Een document afwerken
Nieten
Selecteer een van de nietposities (kopieën
worden automatisch gesorteerd).
Geef het aantal kopieersets op.
Plaats de originelen en druk dan op
de Start -knop.
Perforeren
Selecteer een van de perforatieposities
(kopieën worden geperforeerd).
Geef het aantal kopieersets op.
Plaats de originelen en druk vervolgens op de
knop Start .
Nieten en perforeren kan gelijktijdig
worden gedaan.
De beschikbaarheid van afwerkmogelijk-
heden hangt af van uw configuratie.
Geavanceerde functies
Verkleinen/vergroten
•
Zoom: U kunt de reproductieverhouding in
stappen van 1% opgeven.
•
Vergroting: U kunt de horizontale en verticale
reproductiefactor afzonderlijk opgeven.
Reeksen kopiëren
•
Kopieert de voor- en achterkant van één
dubbelzijdig origineel afzonderijk op twee vellen.
Boekje/Tijdschrift
•
Kopieert twee of meer originelen in
paginavolgorde.
Hoofdstukverwijzingen in deze handleiding verwijzen naar de meegeleverde cd-rom met
handleidingen (Kopiëren / Document Server).
(Basisfuncties kopiëren)
(Basisfuncties kopiëren, Geavanceerde kopieerfuncties)
Bewerken/Stempel
•
•
•
•
Kaft/Tussenblad
•
•
.
Document Server
Waarom zou u deze functie gebruiken?
• Om veelgebruikte documenten centraal op te
slaan en op afroep af te drukken.
• Om de belasting van het netwerk te
verminderen.
Hoe gebruik ik deze functie in de
kopieermodus?
Druk op [Bestand opslaan].
Voer een bestandsnaam,
een gebruikersnaam of
een wachtwoord in, als dat nodig is.
Geef indien nodig een map op waarin het
document wilt opslaan.
Druk op [OK].
Plaats de originelen.
Geef de scaninstellingen voor het origineel op.
Druk op de Start -knop.
Het apparaat slaat gescande originelen in het
geheugen op en maakt één set kopieën.
Om uw document te vinden, drukt u op
de Home -knop linksonder op het bedienings-
paneel, en druk op het [Document Server]-picto-
gram op het [Home]-scherm.
Voor meer functies van de Document Server,
zie Kopiëren / Document Server
Beeldherhaling/Dubbele kopie: De originele
afbeelding wordt herhaaldelijk gekopieerd.
Centreren: Verplaatst de afbeelding naar het
midden.
Wissen: Wist het midden en/of alle vier de zijden
van de originele afbeelding.
Stempels: Hiermee kunt u de datum, paginanummers,
etc. kopiëren op afdrukken.
Voor-/achterblad: Hiermee kunt u kaften maken.
Tussenvoegen: Kopieert bepaalde pagina's van
het origineel op tussenvoegvellen.
(Basisfuncties
kopiëren)
.