Sleep Timer (Slaaptimer)
Pas de periode aan tot naar de slaapstand wordt gegaan (energiespaarstand) wanneer de printer geen
bewerkingen heeft uitgevoerd. Het LCD-scherm wordt zwart wanneer de ingesteld tijd is verstreken.
Interface Settings (Interface-instellingen)
I/F Mode (I/F-modus)
De printer biedt ingebouwde sleuven voor drie interfaces; parallel, USB en netwerk. Voor de
interfacemodus kunt u kiezen tussen Auto (automatisch), Parallel, USB en Network (Netwerk).
Wanneer u Auto kiest, selecteert de printer automatisch de interface die gegevens ontvangt en
gebruikt die interface tot het einde van de afdrukopdracht. Met de instelling Auto kunt u de printer
delen met meerdere computers zonder de interfacemodus te wijzigen.
Als slechts één computer wordt aangesloten op de printer, kunt u Parallel, USB en Network
(Netwerk) selecteren, afhankelijk van de interface die uw computer gebruikt.
Opmerking:
Network (Netwerk) is alleen beschikbaar op Netwerk-compatibele modellen.
Auto I/F Wait Time (Wachttijd auto I/F)
Deze instelling wordt alleen effectief als I/F-modus is ingesteld op Auto. Deze instelling bepaalt hoe
lang de printer wacht wanneer de printer niet langer gegevens ontvangt. U kunt kiezen tussen 10
seconds (10 seconden) en 30 seconds (30 seconden) voor de interfacewachttijd.
Parallel I/F Bidirectional Mode (Bidirectionele modus parallelle I/F)
De bidirectionele overdrachtsmodus van de parallelle interface wordt gebruikt als deze optie is
ingeschakeld. Als bidirectionele overdracht niet nodig is, schakel deze optie dan uit.
Opmerking:
Om EPSON Status Monitor 3 of het hulpprogramma Printer Setting (Printerinstellingen) te gebruiken,
moet u deze functie altijd inschakelen.
DLQ-3500II/DLQ-3500IIN
Menuopties voor Instellingen
Gebruikershandleiding
31