Hoofdstuk 3: Configuratie en inbedrijfstelling
Functionaliteitstest
Maak in elke groep kortsluiting en een open circuit om het rapporteren van
storingen voor beide typen storingen te testen.
Activeer, indien beschikbaar, een handbrandmelder om het rapporteren van
handmatige brandalarmen te testen. De centrale moet alle geconfigureerde
vertragingen opheffen en onmiddellijk de alarmmeldapparatuur en
doormeldapparatuur (indien nodig) activeren.
Activeer een brandmelder om het automatisch rapporteren van alarmen te
testen. De centrale moet alle geconfigureerde vertragingen starten en wanneer
de vertragingstijd verstreken is onmiddellijk de alarmmeldapparatuur en
doormeldapparatuur (indien nodig) activeren.
Controleer de blusfunctionaliteit zonder het blusmiddel op de solenoïde aan te
sluiten. Test de volgende functies:
•
Handmatige (HBM starten) en automatische (blusgebieddetectoren)
blusactivering
•
Handbrandmelders negeren bij nood (HBM stoppen en HBM afbreken)
•
Blusschakelaar uitschakelen (indien beschikbaar)
•
Signaalgevers blusactivering
•
Externe alleen-handmatige bediening en veiligheidsdeurbewaking
(indien beschikbaar)
•
Vertraging tot activering van solenoïde
•
Signaalgevers voor vrijgave van blusmiddel en optische
waarschuwingspanelen of -signalen worden door het blusmiddel-
doorstromingsignaal geactiveerd (indien geconfigureerd)
•
Netwerkfunctionaliteiten controleren
Controleer met een multimeter of het storingsrelais geactiveerd is wanneer er
een storing wordt gerapporteerd en of het alarmrelais geactiveerd is wanneer er
een brandalarm wordt gerapporteerd.
84
1X-X3E-serie Installatiehandleiding