Pagina 1
DX-C200P Gebruiksaanwijzing Hardwarehandleiding Overzicht van de printer De printer en zijn opties installeren De printer aansluiten Configuratie Papier en overige media Verbruiksartikelen vervangen De printer reinigen Problemen oplossen Vastgelopen papier verwijderen 10 Bijlage Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u dit apparaat gebruikt en bewaar deze voor toekomstige raadpleging. Voor een veilig en juist gebruik,...
Pagina 2
Inleiding Deze handleiding bevat gedetailleerde instructies en opmerkingen over de bediening en het gebruik van dit apparaat. Lees voor uw eigen veiligheid en ter informatie de handleiding aandachtig door voordat u gebruik gaat maken van het apparaat. Houd de handleiding binnen handbereik voor toekomstig gebruik. Kopieer of druk geen stukken af waarop een wettelijk afdrukverbod van kracht is.
INHOUDSOPGAVE Hoe werkt deze handleiding?...........................4 Symbolen................................4 Opmerkingen..............................4 Modelspecifieke informatie..........................5 Plaats van de stickers WARNING en CAUTION..................6 Stroomschakelaarsymbolen..........................8 Handleidingen voor deze printer........................9 Lijst met opties..............................10 1. Overzicht van de printer Buitenkant: Vooraanzicht..........................11 Buitenkant: Achteraanzicht..........................13 Binnenkant................................14 Bedieningspaneel.............................16 2. De printer en zijn opties installeren De printer installeren............................17 Waar moet ik de printer plaatsen?......................17 Uitpakken..............................20...
Pagina 4
5. Papier en overige media Papier en andere media die door deze printer worden ondersteund............53 Aanbevolen papier............................57 Papier plaatsen............................57 Papier opslaan.............................57 Papiersoorten...............................58 Specificaties van de papiersoort........................58 Papier dat niet door deze printer wordt ondersteund................65 Voorzorgsmaatregelen bij het opslaan van papier..................66 Afdrukgebied...............................66 Papier plaatsen..............................68 Papier plaatsen in lade 1..........................68...
Pagina 5
9. Vastgelopen papier verwijderen Wanneer er papier is vastgelopen......................145 Wanneer "Interne storing" verschijnt.......................146 Wanneer "Storing:Pap.lade", "Storing: Lade 1" of "Storing: Lade 2" verschijnt........149 Wanneer "Storng:Dupl.eenh" verschijnt....................151 Wanneer "Storng:Stnd.lade" verschijnt....................152 10. Bijlage Als de printer voor langere tijd niet gebruikt wordt..................153 De printer voorbereiden op een lange periode van inactiviteit............153 De printer weer in gebruik nemen na een lange periode van inactiviteit..........154 De printer verplaatsen en vervoeren......................156...
Hoe werkt deze handleiding? Symbolen De handleiding gebruikt de volgende symbolen: Geeft punten aan waar u rekening mee moet houden wanneer u het apparaat gebruikt en een uitleg van mogelijke oorzaken voor het vastlopen van papier, schade aan originelen of gegevensverlies. Lees deze uitleg zorgvuldig door.
Modelspecifieke informatie In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u de regio van uw apparaat kunt vaststellen. Op de achterkant van het apparaat bevindt zich een sticker op de plaats die hieronder wordt weergegeven. De sticker bevat gegevens waarmee de regio van uw apparaat wordt geïdentificeerd. Lees wat er op de sticker staat.
Plaats van de stickers WARNING en CAUTION De printer is voorzien van stickers met de tekst WARNING en CAUTION op de plaatsen die hieronder worden getoond. Volg om veiligheidsredenen de instructies op en behandel de printer zoals aangegeven. CER069 Verbrand gebruikte toner of tonercartridges niet. Tonerstof kan ontvlammen indien het wordt blootgesteld aan open vuur.
Pagina 9
Verbrand gemorste of gebruikte toner niet. Tonerstof kan ontvlammen indien het wordt blootgesteld aan open vuur. Geef afval af bij een officiële dealer of inzamelplaats. Houd toner (nieuw of gebruikt), tonercartridges en onderdelen die in contact zijn geweest met toner, buiten het bereik van kinderen.
De printer weegt ongeveer 23,8 kg (52,5 lb.). Als u de printer optilt, moet u deze bij de grepen aan beide zijden vastpakken. Stroomschakelaarsymbolen De symbolen voor de schakelaars op dit apparaat hebben de volgende betekenis: • : AAN • : UIT...
