Bedieningshandleiding | VACON® 100 wandgemonteerde
frequentieregelaars
4. Bij gebruik van dikke kabels moet u kabelisolatie tussen de aansluitklemmen plaatsen om contact tussen de kabels te voorkomen.
5. Sluit de kabels aan. Zie
10.5 Aanhaalmomenten voor de klemmen
A Sluit de fasegeleiders van de netkabel en de motorkabel aan op de juiste klemmen. Bij gebruik van een remweerstandskabel
moet u de geleiders ervan ook op de juiste klemmen aansluiten.
B Sluit de aardleiding van elke kabel aan op een aardingsklem met een aardingsbeugel voor de aardleiding.
C Zorg ervoor dat de externe aardleiding verbonden is met de aardingsrail. Zie
Danfoss A/S © 2019.05
voor de juiste aanhaalmomenten voor de klemmen.
6.3
Aarding.
AQ298036140958nl-000101 / DPD01717| 51
Elektrische installatie