RIA16
Bedieningsfunctie: een bedieningsfunctie kan worden gezien als een groepering van de
bedieningsparameters. De bedieningsfuncties worden gebruikt voor het bedienen en
configureren van het instrument.
Bedieningstoetsen:
"E" Enter-toets: druk de E-toets langer dan 3 seconden in om het programmeermenu te
openen.
• Selecteren van bedieningsfuncties.
• Accepteren van waarden.
• Wanneer de E-toets langer dan 3 seconden wordt ingedrukt, keert het systeem direct terug
naar de home-positie. Daarvoor wordt gevraagd, of de gegevens die tot nu toe zijn
ingevoerd, moeten worden bewaard.
• Opslaan ingevoerde gegevens.
Selectietoetsen "+/-":
• Selecteren van de menu' s .
• Configureren van parameters en numerieke waarden.
• Na het selecteren van de bedieningsfunctie, wordt de waarde ingevoerd of de instelling
veranderd door bedienen van de + of - toetsen.
Wanneer de toetsen langer worden ingedrukt, veranderen de waarden met toenemende
snelheid.
Wanneer de + of - toetsen worden ingedrukt in de bedieningspositie "Programmanaam"
en "Programmaversie", wordt het display horizontaal gescrold omdat deze posities (7-
digit) niet compleet op het 14-segment display kunnen worden weergegeven.
6.2.2
Programmeren in de bedieningsmatrix
10
Programmeren van het veldaanwijsinstrument
Endress+Hauser
Bediening van het veldaanwijsinstrument
Menu
Bedieningsfunctie
A0011262-NL
15