Handleidingen voor deze printer Lees deze handleiding goed door voordat u deze printer gaat gebruiken. Raadpleeg de handleidingen die relevant zijn voor de handelingen die u op de printer wilt uitvoeren. • De media zijn afhankelijk van de handleiding. • De gedrukte en elektronische versies van een handleiding hebben dezelfde inhoud. •...
Lijst met opties In dit deel staat een lijst met opties voor deze printer en hoe hiernaar in deze handleiding wordt verwezen. Optielijst Verwezen naar als Paper Feed Unit papierinvoereenheid • Zie "Specificaties" voor meer informatie over de specificaties van deze optie. •...
1. Overzicht van de printer In dit hoofdstuk worden de namen en functies van onderdelen van de printer besproken. Buitenkant: Vooraanzicht CER020 1. Bovenklep Open deze klep wanneer u de inktcartridge wilt vervangen. 2. Bedieningspaneel Bevat plastic knoppen voor de bediening van de printer en indicatielampjes die de status van de printer weergegeven.
Pagina 14
1. Overzicht van de printer 8. Standaard lade-verlengstuk Gebruik dit om vellen te ondersteunen die gekruld uit de printer komen. Klap het verlengstuk open door het uiteinde naar beneden te duwen dat zich tegen de achterkant van het apparaat bevindt. 9.
Buitenkant: Achteraanzicht Buitenkant: Achteraanzicht CER021 1. Openingshendel voorpaneel 2. Klep voor kabels 3. Stroomaansluiting 4. Achterklep Verwijder deze klep wanneer u papier dat groter is dan A4 in de lade legt. 5. Ethernetpoort Gebruik een netwerkinterfacekabel om de printer op het netwerk aan te sluiten. 6.
1. Overzicht van de printer Binnenkant CER022 1. Printcartridge Wordt aan de achterkant van de printer geplaatst in de volgorde cyaan (C), magenta (M), geel (Y) en zwart (K). Als het volgende bericht op het display verschijnt, vervang dan de inktcartridge: "Vervang toner:"...
Pagina 17
Binnenkant • Voor meer informatie over de berichten die op het display verschijnen en aangeven dat u eenheden moet vervangen, zie Pag.123 "Fout- en statusmeldingen op het bedieningspaneel".
1. Overzicht van de printer Bedieningspaneel CER019 1. [Stop/Start]-knop Als u op deze knop drukt, ontvangt de printer geen gegevens meer en is afdrukken niet mogelijk. 2. [Job Reset]-knop Druk op deze knop om een klus te annuleren die afgedrukt wordt. 3.
2. De printer en zijn opties installeren In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe de printer ingesteld en geconfigureerd moet worden voor gebruik en hoe de optionele papierinvoereenheid voor deze printer geïnstalleerd moet worden. De printer installeren Dit deel beschrijft hoe de printer geïnstalleerd moet worden en hoe instellingen uitgevoerd kunnen worden na de installatie.
Pagina 20
2. De printer en zijn opties installeren • Plaats geen vazen, plantenpotten, kopjes, toiletartikelen, medicijnen, kleine metalen voorwerpen of voorwerpen gevuld met water of een andere vloeistof op of vlak bij het apparaat. Als er vloeistof of andere materie in het apparaat komt, kan dit brand of elektrische schokken tot gevolg hebben.
De printer installeren • Stel het apparaat niet bloot aan zoutige (zee)lucht en bijtende gassen. Plaats het apparaat ook niet in ruimtes waar chemische reacties plaatsvinden (zoals in laboratoria, etc.). Doet u dit wel, dan zal het apparaat niet naar behoren werken en mogelijk defect raken. Benodigde ruimte De aanbevolen (minimaal vereiste) ruimte is: NL CER118...
2. De printer en zijn opties installeren • Ruimten die worden blootgesteld aan direct zonlicht of sterk licht • Stoffige ruimten • Ruimten met agressieve gassen • Zeer koude, warme of vochtige ruimten • Ruimten die blootgesteld zijn aan luchtstromen (warm, koud of kamertemperatuur) afkomstig uit airconditioners •...
