4.
Controleer of de fax is ingesteld tijdens het installeren van de software.
Voer vanuit de HP-programmamap op de computer het programma Fax instellen uit.
5.
Controleer of de telefoonlijn een analoog faxapparaat ondersteunt.
●
Als u gebruikmaakt van ISDN of digitale PBX, dient u contact op te nemen met uw serviceprovider
voor informatie over het configureren van een analoge faxlijn.
●
Als u gebruikmaakt van een VoIP-service, wijzigt u via het bedieningspaneel de instelling
Faxsnelheid
aanbevolen snelheid van de faxmodem. Bij sommige bedrijven is een adapter vereist.
●
Als u gebruikmaakt van een DSL-service, dient u te controleren of de telefoonverbinding naar het
apparaat is voorzien van een filter. Neem contact op met de DSL-serviceprovider of schaf een DSL-
filter aan als u er geen hebt. Als er al een DSL-filter is geplaatst, dient u een ander filter te
proberen, want dit filter kan defect zijn.
Algemene faxproblemen oplossen
●
Faxberichten worden langzaam verstuurd
●
De faxkwaliteit is matig
●
De fax wordt afgekapt of wordt op twee pagina's afgedrukt
Faxberichten worden langzaam verstuurd
Het apparaat heeft last van een telefoonlijnverbinding van slechte kwaliteit.
●
Probeer de fax opnieuw te versturen wanneer de telefoonlijnverbinding is verbeterd.
●
Ga bij de provider van de telefoondienst na of de lijn faxverkeer ondersteunt.
●
Instelling voor
a.
Open het menu Instellingen.
b.
Open het menu Service.
c.
Open het menu Faxservice.
d.
Open het menu Foutcorrectie.
e.
Selecteer de instelling Uit.
OPMERKING:
●
Gebruik wit printpapier voor het origineel. Gebruik geen gekleurd papier zoals grijs, geel of roze papier.
●
Verhoog de instelling voor Faxsnelheid.
a.
Open het menu Instellingen.
b.
Open het menu
c.
Open het menu
132 Hoofdstuk 9 Problemen oplossen
in Slow(V.29). Vraag uw serviceprovider of faxen wordt ondersteund en vraag naar de
Foutcorrectie
uitschakelen.
Hierdoor kan de kwaliteit van de afdrukken afnemen.
Fax
instellen.
Geavanceerde
instellingen.
NLWW