Controlelampjes controleren
Controleer de werking van de controlelampjes.
• Zet het ultrageluid even aan.
» Het groene controlelampje brandt zolang het ultrageluid is ingeschakeld.
• Schakel de verwarming kort in tot boven 30 °C met behulp van de draaigreep.
» De witte en gele controlelampjes branden zolang de verwarming is ingeschakeld.
Controleer de werking van het ultrageluid en het verwarmingselement
Het vermogen kan worden gecontroleerd met een wattmeter tussen de netstekker van
het apparaat en het stopcontact.
Procedure
1.
Vul de tank met water.
2.
Schakel het ultrageluid en, indien aanwezig, de verwarming achter elkaar aan
en weer uit. Lees de stroom af.
3.
Vergelijk de aflezingen met de technische gegevens. Zie hoofdstuk 8.1 Technische
gegevens.
De gemeten waarden mogen maximaal ± 20 % afwijken van de waarden in de technische
gegevens.
Controle van de vlotter
De vlotter bevindt zich in de tank en is dus een verbruiksmiddel. De vlotter moet regelmatig
op werking en dichtheid worden gecontroleerd.
Bij gevulde tank moet de vlotter tot aan de bovenste aanslag (bovenste ring)
omhoog zwemmen.
Een controle kan in de lege tank als volgt worden uitgevoerd:
Procedure
1.
Vul een voldoende grote beker met water.
2.
Schuif de beker van onderen over de vlotter.
Resultaat
»
De vlotter komt boven – onderdeel in orde.
»
De vlotter blijft aan de onderste aanslagring hangen – onderdeel moet
worden vervangen. Neem contact op met de fabrikant.
23346-002 nl/2023-03
Service en onderhoud
25 / 38