Pagina 23
De printer installeren • Als het apparaat rook of een vreemde geur afgeeft of als deze op onnatuurlijke wijze functioneert, dient u onmiddellijk de stroom uit te schakelen. Zodra het apparaat is uitgeschakeld, trekt u de stekker uit het stopcontact. Neem vervolgens contact op met uw servicevertegenwoordiger en meld het probleem.
Pagina 24
2. De printer en zijn opties installeren • Houd toner (nieuw of gebruikt), tonercartridges en onderdelen die in contact zijn geweest met toner, buiten het bereik van kinderen. • Indien toner of gebruikte toner wordt ingeademd, gorgel dan met voldoende water en ga naar een omgeving met frisse lucht.
Pagina 25
De printer installeren • Houd een onbedekte tonercartridge niet in direct zonlicht. • Raak de fotogeleider van de inktcartridge niet aan. CER088 Raak de ID-chip aan de zijkant van de printcartridge niet aan. CES032 Verwijder de plastic zak. Til de printer met vier personen op aan de inkepingen (handgrepen) aan beide zijden van de printer.
Pagina 26
2. De printer en zijn opties installeren Trek aan het handvat op de voorklep en laat de voorklep vervolgens voorzichtig zakken. CER095 Trek beide stukken plakband voorzichtig omhoog en verwijder deze tegelijkertijd van het apparaat. ASH109S Duw beide fuseereenheidhendels omhoog met allebei uw duimen. CER242...
Pagina 27
De printer installeren Sluit de voorklep voorzichtig met beide handen. CER099 Trek de hendel van de bovenklep op om de bovenklep te openen. CER100 Verwijder het beschermingsplakband. CER098 Til de printercartridges eruit en schudt ze heen en weer. De zwarte printercartridge heeft een beschermblad dat u voor het schudden moet verwijderen.
Pagina 28
2. De printer en zijn opties installeren CER240 Plaats de zwarte printercartridge op een vlak oppervlak en verwijder het beschermblad voor het schudden. CES031 Houd de printcartridge vast en schud deze vijf of zes keer heen en weer. CER101...
De printer installeren Controleer of de tonerkleur en plaats overeenkomen en plaats vervolgens de inktcartrigde voorzichtig in verticale richting. CER011 Sluit de bovenklep voorzichtig met beide handen. Let op dat uw vingers niet bekneld raken. CER012 Plak de sticker op het apparaat zoals aangegeven in de afbeelding hieronder. CER243 Het apparaat aanzetten Volg, voordat u het apparaat aanzet, de procedure hieronder.
Pagina 30
2. De printer en zijn opties installeren • Gebruik geen andere stroombronnen dan degene die overeenkomen met de getoonde specificaties in deze handleiding. Doet u dit wel, dan kan dit resulteren in brand of een elektrische schok. • Gebruik geen frequenties anders dan degene die overeenkomen met de getoonde specificaties. Doet u dit wel, dan kan dit resulteren in brand of een elektrische schok.
Pagina 31
De printer installeren • Zorg ervoor dat de stekker van het snoer goed in het stopcontact zit. Gedeeltelijk ingestoken stekkers zorgen voor een instabiele aansluiting die kan leiden tot een onveilige ophoping van warmte. • Als dit apparaat enkele dagen of langer niet zal worden gebruikt, moet de stekker uit het stopcontact worden gehaald.
2. De printer en zijn opties installeren Zet de aan-/uitschakelaar in de aan-stand. CER066 Het indicatielampje Stroom op het bedieningspaneel gaat branden. • Wacht tot het indicatielampje Stroom gaat branden. • Het apparaat maakt geluid bij het initialiseren. Dit geluid duidt niet op slecht functioneren. De taal van het display selecteren Selecteer een taal met behulp van de procedure die hier wordt beschreven.
De printer installeren Druk op [ ] of [ ] om de taal te selecteren en druk daarna op de [OK]-knop. Taal: Engels Druk op de [Menu]-knop om naar het beginscherm terug te keren. Testpagina afdrukken Het volgende gedeelte geeft een uitleg over de procedure voor een testpagina. Druk een testpagina af om te verifiëren dat de printer naar behoren werkt.
2. De printer en zijn opties installeren Opties installeren Dit gedeelte beschrijft hoe u opties kunt installeren. Door opties te installeren kunt u de werking van de printer verbeteren en beschikken over uitgebreidere opties. Zie voor de specificaties van iedere optie Pag.160 "Specificaties". Papierinvoereenheid bevestigen •...
