6 Product gebruiken
Parameter
Volumestroomcorrectief
actor
Pitotbuisfactor
Kanaalgeometrie
Elektrisch vermogen
4. Invoer afsluiten:
Overige meetpunt-opties
[
>
verschijnt in de statusregel in het meetbeeld. Protocollen
worden opgeslagen onder het geselecteerde meetpunt.
[
>
meetpunt uitvoeren.
[
>
meetpunt, inclusief de daarvoor opgeslagen meetprotocollen.
>
[
individuele meting vastleggen.
>
[
netmeting, zie Meetprogramma, pagina 34.
[
>
turbulentiegraadmeting, zie LBK-netmeting, pagina 36.
32
Verklaring
Op grond van drukdalingen in het systeem kan de
gemeten volumestroom lager zijn dan de
daadwerkelijke volumestroom.
Met behulp van de volumestroomcorrectiefactor kan
de gemeten volumestroom worden gecorrigeerd.
De volumestroomcorrectiefactor is direct
proportioneel van invloed op het meetresultaat en
wordt in de regel ingesteld op 1,00. Zodra de factor
wordt gewijzigd, wordt het resultaat vermenigvuldigd
met de volumestroomcorrectiefactor.
Zie hoofdstuk 6.6.6.
De invoer van een kanaalgeometrie is vereist als de
bedrijfs- resp. normvolumestroom moet worden
vastgesteld.
Er kan worden gekozen tussen ronde en hoekige
kanaalvorm (selectie bevestigen met
Naast de directe kanaalvorm kan ook de functie „k-
factor" (zie hoofdstuk 6.6.9) of trechter worden
geselecteerd (zie hoofdstuk 6.6.7).
Het elektrisch vermogen kan worden ingesteld in W,
kW of BtU/h. Deze opgave heeft een louter informatief
karakter en wordt in geen enkel meetresultaat
meegenomen.
[
]
]
Meetpunt
selecteren: Meetpunt wordt geselecteerd en
→
]
Meetpunt
bewerken: Wijzigingen aan een bestaand
→
]
Meetpunt
verwijderen: Verwijderen van een bestaand
→
]
→
Nieuw
meetprogramma: Parameters voor een nieuwe
]
→
Nieuwe
LBK-netmeting: Uitvoering van de LBK-
]
Nieuwe
turbulentiegraadmeting: Uitvoering van de
→
→
Opslaan en
beëindigen.
[
]).