Stuurautomaat
U kunt de stuurautomaat vanuit elk paneel activeren.
1.
Tik op de knop Stuurautomaat in de Instrumentenbalk of druk op de knop
als deze is geprogrammeerd voor stuurautomaatbediening.
2.
Selecteer de stuurautomaatmodus in het pop-upvenster Stuurautomaat.
S
Standby
FU
Follow-up
Non-Follow-
NFU
up
A
Automatisch Automatisch sturen, de ingestelde koers wordt gevolgd
N
Geen drift
D
N
Navigatie
W
Wind *
Wind-
W
N
navigatie *
* Alleen beschikbaar als het boottype is ingesteld op Zeilboot.
¼ Opmerking:
u kunt de stuurautomaat in de modus standby zetten door
kort te drukken op de knop
stuurautomaatbediening.
De ingestelde koers/grondkoers/windhoek aanpassen
Stuurautomaat is passief. Wordt gebruikt bij het handmatig besturen van
het roer
Handmatige besturing. De roerhoek wordt ingesteld met de
Draaiknop of door een andere FU-unit
Handmatige besturing. De roerbeweging wordt geregeld door op de
knoppen Port (bakboord) en Starboard (stuurboord) te tikken in
het pop-upvenster Pilot (besturing)
Automatische besturing die het vaartuig op een rechte koers houdt
door het afdrijven te compenseren
Automatisch sturen, het vaartuig wordt naar een specifieke waypoint
genavigeerd of langs een route met behulp van GPS-gegevens
Automatisch sturen, de ingestelde windhoek wordt aangehouden
Automatisch sturen, het vaartuig wordt naar een specifieke waypoint
genavigeerd of langs een route met behulp van wind- en GPS-gegevens
WheelKey
De ingestelde koers (modus Auto), ingestelde windhoek (modus
Wind) en ingestelde grondkoers (modus Geen drift) aanpassen:
•
Port (bakboord)
Tik op de knop
het pop-upvenster Autopilot, of
•
Draaiknop
draai aan de
als deze is geprogrammeerd voor
Starboard (stuurboord)
of
.
NSS evo3 |
Verkorte handleiding - NL
WheelKey
in
|
7