VOORZORGSMAATREGELEN
LET OP wijst op omstandigheden en handelingen die de meter of de apparatuur die wordt getest
kunnen BESCHADIGEN. Stel de meter niet bloot aan extreme temperaturen of een hoge vochtigheid.
Maak de testsnoeren los van de meetpunten voordat u de positie van de functieschakelaar (draaischakelaar)
wijzigt.:
Stel de meter niet bloot aan extreme temperaturen of een te hoge vochtigheid.
Stel de meter nooit in op de functies weerstand, diode, capaciteit, micro-ampère of ampère bij het
meten van de spanning van een voedingscircuit; dit kan leiden tot schade aan de meter en schade aan
de apparatuur die wordt getest.
Veiligheidspictogrammen
Dit symbool, naast een ander symbool, geeft aan dat de gebruiker
de gebruikershandleiding moet raadplegen voor meer informatie
Risico op elektrische schok
Apparatuur beschermd door dubbele of versterkte isolatie
Voldoet aan de EU-richtlijnen
PER IEC1010 OVERSPANNINGSCATEGORIE INSTALLATIE
OVERSPANNINGSCATEGORIE I
Apparatuur van OVERSPANNINGSCATEGORIE I is apparatuur voor aansluiting op circuits waarin maatregelen worden genomen
om de transiënte overspanningen tot een passend laag niveau te beperken.
Opmerking – Voorbeelden bevatten beschermde elektronische circuits.
OVERSPANNINGSCATEGORIE II
Apparatuur van OVERSPANNINGSCATEGORIE II is energieverbruikende apparatuur die vanaf de vaste installatie moet worden
gevoed.
Opmerking – Voorbeelden omvatten huishoudelijke, kantoor- en laboratoriumapparaten.
OVERSPANNINGSCATEGORIE III
Apparatuur van OVERSPANNINGSCATEGORIE III is apparatuur in vaste installaties.
Opmerking – Voorbeelden hiervan zijn schakelaars in de vaste installatie en bepaalde apparatuur voor industrieel gebruik
met permanente aansluiting op de vaste installatie.
OVERSPANNINGSCATEGORIE IV
Apparatuur van OVERSPANNINGSCATEGORIE IV is bestemd voor gebruik aan het beginpunt van de installatie.
Opmerking – Voorbeelden hiervan zijn onder andere elektriciteitsmeters en primaire overstroombeveiligingsapparatuur.
6
VT8-600_1000-nl-NL_AC 10/18