Extra installatieopties voor de printer
De seriële parameters van de COM-poort moeten overeenkomen met de seriële parameters die u op de printer
hebt ingesteld.
a
Open Apparaatbeheer.
In Windows Vista
1
Klik op
.
2
Klik op Configuratiescherm.
3
Klik op System and Maintenance (Systeem en onderhoud).
4
Klik op System (Systeem).
5
Klik op Device Manager (Apparaatbeheer).
In Windows XP
1
Klik op Start.
2
Klik op Configuratiescherm.
3
Klik op Performance and Maintenance (Prestaties en onderhoud).
4
Klik op System (Systeem).
5
Klik op Device Manager (Apparaatbeheer) op het tabblad Hardware.
In Windows 2000
1
Klik op Start.
2
Klik op Settings (Instellingen) > Control Panel (Configuratiescherm).
3
Klik op System (Systeem).
4
Klik op Device Manager (Apparaatbeheer) op het tabblad Hardware.
b
Klik op + om de lijst met beschikbare poorten uit te breiden.
c
Selecteer de communicatiepoort van de printer waarop u de seriële kabel hebt aangesloten (bijvoorbeeld:
COM1).
d
Klik op Eigenschappen.
e
Geef op het tabblad Poortinstellingen dezelfde seriële parameters op die u op de printer hebt ingesteld.
Zoek naar de printerinstellingen in het gedeelte voor seriële instellingen op de pagina met menu-instellingen
die u eerder hebt afgedrukt.
f
Klik op OK en sluit alle vensters.
g
Druk een testpagina af om de printerinstallatie te controleren. Wanneer de testpagina goed wordt afgedrukt,
is de printerconfiguratie voltooid.
52