Inhoudsopgave
Advertenties
EN
OPSTARTEN
OPSTARTEN VAN HET TOESTEL
FR
Voorwaarden
•
Alle aansluitingen zijn uitgevoerd
•
Omschakeling op gas uitgevoerd indien nodig
•
Sifon gevuld met water
•
Elektrische voeding geactiveerd
NL
•
Gastoevoer open
•
Hydraulische kring(en) gevuld met water
Procedure
ES
1.
Controleer de afwezigheid van gaslekken.
2.
Druk op de aan/uit-schakelaar (
3.
Controleer de gasdruk en laat het toestel enkele minuten opwarmen.
4.
Controleer de brander en stel hem in overeenkomstig de lokale normen en voorschriften. Zie "Con-
IT
trole en afstelling van de brander" op pag. 40.
5.
Stel via het bedieningspaneel de gewenste waarde in voor de temperatuur van de centrale verwar-
ming. Zie "Instelling van de parameters van het warmwatervoorraadtoestel" op pag. 8 en de
"Installer's Handbook" handleiding.
6.
Na een werkingstijd van 5 minuten ontlucht u de primaire kring, tot alle lucht afgevoerd is, en ver-
DE
volgens stelt u opnieuw een druk van 1,5 bar in.
7.
Vul indien nodig water bij om de gewenste druk te bereiken.
Taken achteraf
PL
1.
Sluit de vulkraan van de primaire kring en ontkoppel de vulslang indien nodig.
2.
Controleer of de installatie vrij is van lekken.
3.
Controleer of de waterdebiet door het toestel voldoende is:
• Laat het toestel op maximum vermogen branden.
RU
• Als de temperaturen stabiel zijn, lees dan de aanvoer en retour temperatuur af.
• Controleer of het verschil tussen aanvoer en retour temperatuur kleiner of gelijk is aan 20K.
• Indien de delta T groter is dan 20K, controleer de pomp instellingen/specificaties.
nl
40
).
CONTROLE EN AFSTELLING VAN DE BRANDER
Als de brander op vol vermogen werkt, moet het CO2-gehalte zich binnen de vastgelegde
toleranties in de technische kenmerken, (zie ) "Kenmerken verbranding" op pag. 17) bevinden.
Voorwaarden
•
Toestel in werking
Procedure
1.
Controleer of de parameters van de ACVMax ingesteld zijn overeenkomstig de behoeften van de
gebruiker (zie "Instelling van de parameters van het warmwatervoorraadtoestel" op pag. 8), en
wijzig ze indien nodig.
2.
Plaats het toestel in de modus van het maximale vermogen (zie de "Installer's Handbook" handleiding).
3.
Controleer met behulp van de drukmeter of de dynamische gasdruk minstens 18 mbar bedraagt
op de gasklep.
4.
Laat het toestel enkele minuten opwarmen tot een temperatuur van minstens 60 °C.
5.
Meet de verbranding van de brander door de sonde van de rookgasanalysator in de poort van de
meeteenheid op de rookgaspijp te steken en de weergegeven CO- en CO
met die in de tabel met verbrandingsspecificaties.
6.
Als het verschil groter is dan 0.3%, dient u de instelling uit te voeren die in onderstaande procedure
beschreven wordt.
7.
Plaats het toestel vervolgens in de stand van het minimumvermogen (zie de "Installer's Handbook"
handleiding). Wacht enkele minuten tot het toestel een stabiele toestand bereikt heeft.
8.
Meet de CO
-waarde. Deze moet gelijk zijn aan de waarde bij maximumvermogen, of maximaal
2
0,5% lager dan die waarde. In geval van grote afwijkingen neemt u best contact op met de
onderhoudsdienst van ACV.
CO2-afstelprocedure
Om het CO
-gehalte af te stellen, draait u de afstelschroef (1) :
2
•
naar links (tegen de wijzers van de klok in) om het CO
•
naar rechts (met de wijzers van de klok mee) om het CO
WaterMaster® 25 - 35 - 45 - 70 - 85
Bij het WM 120 is de CO
een bepaalde richting laat toe de waarde cyclusgewijs te verhogen tot de maximumwaarde,
ze vervolgens te doen afnemen tot de minimumwaarde, ze weer te doen toenemen, enz. Bij
de afstelling van het CO
te bepalen of de rotatie in de gekozen richting het CO
Taken achteraf
Niet van toepassing
WaterMaster 25 - 35 - 45 - 70 - 85 - 120 : A1006482 - 664Y7300 • D
-waarden te vergelijken
2
-gehalte te verhogen.
2
-gehalte te verlagen.
2
1
WaterMaster® 120
-afstelschroef (1) een wormschroef; de rotatie van deze schroef in
2
-gehalte moet u op de waardeverandering op het toestel letten om
2
-gehalte doet afnemen of toenemen.
2
Advertenties
Inhoudsopgave
