GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN
5.4.4 A
CHTERUITVERSNELLING
Het inschakelen van de achteruitversnelling DIENT altijd bij stilstand te gebeuren.
➤
Bij modellen met mechanische aandrijving:
Trap het pedaal in totdat de machine stilstaat, schakel de achteruit in door de versnelling-
spook opzij te duwen en in de «R» (☛ 4.22) stand te zetten. Laat het pedaal geleidelijk opko-
men om de koppeling in te schakelen en begin met de achteruitrijmanoeuvre.
➤
Bij modellen met hydrostatische aandrijving:
Stop de machine en schakel de achteruitversnelling in door op het koppelingspedaal in de
richting «R» te duwen (☛ 4.32).
5.4.5 H
ET GRAS MAAIEN
Wanneer u zich op het te maaien grasveld bevindt, zorg
ervoor dat de grasopvangzak of de steenbeschermkap
correct gemonteerd zijn en dat de antiscalpwieltjes op de
gewenste hoogte staan.
Elk wieltje kan op twee verschillende hoogtes gemonteerd
worden: in de laagste stand wordt steeds een ruimte gela-
ten tussen het terrein en de rand van het maaidek, om te
voorkomen dat het maaidek het grasveld beschadigt in
aanwezigheid van een ongelijk terrein; in de hoogste stand
worden zij buiten werking gesteld.
Om de stand te veranderen, de pin (1) losschroeven en verwijderen en het wieltje (2) terug plaat-
sen in de bovenste of onderste opening van de rang die overeenkomt met de diameter van het
wieltje.
LET OP!
!
wieltjes, MET DE MOTOR UIT EN DE MESSEN UITGESCHAKELD.
Beginnen met maaien:
– zet de gashendel in de «SNEL» stand;
– zet het maaidek in de hoogste stand;
– schakel de messen in (☛ 4.9);
– begin heel langzaam en voorzichtig te rijden op de grasgrond, zoals reeds eerder beschreven
is;
– stel de juiste rijsnelheid en maaihoogte in (☛ 4.10) afhankelijk aan de toestand van het gazon
(lengte, dichtheid en vochtigheid van het gras);
LET OP!
!
worden om de veiligheidscondities te garanderen ( ☛ 1.2 - 5.5).
Het is in ieder geval verstandig om, elke keer als er een afname in het aantal toeren van de
Deze toepassing dient altijd uitgevoerd te worden op alle vier de
Bij het maaien van hellingen dient de rijsnelheid verminderd te
NL
Ø 100
Ø 80
1
2
27