Hoofdstuk 2: Installatie
Voedingseenheid aansluiten
Opmerking:
Ter voorkoming van ongewenste boogvorming sluit u eerst de
voedingseenheid en vervolgens de accu's aan.
De centrale kan worden bediend bij 110 Vac / 60 Hz of 240 Vac / 50 Hz (+10% of
−15%).
De voedingseenheid moet rechtstreeks worden aangesloten op een aparte groep
in de elektriciteitsmeterkast in het gebouw. Deze groep moet duidelijk zijn
gemarkeerd, beschikken over een tweepolige schakelaar en enkel worden
gebruikt voor brandmeldapparatuur.
Leid alle voedingskabels door de juiste kabelopeningen en sluit ze op het
aansluitblok voor zekeringen aan zoals in Afbeelding 8 op pagina 18 wordt
aangegeven.
Houd voedingskabels en andere kabels gescheiden om mogelijke kortsluitingen
en interferenties te voorkomen. Maak voedingskabels altijd aan de behuizing
vast zodat ze niet kunnen bewegen.
Afbeelding 8: Voedingseenheid aansluiten
Zie "Specificaties van voedingseenheid" op pagina 95 voor de zekering-
specificaties.
Voeding van 115 of 230 Vac selecteren
WAARSCHUWING:
elektrocutie te vermijden, dient u alle stroomtoevoer af te sluiten en opgeslagen
energie te ontladen voordat u apparatuur installeert of verwijdert.
De standaardvoedingsinstelling is 230 Vac. Wijzig voor bediening met 115 Vac
de voedingsschakelaar die zich aan de zijkant de voedingseenheid bevindt, zoals
in Afbeelding 9 hieronder wordt aangegeven.
Let op:
Risico op schade aan apparaten. Een onjuiste voedingsinstelling kan de
voedingseenheid vernietigen.
18
Gevaar van elektrocutie. Om persoonlijk letsel of dood door
1. Netspanningzekering
2. Stroomvoerend
3. Aarde
4. Nul
1X-X3E-serie Installatiehandleiding