Pagina 35
Opties installeren Controleer of het pakket de papierinvoereenheid bevat. CER004 Schakel de printer uit en haal de stekker uit het stopcontact. Verwijder het plakband van de optionele papierinvoereenheid. CER023 Til de printer op aan de handgrepen aan beide zijden van het apparaat. CER047...
Pagina 36
2. De printer en zijn opties installeren Er bevinden zich drie staande pennen op de optionele papierinvoereenheid. Plaats deze in de openingen aan de onderzijde van de printer en laat de printer voorzichtig zakken. CER005 Nadat er een optie is geïnstalleerd, drukt u de configuratiepagina af om de installatie te bevestigen.
3. De printer aansluiten In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de netwerk- en USB-kabels aansluit. Netwerkverbinding Hieronder wordt omschreven hoe u de printer via het netwerk op de computer aansluit. Bereid de hub, rechtstreekse ethernetkabel en andere benodigde netwerkapparatuur voor voordat u de 10BASE-T- kabel of de 100BASE-TX-kabel op de ethernetpoort van de printer aansluit.
3. De printer aansluiten Sluit de ethernetkabel aan op de ethernetpoort. CER048 Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op het netwerk van de printer, zoals op een hub. Plaats de klep over de kabelaansluiting. CER081 • Raadpleeg de Softwarehandleiding voor meer informatie over instellingen voor de netwerkomgeving.
Pagina 39
Netwerkverbinding 1. Geel: knippert als 100BASE-TX of 10BASE-T wordt gebruikt. 2. Groen: gaat branden wanneer de printer op de juiste wijze op het netwerk is aangesloten.
3. De printer aansluiten USB-aansluiting • Voor gebruikers buiten de Verenigde Staten van Amerika: goed afgeschermde en geaarde kabels en connectoren moeten voor aansluitingen met een host-computer (en/of randapparatuur) worden gebruikt om in overeenstemming te zijn met de stralingslimieten. • Voor gebruikers in de Verenigde Staten van Amerika: goed afgeschermde en geaarde kabels en connectoren moeten voor aansluitingen met een host-computer (en/of randapparatuur) worden gebruikt om in overeenstemming te zijn met de FCC-stralingslimieten.
Pagina 41
USB-aansluiting Sluit de vierhoekige connector van de USB 2.0-kabel aan op de USB-poort. CER049 Sluit de platte connector aan het andere uiteinde aan op apparaten zoals de USB- interface van uw computer. Plaats de klep over de kabelaansluiting. CER081 • Raadpleeg de Softwarehandleiding voor details over afdrukken via de USB-aansluiting.
4. Configuratie Dit hoofdstuk beschrijft welke netwerkverbindingen worden ondersteund door de printer en hoe u de IP- adressen moet instellen. Ethernetconfiguratie Bij het aansluiten van de printer met een ethernetkabel op een netwerk, moeten, afhankelijk van de netwerkomgeving, de benodigde instellingen op het bedieningspaneel gedaan worden. Web Image Monitor kan gebruikt worden voor de instellingen die te maken hebben met het IP-adres.
Pagina 44
4. Configuratie Naam instelling Waarde • IPv6: Aan • IP-adres (DHCP): XXXX: XXXX: XXXX: XXXX: XXXX: XXXX: XXXX: XXXX * Als de DHCP-instelling is ingeschakeld, wordt het IPv6-adres dat is verkregen van een DHCP-server getoond. • Handm. adres: • Handm. adres: 0000:0000:0000 •...
Ethernetconfiguratie Een IP-adres specificeren voor IPv4 (geen DHCP) Gebruik de volgende procedure om een specifiek IP-adres toe te wijzen aan een printer met een IPv4- protocol. Deze procedure is alleen nodig wanneer u de printer gaat gebruiken op een netwerk zonder DHCP of als u wilt voorkomen dat het IP-adres van de printer verandert.
4. Configuratie Druk op [ ] of [ ] om [IP-adres] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. IPv4-config.: IP-adres Druk op [ ] of [ ] om het adres in te voeren en druk daarna op de [OK]-knop. IP-adres: 0.0.0.0 Druk op [ ] of [ ] om het meest linker invoerveld van het adres in te voeren.
Pagina 47
Ethernetconfiguratie Druk op de [Menu]-knop. CER408 Druk op [ ] of [ ] om [Host-interface] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Menu: Host Interface Druk op [ ] of [ ] om [Netwerkinstell.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop.
