5.1.4
Serienummer en artikelnummer aflezen
Menu → Informatie → Serienummer
–
Met deze functie kunt u het serienummer van het product
aflezen. Het artikelnummer staat in de tweede regel.
5.2
Instellingen
5.2.1
Gewenste temperaturen instellen
Met deze functie stelt u de gewenste temperaturen voor de
zone en de warmwaterbereiding in.
5.2.1.1 Zone
Menu → Gewenste temperaturen → ZONE1
–
Voor de zone kunt u verschillende gewenste temperatu-
ren instellen:
Verwarmen
–
Dagtemp. verwarmen: u stelt een comfortabele kamer-
temperatuur in de woonruimtes in.
–
Nachttemp. verw.: u stelt een lage kamertemperatuur in,
waarbij de woonruimtes niet afkoelen.
Koelen
–
Dagtemp. koelen: u stelt een comfortabele kamertempe-
ratuur in de woonruimtes in.
5.2.1.2 Warmwaterbereiding
Gevaar!
Levensgevaar door legionellabacteriën!
Legionellabacteriën ontwikkelen zich bij tem-
peraturen onder 60 °C.
▶
Laat u door de vakman over de uitge-
voerde maatregelen voor de legionella-
bescherming in uw installatie informeren.
▶
Stel zonder overleg met de installateur
geen watertemperaturen onder 60 °C in.
Menu → Gewenste temperaturen → Warmwatercircuit
–
Voor het warmwatercircuit kunt u de gewenste tempera-
tuur Warm water instellen.
Als een warmtepomp aangesloten is en u de gewenste tem-
peratuur boven 55 °C ingesteld hebt, dan kan het zijn dat
overwegend de extra CV-ketel voor de warmwatervoorzie-
ning zorgt.
5.2.2
Ventilatiestand instellen
Menu → Ventilatiestand
–
Met deze functie kunt u instellen hoe snel de verbruikte
kamerlucht door verse buitenlucht vervangen moet wor-
den.
Max. vent.stand dag: de ventilatie garandeert een snelle
luchtuitwisseling.
Max. vent.stand nacht: de ventilatie garandeert een gere-
duceerde luchtuitwisseling.
5.2.3
Tijdsprogramma
Met het tijdsprogramma kan de systeemthermostaat op vast-
gelegde tijden automatisch tussen 2 ingevoerde instellingen
wisselen. Hiervoor legt u in het tijdsprogramma de gewenste
tijdvensters aan.
0020237630_03 Gebruiksaanwijzing
Tijdsprogramma Verwarmen instellen (→ Pagina 14)
Tijdsprogramma Koelen instellen (→ Pagina 14)
Tijdsprogramma warmwatercircuit instellen (→ Pagina 14)
Tijdsprogramma Circulatie instellen (→ Pagina 14)
Tijdsprogramma Ventilatie instellen (→ Pagina 14)
Tijdsprogramma Hoog tarief instellen (→ Pagina 14)
Voor elke afzonderlijke dag en voor de voorgedefinieerde
blokken (Maandag - vrijdag, Zaterdag - zondag, Maandag
- zondag) kunt u tot 3 tijdsvensters aanleggen.
Bij het invoeren van tijdsvensters van afzonderlijke dagen of
blokken geldt altijd de laatste invoer.
Als u geen tijdsvensters ingesteld hebt, dan houdt de sys-
teemthermostaat rekening met de in de fabrieksinstelling
vastgelegde tijdsvensters.
Aanwijzing
Eens ingestelde tijdsprogramma's blijven ook bij
spanningsverlies behouden.
5.2.3.1 Voorbeeld modus Verwarmen: tijdsvenster
voor een dag
B
1
21 °C
16 °C
3
16:30
18:00
A
Klok
B
Temperatuur
1
Dagtemp. verwarmen
De temperaturen (Dagtemp. verwarmen en Nachttemp.
verw.) legt u in de functie Gewenste temperaturen instellen
(→ Pagina 13) vast.
De tijden voor tijdsvensters legt u in de functie Tijdsprogram-
ma's Verwarmen instellen (→ Pagina 14) aan.
Dagtemp. verwarmen: 21 °C
Nachttemp. verw.: 16 °C
Periode 1: 16:30 - 18:00 uur
Periode 2: 20:00:- 22:30 uur
Binnen de tijdsvensters regelt de systeemthermostaat de
kamertemperatuur op de ingestelde Dagtemp. verwarmen.
Buiten de tijdsvensters regelt de systeemthermostaat de
kamertemperatuur op de ingestelde Nachttemp. verw..
1
2
2
4
20:00
22:30
2
Nachttemp. verw.
3
Tijdvenster 1
4
Tijdvenster 2
A
13