Stap 6
Alle vooraf ingestelde waarden zullen gaan aflopen. Wanneer u geen tijd, afstand
of calorieën vooraf instelt, zullen deze optellen.
Stap 7
Overige gegevens zoals SPEED (snelheid), RPM (aantal omwentelingen per
minuut), WATT en PULSE (hartslag) zullen tijdens het trainen worden
weergegeven.
Stap 8
Indien u een maximale hartslag heeft ingesteld, zal de computer een piepsignaal
afgeven zodra uw hartslag de vooraf ingestelde hartslag overschrijdt.
Stap 9
Tijdens het trainen kunt u handmatig de weerstand aanpassen m.b.v. de draaiknop.
Voorgeprogrammeerde programma's
(P2 t/m P11)
Er zijn 10 verschillende trainingsprogramma's.
Elk programma heeft een eigen verloop. Wanneer u voor een programma kiest kunt
u het verloop van het programma zien.
Instellen van een voorgeprogrammeerd programma
Stap 1
Wanneer het hoofdmenu wordt weergegeven, kunt u met de draaiknop kiezen voor
het gewenste programma. Ga naar een van de programma's en druk op enter om
voor het programma te kiezen.
Stap 2
Zodra het gewenste programma wordt weergegeven kunt u op de draaiknop
drukken om het gewenste programma te selecteren.
Stap 4
6