Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

4
NUTTIGE TIPS:
• Gebruik geen andere plaats voor uw bloedglucosemeting (uw palm of onderarm
etc.) voor kalibratie omdat op een andere plaats gemeten glucosewaarden
kunnen afwijken van die van de plek die u normaal gesproken gebruikt. Gebruik
ter kalibratie alleen een bloedglucosewaarde die u met een bloedglucosemeter
hebt verkregen.
• Om de juiste glucosemetingen van uw sensor te verkrijgen, is een goede
kalibratie vereist met de juiste bloedglucosewaarden.
4.2

KALIBRATIEPROCEDURE

Om te kalibreren, moet u de precieze bloedglucosewaarde van uw meter invoeren.
Bloedglucosewaarden moeten liggen tussen 40 en 400 mg/dL en moeten in de laatste
5 minuten zijn gemeten.
Als u onjuiste bloedglucosewaarden of meer dan 5 minuten oude
bloedglucosewaarden invoert, kan dat leiden tot een onjuiste
glucosemeting van uw sensor.
NUTTIGE TIP:
• Alleen bloedglucosewaarden tussen 40-400 mg/dL kunnen ter kalibratie worden
gebruikt. Als de door u ingevoerde bloedglucosewaarde(n) buiten dit bereik ligt
(liggen), kan de ontvanger niet worden gekalibreerd. U zult moeten wachten met
kalibreren totdat uw bloedglucosewaarde weer binnen dit bereik ligt.
In de onderstaande stappen wordt uitgelegd hoe u handmatig uw bloedglucosewaarden
ter kalibratie moet invoeren:
1. Voer een bloedglucosemeting uit met uw meter.
2. Druk vanuit een willekeurige trendgrafiek op de knop
weer te geven.
3. Druk op de knop
OMHOOG
'BG-waarde invoeren' te bladeren en deze te markeren.
4. Druk op
SELECTEREN
U krijgt een scherm met een bloeddruppel en een
meetwaarde in mg/dL te zien.
50
|
Dexcom G4 PLATINUM continu glucosemonitoringsysteem
of
OMLAAG
om naar
om deze optie te selecteren.
SELECTEREN
om het hoofdmenu

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor Dexcom G4 Platinum

Inhoudsopgave