Problemen oplossen
C
ONTROLEER DE INSTELLING VOOR PAPIERSOORT
Zorg ervoor dat de instelling voor de papiersoort overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst:
1
Controleer op het bedieningspaneel van de printer de instelling voor Papierformaat in het menu Papier.
2
Geef de juiste instelling voor soort op voor u de taak verzendt voor afdrukken:
•
Windows: geef de soort op die is ingesteld in Printereigenschappen.
•
Macintosh: geef de soort op die is ingesteld in het dialoogvenster Druk af.
D
E TONER IS BIJNA OP
Bestel een nieuwe tonercartridge als 88 Cartridge bijna leeg wordt weergegeven.
D
E TONERCARTRIDGE IS MOGELIJK BESCHADIGD
Vervang de tonercartridge.
Herhaalde storingen
Hierna volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen:
Vervang de overdrachtsrol bij storingen na iedere:
58,7 mm (2,31 inch)
Vervang de fotoconductor bij storingen na iedere:
44 mm (1,73 inch)
Vervang het verhittingsstation bij storingen na iedere:
•
78,5 mm (3,09 inch)
•
94,2 mm (3,71 inch)
Scheve afdruk
D
E PAPIERGELEIDERS CONTROLEREN
Schuif de geleiders in de juiste positie voor het formaat papier dat is geplaatst.
H
ET PAPIER CONTROLEREN
Zorg ervoor dat u papier gebruikt dat voldoet aan de printerspecificaties.
283