7
|
Installatie van de leidingen
7.3.4 Vacuümdrogen
Uitgebreide handleiding voor de installateur
42
OPMERKING
Gebruik ALTIJD een aanbevolen bellentestoplossing van bij uw groothandelaar.
Gebruik NOOIT zeepwater:
▪
Zeepwater kan componenten zoals flaremoeren of deksels van afsluiters doen
barsten.
▪
Zeepwater kan zout bevatten, dat vocht opneemt en bevriest wanneer de
leidingen koud worden.
▪
Zeepwater bevat ammoniak, dat corrosie van flareverbindingen kan veroorzaken
(tussen de messing flaremoer en de koperen flare).
1 Vul het systeem met stikstofgas tot op een manometerdruk van minstens
200 kPa (2 bar). Het is aanbevolen de druk tot 3000 kPa (30 bar) te verhogen
om kleine lekken te vinden.
2 Test op lekkages door de bubbeltestoplossing op alle verbindingen aan te
brengen.
3 Verwijder alle stikstofgas.
GEVAAR: RISICO OP ONTPLOFFING
Draai de afsluiters NIET open voordat het vacuümdrogen voltooid is.
Sluit de vacuümpomp en het verdeelstuk als volgt aan:
a
c
b
d
e
f
f
g
a Lagedrukmanometer
b Meterverdeelstuk
c Hogedrukmanometer
d Lagedrukklep (Lo)
e Hogedrukklep (Hi)
f Vulslangen
g Vacuümpomp
h Kleppendeksels
i Servicepoort
j Gasafsluiter
k Vloeistofafsluiter
1 Vacumeer het systeem tot de druk op het verdeelstuk −0,1 MPa (−1 bar)
aangeeft.
2 Wacht 4-5 minuten en controleer de druk:
Indien de druk...
Niet verandert
h
k
i
j
h
Er zit geen vocht in het systeem. Deze
procedure is voltooid.
Dan...
RXA-A9, RXM-R9, ARXM-R9
R32 Split-systeemairconditioners
4P519439-12W – 2022.11