14.17
Afgifte van de veldspuit bepalen
Vereiste hulpmiddelen voor het uitliteren:
(1) Quick-Check-beker
(2) chronometer
Bepalen van de werkelijke afgifte via de afzonderlijke spuitdoppen bij stilstand
UX Super CP Plus BAG0232.5 05.23
Controleer de veldspuit door uitliteren
voor het begin van het seizoen.
•
bij elke spuitdopwissel.
•
om de instelinstructies van de spuittabellen te controleren.
•
bij afwijkingen tussen werkelijke en vereiste afgifte [l/ha].
•
Afwijkingen tussen werkelijke en vereiste afgifte [l/ha] kunnen
veroorzaakt worden:
door het verschil tussen werkelijk gereden en op de tractormeter
•
weergegeven rijsnelheid en/of
•
door natuurlijke slijtage aan de spuitdoppen.
De spuitdopafgifte van minstens 3 verschillende spuitdoppen
bepalen. Hiervoor wordt telkens één spuitdop aan de linker en de
rechter arm en in het midden van de spuitboom gecontroleerd.
1. Bedieningsterminal:
1.1 Voer de vereiste afgifte in op de bedieningsterminal.
1.4 Gesimuleerde snelheid ingeven
2. Vul de spuitvloeistoftank met water (circa 1000 l).
3. Het roerwerk inschakelen.
4. Spuitbedrijf inschakelen en controleren of alle spuitdoppen
correct werken.
5. De afzonderlijke spuitdopafgifte [l/min] op meerdere spuitdoppen
bepalen.
Daarvoor de Quick-Check-beker precies 30 seconden onder een
spuitdop houden.
6. Spuiten uitschakelen
7. De gemiddelde afzonderlijke spuitdopafgifte [l/ha] bepalen.
Met de tabel op de Quick-Check-beker.
•
•
Door berekening.
•
Met spuittabel.
Reiniging, onderhoud en service
233