•
Vermijd het stoppen op een helling, zeker niet als
u een lading vervoert. Stoppen tijdens de afdaling
van een helling kost meer tijd dan op vlak terrein.
Als u het voertuig tot stilstand moet brengen, mag
u de snelheid niet te abrupt verminderen, omdat
dan de kans bestaat dat het voertuig omslaat of
gaat rollen. Trap niet te abrupt op het rempedaal
als u achterwaarts rolt, omdat het voertuig dan kan
omslaan.
•
Indien mogelijk moet u een helling in een rechte
lijn op- en afrijden.
•
Wij adviseren u ten sterkste de optionele
omkiepbeveiliging te monteren als u op
heuvelachtig terrein moet werken.
Gebruik op oneffen terrein
Neem gas terug en verminder de lading als u moet
rijden op oneffen terrein en vlak langs wegranden,
kuilen en andere onverwachte veranderingen in het
terrein. De lading kan gaan schuiven waardoor het
voertuig zijn stabiliteit verliest.
Wij adviseren u ten sterkste de optionele
omkiepbeveiliging te monteren als u op oneffen
terrein moet werken.
WAARSCHUWING
Onverwachte veranderingen in het terrein kunnen
leiden tot abrupte bewegingen van het stuurwiel die
letsel aan handen en armen kunnen veroorzaken.
•
Verminder uw snelheid als u op oneffen terrein
en vlak langs wegranden rijdt.
•
Houd het stuurwiel losjes vast aan de rand.
Houd uw handen niet op de spaken van het
stuurwiel.
Laden en storten
Het gewicht en de positie van de lading en de
passagier kunnen verandering brengen in het
zwaartepunt en de wijze waarop u met het voertuig
moet omgaan. Om te voorkomen dat u de controle
over het voertuig verliest waardoor lichamelijk letsel
kan ontstaan, moet u de volgende richtlijnen in acht
nemen:
•
Vervoer geen lading die zwaarder is dan het
maximum gewicht dat is aangegeven op het
gewichtslabel van het voertuig; voor het
maximum gewicht, zie Specificaties op blz. 12.
Het draagvermogen geldt uitsluitend voor vlak
terrein.
•
Verminder het gewicht van de lading als u op een
helling of oneffen terrein rijdt om te voorkomen
dat het voertuig omkiept of omslaat.
•
Verminder het gewicht van de lading als het
zwaartepunt hoog is. Materialen, zoals bakstenen,
kunstmest of tuinpalen, worden hoger opgestapeld
in de bak. Hoe hoger de lading is opgestapeld,
des te groter is de kans dat het voertuig zal
omslaan. Zorg ervoor dat de lading zo laag
mogelijk is opgestapeld en dat de lading het
uitzicht naar achteren niet belemmert.
•
Zorg ervoor dat het gewicht van de lading
gelijkmatig is verdeeld over de volle breedte van
de laadbak. Als u de lading te veel aan een kant
van de laadbak plaatst, vergroot dit de kans dat het
voertuig omslaat in een bocht.
•
Zorg ervoor dat het gewicht van de lading
gelijkmatig is verdeeld over de volle lengte van de
laadbak. Als u de lading achter de achteras
plaatst, zal hierdoor minder gewicht op de
voorwielen rusten. Hierdoor kunt u de macht over
het stuur verliezen of kan het voertuig omslaan op
hellingen of oneffen terrein.
•
Wees extra voorzichtig als de lading uitsteekt
buiten de laadbak en als u een uit-middelpuntige
lading vervoert die niet kan worden gecentreerd.
Zorg ervoor dat de lading in evenwicht is en goed
vastzit om te voorkomen dat deze gaat schuiven.
WAARSCHUWING
De laadbak kan zwaar zijn. Handen of andere
lichaamsdelen kunnen bekneld raken.
•
Houd handen en andere lichaamsdelen uit
de buurt van de bak als u deze neerlaat.
•
Let erop dat u geen materiaal op
omstanders stort.
•
Stort de lading nooit uit de bak als het voertuig
zijwaarts op een helling staat. Als gevolg van de
verandering in de gewichtverdeling kan het
voertuig omslaan.
7