6.2
Tractor/machine beveiligen tegen onbedoeld starten en wegrollen
Ceus-2TX BAG0183.10 06.23
WAARSCHUWING
Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, vastgrijpen of
opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten bij
handelingen aan de machine
door aangedreven werktuigen.
•
door onbedoeld aandrijven van werktuigen of onbedoeld
•
uitvoeren van hydraulische functies, wanneer de
tractormotor loopt.
•
door onbedoeld starten en wegrollen van de tractor en
aangebouwde machine.
•
Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en
wegrollen voordat u handelingen aan de machine uitvoert.
Alle handelingen aan de machine, zoals
•
montagewerkzaamheden, instellen, verhelpen van storingen,
reinigen, uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden, zijn
verboden
als de machine nog wordt aangedreven.
ο
zolang de tractormotor met aangesloten
ο
cardanas/hydraulisch systeem loopt.
als de contactsleutel in het contactslot van de tractor zit en
ο
de tractormotor bij aangesloten cardanas/hydraulisch
systeem onbedoeld kan worden gestart.
wanneer bewegende onderdelen niet tegen onbedoeld
ο
bewegen zijn geblokkeerd.
ο
wanneer personen (kinderen) zich op de tractor bevinden.
Vooral bij deze werkzaamheden bestaat gevaar door onbedoeld
contact met aangedreven, niet beveiligde werktuigen.
1. Laat de opgeheven, onbeveiligde machine/opgeheven,
onbeveiligde onderdelen van de machine zakken.
Zo verhindert u een onbedoeld neerkomen.
→
2. De tractormotor uitschakelen.
3. De contactsleutel verwijderen.
4. De parkeerrem van de tractor aantrekken.
5. Beveilig de machine tegen onbedoeld wegrollen (alleen
aangekoppelde machine)
ο
op een vlakke ondergrond met wielkeggen en indien
aanwezig met de handrem (indien aanwezig).
op oneffen terrein of op hellingen met handrem en
ο
wielkeggen.
Inbedrijfstelling
75