Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Afstellingen Vóór De Ontsteking; Servomotor; Starten Brander; Ontsteking Brander - Riello RX 350S/P Installatie-, Gebruiks- En Onderhoudsvoorschriften

Met voorgemengd gas
Inhoudsopgave

Advertenties

MIN. GASDRUKSCHAKELAAR
(A)
(C)
Regeling van de
schroef N
Brander
5)(A)p.10
Merkteken
RX 350 S/P
-0,5
RX 500 S/P
-0,1
(D)

SERVOMOTOR

I
II
III
IV
(E)
LUCHTDRUKSCHAKELAAR
D3566
D8509
Regeling van de
schroef V
6)(A)p.10
Merkteken
1
1
V
D8547
(B)
D3374
Nok
Gasstraat
(III - IV)
CG 340
15 - 20°
VGD 20
25 - 30°
1
2
D791
(F)
11
AFSTELLINGEN VÓÓR DE ONTSTEKING
De afstellingen die moeten uitgevoerd worden
zijn:
- open de manuele ventielen die vóór de gas-
straat geplaatst zijn.
- Stel de minimum gasdrukschakelaar af op het
begin van de schaal (A).
- Stel de luchtdrukschakelaar af op het einde
van de schaal (5 mbar) (B).
- Voer de lucht af uit de gasleiding door middel
van de schroef 11)(A)p.10.
Het wordt aangeraden om de ontsnapte lucht
met een plastic leiding buiten het gebouw te
brengen tot men het gas ruikt.
- Monteer een digitale / U-vormige manometer
(C) op de gasdrukkoppeling van de mof.
Deze dient om het MAX vermogen van de
brander bij benadering te meten, door middel
van de tabellen op pag. 7.
- Sluit parallel op het gasventiel een lampje of
een tester aan om het juiste moment te con-
troleren waarop ze onder spanning komen.
Voordat de brander te wordt aangeschakeld,
wordt aanbevolen de gasstraat zodanig af te
stellen dat de ontsteking plaatsvindt onder
optimale veiligheidsomstandigheden en dus
met een zeer zwak gasdebiet.
De tabel (D) duidt de instellingen van de eerste
ontsteking aan betreffende een brander die op
methaan werkt. Hierop worden de ijkingen van
de schroeven N en V aangeduid die aanwezig
zijn op de behuizing van het ventiel (fig. B-C
pag. 12) en de positie van de ontstekingsnok (III
- IV) (fig. E) en de servomotor.
SERVOMOTOR (E)
De servomotor regelt de luchtklep.
De vier nokken zijn voorafgesteld in de fabriek.
Wijzig deze instelling niet, controleer alleen of
ze afgesteld zijn zoals hieronder aangegeven:
Nok I
: 90°
Beperkt de rotatie naar het maximum.
Nok I I
: 0°
Beperkt de rotatie naar het minimum.
Wanneer de brander uitgeschakeld is, moet de
luchtklep gesloten zijn: 0°.
Nok I I I - I V
: 20°
Regelt de positie van de ontsteking (> nok V).
Nok V
: 20°
Minimum vermogen.
START BRANDER
Sluit de afstandsbedieningen en plaats de scha-
kelaar 1)(F) in positie "MAN".
Controleer, wanneer de brander (RX 500S/P)
gestart wordt, de rotatiezin van de rotor van de
ventilator langs de viewer 13)(A)p.5 (tegenwij-
zierszin tegenover de motor).
Controleer of het lampje of de tester die aange-
sloten is op de elektromagnetische klep de
afwezigheid van spanning aanduidt. Geven
deze spanning aan, stop dan de brander
onmiddellijk en controleer de elektrische ver-
bindingen.

ONTSTEKING BRANDER

Na de onder het vorige punt beschreven hande-
lingen te hebben uitgevoerd dient de brander
aan te slaan. Als de motor start maar de vlam
niet ontstoken wordt en de brander vergrendelt,
moet de brander ontgrendeld worden en moet
weer geprobeerd worden om te starten. Wan-
neer de ontsteking nog niet gebeurt, kan het zijn
dat het gas de branderkop niet bereikt binnen
de veiligheidstijd van 3s.
Draai de schroef N die aanwezig is op het gas-
ventiel lichtjes in de richting "+", en herhaal de
start. Als het gas toekomt in de mof wordt dit
aangeduid door de U-vormige manometer / digi-
tale manometer (C).
Na de ontsteking moet de brander volledig afge-
steld worden.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Rx 500s/p851 t2852 t2389870038987103898800 ... Toon alles

Inhoudsopgave