problemen oplossen
Vervang de cartridge bij storingen na iedere:
•
33,0 mm (1,30 inch)
•
35,3 mm (1,39 inch)
Vervang de fotoconductor bij storingen na iedere:
•
28,3 mm (1,11 inch)
•
72,4 mm (2,85 inch)
Vervang het verhittingsstation als de storingen optreden na elke:
•
47,4 mm (1,87 inch)
•
94,8 mm (3,73 inch)
•
113,0 mm (4,45 inch)
Scheve afdruk
Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties:
D
E PAPIERGELEIDERS CONTROLEREN
Schuif de lengte- en breedtegeleiders in de juiste positie voor het papier dat in de printer is geplaatst.
•
Controleer of de geleiders zich niet te ver van de papierstapel bevinden.
•
Controleer of de geleiders niet te los tegen de papierstapel duwen.
H
ET PAPIER CONTROLEREN
Zorg ervoor dat u papier gebruikt dat voldoet aan de printerspecificaties.
Pagina's met effen kleuren
Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties:
M
OGELIJK IS DE FOTOCONDUCTOR DEFECT OF VERKEERD GEÏNSTALLEERD
Verwijder de fotoconductor en installeer deze vervolgens opnieuw. Als het probleem zich blijft voordoen, moet de
fotoconductor misschien worden vervangen.
190