Fluke 434-II/435-II/437-II
Handleiding
Voor het hoofdscherm worden alle ingestelde spanning- (Vrms ½ cycle) en
stroomkanalen (Arms ½ cycle) opgenomen zodat oorzaak en gevolg van afwijkingen
bekeken kunnen worden. Niet alle kanalen worden gelijktijdig weergegeven. Met de
omhoog/omlaag pijltjestoetsen kunnen de weer te geven trends geselecteerd worden..
Het scherm bouwt zich op vanaf de rechterzijde en de overeenkomstige waarden worden
weergegeven in de kop van het scherm.
Beschikbare Functietoetsen:
Logging. Alle meetwaardes in het Meterscherm worden opgeslagen. Zie Hoofdstuk 3,
'Opslaan van Meetwaardes in Meter Schermen' voor meer informatie.
Cursor. Als de cursor ingeschakeld is, worden de waarden van de Trend ter plaatse van
de cursor bovenin het scherm weergegeven. Door de cursor over de linker- of rechterzijde
van het scherm te verplaatsen, wordt het volgende scherm van maximaal 6 schermen
zichtbaar.
Zoom. Maakt het mogelijk het signaal verticaal en horizontaal uit te rekken of in te
krimpen om details zichtbaar te maken of het complete signaal binnen een scherm te
halen. Zoom en Cursor worden bediend met de pijltjestoetsen en worden behandeld in
hoofdstuk 23.
Verticale positie (Offset) en Bereik (Span) van de Trends worden in bijna alle gevallen
automatisch ingesteld. Indien gewenst kunnen de positie en het bereik handmatig
ingesteld worden. Druk achtereenvolgens: SETUP, F4 - MANUAL SETUP, F1 –
TREND SCALE. Gebruik de omhoog/omlaag pijltjestoetsen om het in te stellen item te
kiezen, gebruik de links/rechts pijltjestoetsen voor het instellen. Zie Hoofdstuk 24 voor
meer informatie. In dit hoofdstuk wordt ook uitgelegd hoe Nominal- of Sliding Reference
ingesteld kunnen worden.
Triggercondities voor gebeurtenissen zoals drempel (threshold), hysterese en andere
kennen een voorinstelling, maar kunnen ook handmatig ingesteld worden. Het instelmenu
is bereikbaar via de SETUP toets, F4 – MANUAL SETUP en Limits setup. Zie
hoofdstuk 24, Manual Setup – Limieten Aanpassen.
9-4
Wijst de omhoog/omlaag pijltjestoetsen toe aan keuze van
F1
de weer te geven trendschermen.
Toegang tot het Cursor en Zoom menu.
F2
Toegang tot het Meterscherm
F3
Toegang tot gebeurtenistabellen (Events tables). Het aantal
F4
gebeurtenissen dat opgetreden is wordt getoond. Voor een
beschrijving zie onder.
Keuze tussen HOLD (bevriezen) en RUN (activeren) van de
F5
signaalacquisitie. Schakelen van HOLD naar RUN activeert
een menu om te kiezen voor een directe start (NOW) of een
tijdklok gestuurde start (TIMED) die het mogelijk maakt
startmoment en duur van de meting te kiezen.