Acceptabel papier en
andere media
De afdrukkwaliteit kan worden beïnvloed
door het soort papier dat u in de machine
gebruikt.
Om de beste afdrukkwaliteit te krijgen voor de
instellingen die u hebt gekozen, moet u de
papiersoort altijd instellen op het type papier
dat u plaatst.
U kunt normaal papier, inkjetpapier (gecoat
papier), glanzend papier, transparanten en
enveloppen gebruiken.
Wij raden u aan om verschillende soorten
papier te testen, alvorens een grote
hoeveelheid aan te schaffen.
Gebruik voor optimale resultaten Brother-
papier.
Wanneer u afdrukt op inkjetpapier (gecoat
papier), transparanten en fotopapier,
moet op het tabblad 'Normaal' van de
printerdriver of voor de instelling
Papiersoort in het menu altijd het juiste
type papier zijn geselecteerd.
(Zie Papiersoort op pagina 22.)
Wanneer u op Brother-fotopapier afdrukt,
plaats dan eerst het instructieblad dat met
het fotopapier wordt geleverd in de
papierlade, en plaats vervolgens het
fotopapier boven op het instructieblad.
Als u transparanten of fotopapier gebruikt,
dient u elk vel onmiddellijk te verwijderen;
dit om te voorkomen dat de vellen aan
elkaar plakken of verstopt raken.
Raak het afgedrukte oppervlak van het
papier niet aan vlak na het afdrukken; de
inkt kan nog nat zijn en op uw vingers
vlekken.
Aanbevolen media
Om de beste afdrukkwaliteit te verkrijgen
raden wij u aan Brother-papier te gebruiken.
(Zie onderstaande tabel.)
Als er in uw land geen Brother-papier
beschikbaar is, raden wij u aan verschillende
soorten papier te testen voor u grote
hoeveelheden papier koopt.
Wij adviseren '3M Transparency Film' te
gebruiken wanneer u op transparanten
afdrukt.
Documenten en papier laden
Brother-papier
Papiersoort
2
A4 Normaal
A4 Glanzend Foto
A4 Inkjet (Mat)
10 x 15 cm Glanzend
Omgaan met en gebruik van
media
Bewaar papier in de originele verpakking
en zorg dat deze gesloten blijft. Bewaar
het papier plat en verwijderd van vocht,
direct zonlicht en warmte.
De gecoate zijde van fotopapier glimt.
Zorg dat u de glimmende (gecoate) zijde
niet aanraakt. Plaats fotopapier met de
glimmende zijde naar beneden toe.
Raak de voor- of achterkant van
transparanten niet aan, daar deze
gemakkelijk water en transpiratie
absorberen, wat afbreuk doet aan de
afdrukkwaliteit. Transparanten die voor
laserprinters en -kopieerapparaten
ontworpen zijn, kunnen het volgende
document bevlekken. Gebruik alleen
transparanten die worden aanbevolen
voor inkjetprinters.
Onjuiste configuratie
Gebruik de volgende soorten papier NIET:
• papier dat beschadigd, gekruld of
gekreukt is of een onregelmatige vorm
heeft
2
1
1 2 mm of meer
• hoogglanzend of erg gestructureerd
papier
• papier waarop reeds met een printer is
afgedrukt
• papier dat niet netjes kan worden
gestapeld
• papier vervaardigd uit kortlopend papier
Item
BP60PA
BP61GLA
BP60MA
BP61GLP
2
1
11
2