toets B te drukken.
•
Selecteer het volgende cijfer met toets C en stel de waarde opnieuw in met toets B,
enzovoort → totdat de gemeten afmeting volledig is ingevoerd.
•
Druk vervolgens herhaaldelijk op de toets C totdat het display de kalibratiemodus afsluit
→ "-Sto-" verschijnt kort ter bevestiging.
BA_PH_Tele-Digit_NL_39-23.docx
5