April 2019
Aanbouwdelen
STOPPEN. De arm is
zijwaarts horizontaal
uitgestrekt, met de
handpalm omlaag, en wordt
naar voren en achteren
gezwaaid.
ZWENKEN. De arm is
horizontaal uitgestrekt, de
wijsvinger wijst in de
richting waarin de arm moet
zwenken.
GIEK LATEN ZAKKEN. De
arm is zijwaarts horizontaal
uitgestrekt, de duim wijst
omlaag terwijl de overige
vingers gesloten zijn.
86
NOODSTOP. Beide armen zijn zijwaarts horizontaal
uitgestrekt, met de handpalmen omlaag, en worden naar
voren en achteren gezwaaid.
TELESCOPISCHE GIEK
DE GIEK HEFFEN EN DE
INTREKKEN.
LAST LATEN ZAKKEN. De
De handen bevinden zich
arm is zijwaarts uitgestrekt
voor het lichaam op
en de duim wijst omhoog,
taillehoogte, de duimen
de vingers worden geopend
wijzen naar elkaar terwijl de
en gesloten zolang
overige vingers gesloten
verplaatsing van de last is
zijn.
gewenst.
TELESCOPISCHE GIEK
VERPLAATSEN/TOREN
UITGESCHOVEN.
VERPLAATSEN. Alle
De handen bevinden zich
vingers wijzen omhoog, de
voor het lichaam op
arm wordt horizontaal naar
taillehoogte, de duimen
voren uitgestrekt en
wijzen naar buiten terwijl de
ingetrokken om een
overige vingers gesloten
duwbeweging in de
zijn.
beweegrichting te maken.
GTH-2506 - GTH-3007
Tweede uitgave - Eerste druk
HIJSEN. De bovenarm is
GIEK OMHOOG. De arm is
zijwaarts uitgestrekt, de
zijwaarts horizontaal
onderarm en wijsvinger
uitgestrekt, de duim wijst
wijzen recht omhoog, hand
omhoog terwijl de overige
en vinger maken kleine
vingers gesloten zijn.
cirkelbewegingen.
EINDE VAN DE
VIEREN. De arm en
WERKZAAMHEDEN.
wijsvinger wijzen omlaag,
Beide handen zijn op
de hand en vinger maken
taillehoogte
kleine cirkelbewegingen.
samengevoegd.
DE GIEK LATEN ZAKKEN
LANGZAAM BEWEGEN.
EN DE LAST HIJSEN. De
De andere hand wordt voor
arm is zijwaarts horizontaal
de hand geplaatst die het
uitgestrekt en de duim wijst
actiesignaal geeft.
omlaag, de vingers worden
geopend en gesloten
zolang verplaatsing van de
last is gewenst.
Ond. nr. 57.0009.0779GT