FUNCTIES EN BEDIENINGSORGANEN
1.
Verlaag het motortoerental tot onder 2000 omw/min.
2.
Klap de buitenboordmotor omhoog. Controleer of alle waterinlaatopeningen te allen tijde onder water
blijven.
3.
Laat de motor alleen op laag toerental draaien. Als het motortoerental hoger is dan 2000 tpm, gaat de
buitenboordmotor automatisch terug naar het maximale trimbereik.
Handbediend kantelsysteem
HANDBEDIEND OPKLAPSYSTEEM
Modellen zonder trimbekrachtiging zijn met een opklaphulpsysteem uitgerust waarmee de bestuurder de
buitenboordmotor gemakkelijk kan opklappen en in elke stand van volledig omlaag tot volledig omhoog kan
vergrendelen.
Het opklapsysteem kan worden bijgesteld wanneer de buitenboordmotor in neutraal stationair draait of
wanneer de motor uitgeschakeld is.
Gebruik van de motor zonder gebruik van de opklapvergrendelhendel kan ernstig of dodelijk letsel
veroorzaken. De buitenboordmotor kan omhoog klappen bij afremmen of achteruit varen, waardoor men de
macht over de boot verliest. Zet de buitenboordmotor altijd vast in de positie voor motorbedrijf voordat u
deze gebruikt.
Vóór het varen moet de buitenboordmotor in de opgeklapte stand worden vergrendeld door de
opklapvergendelhendel in de stand "lock/run" (vergrendelen/lopen) te zetten.
OPKLAPPROCEDURE
Breng de opklapvergrendelhendel naar de stand tilt (opklappen). Klap de buitenboordmotor naar de gewenste
stand op en vergrendel hem door de opklapvergrendelhendel in de stand lock/run (vergrendelen/lopen) te
zetten.
a
GEBRUIK IN ONDIEP WATER
Als u met de boot in ondiep water vaart, kan de buitenboordmotor in een hogere hoek worden versteld en
vergrendeld. Gebruik de buitenboordmotor op lage snelheid als hij omhoog geklapt is voor varen in ondiep
water. Zorg dat de koelwater-inlaatopeningen onder water blijven en controleer steeds of er wel water uit de
waterpomp-indicatieopening komt.
WAARSCHUWING
!
b
a -
opklapstand
b -
stasd "lock/run" (vergrendelen/lopen)
26802
28
nld