10. Gebruik van de Wi-Fi/Bluetooth-functie
Verbinden via een draadloos toegangspunt (via het netwerk)
[WPS (knop)]
[WPS (PIN-code)]
[Uit lijst]
• Als [Via netwerk] geselecteerd is, met uitzondering van de eerste keer dat verbinding gemaakt
wordt, zal de camera verbinding maken met het eerder gebruikte draadloze toegangspunt.
Druk op [DISP.] om de bestemming van de verbinding te veranderen.
• WPS heeft betrekking op een functie die u in staat stelt de instellingen die met de verbinding en
de veiligheid van draadloze LAN-apparaten verband houden, gemakkelijk te configureren.
Raadpleeg voor details over de compatibiliteit en de werking van de functie de
gebruiksaanwijzing van het draadloze toegangspunt.
Druk op de WPS-knop op het draadloze toegangspunt om een
verbinding tot stand te brengen.
Druk op de WPS-knop van het
draadloze toegangspunt totdat deze
naar WPS-modus schakelt.
Voer en PIN-code in op het draadloze toegangspunt om een
verbinding tot stand te brengen.
1
Selecteer op het scherm van de camera het draadloze
toegangspunt waarmee u verbinding maakt.
2
Voer de PIN-code die weergegeven wordt op het
camerascherm in het draadloze toegangspunt in.
3
Druk op [MENU/SET] van de camera.
Selecteer deze optie als u niet zeker bent over de compatibiliteit
met WPS of als u een draadloos toegangspunt wilt opzoeken en
een verbinding daarmee tot stand wilt brengen.
321
b.v.:
(P322)