4. Configuratie • Voor meer informatie over het afdrukken van de configuratiepagina met het bedieningspaneel, zie Pag.31 "Testpagina afdrukken". Een IP-adres voor IPv6 (geen DHCP) specificeren Gebruik de volgende procedure om een specifiek IP-adres toe te wijzen aan de printer met IPv6- protocol.
Ethernetconfiguratie Druk op [ ] of [ ] om [Aan] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. IPv6 Druk op [ ] of [ ] om [DHCP] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. IPv6-config.: DHCP Druk op [ ] of [ ] om [Uit] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.
4. Configuratie Druk een configuratiepagina af om de gemaakte instellingen te controleren. • Voor meer informatie over het afdrukken van de configuratiepagina met het bedieningspaneel, zie Pag.31 "Testpagina afdrukken". Automatisch een IP-adres ontvangen voor Ipv6 (DHCP) • Wanneer u deze printer in een DHCP-omgeving gebruikt met IPv6-protocol, selecteert u [DHCP] met behulp van de volgende procedure.
Ethernetconfiguratie Druk op [ ] of [ ] om [IPv6] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. IPv6-config.: IPv6 Druk op [ ] of [ ] om [Aan] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. IPv6 Druk op [ ] of [ ] om [DHCP] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.
Pagina 52
4. Configuratie Router/HUB Printer [10Mbps [10Mbps Full [100Mbps [100Mbps [Autom. Half D.] Half D.] Full D.] select.] 10 Mbps Full Duplex 100Mbps Half Duplex 100 Mbps Full Duplex automatisch onderhandelen (automatisch selecteren) • De verbinding kan niet tot stand worden gebracht als de ethernetsnelheid niet overeenkomt met de overdrachtsnelheid van uw netwerk.
Pagina 53
Ethernetconfiguratie Druk op [ ] of [ ] om [Netwerkinstell.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Host-interface: Netwerkinstell. Druk op [ ] of [ ] om [Ethernetsnelh.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop.
5. Papier en overige media In dit gedeelte wordt uitgelegd welke papierformaten en -typen door de printer worden ondersteund en hoe u papier in de papierladen plaatst. Papier en andere media die door deze printer worden ondersteund Dit deel beschrijft de papiersoort, -formaat en -gewicht dat in elke lade geplaatst kan worden. Ook wordt de capaciteit van elke lade aangegeven.
Pagina 56
5. Papier en overige media Lade 1 Type Formaat Gewicht Capaciteit Dun papier 60 tot 160 g/m Normaal papier B5 JIS (16 tot 43 lb.) (80 g/m , 20 lb.) Medium dik Dik papier 1 B6 JIS Dik papier 2 Gerecycled papier Legal (8 "...
Pagina 57
Papier en andere media die door deze printer worden ondersteund Lade 2 (optie) Type Formaat Gewicht Capaciteit Dun papier 60 tot 105 g/m Normaal papier Letter (8 "×11") (16 tot 28 lb.) (80 g/m , 20 lb.) Medium dik Dik papier 1 Gerecycled papier Gekleurd papier Voorbedrukt...
Pagina 58
5. Papier en overige media Handinvoer Type Formaat Gewicht Capaciteit Dun papier 60 tot 160 g/m Normaal papier B5 JIS (16 tot 43 lb.) Medium dik Dik papier 1 B6 JIS Dik papier 2 Gerecycled papier Legal (8 " × 14 ") Gekleurd papier Letter (8 "×11")
Aanbevolen papier Aanbevolen papier Papier plaatsen • Gebruik geen papier dat bestemd is voor een inkjetprinter; dit kan in de fuseereenheid vast blijven zitten en papierstoringen veroorzaken. • Gebruik geen OHP-transparanten. Gebruik alleen ondoorzichtige media. • Plaats het papier zoals hieronder is beschreven •...
5. Papier en overige media Papiersoorten Dit deel bevat informatie over het soort papier dat door deze printer ondersteund wordt en welke voorzorgsmaatregelen hiermee gepaard gaan. Papiersoort instellen Gebruik het printerstuurprogramma of bedieningspaneel om de papiersoort die u wilt gebruiken aan te geven.
Pagina 65
Aanbevolen papier Etikettenpapier Item Beschrijving Ondersteunde Lade 1 en handinvoer papierlade Formaat Geen dubbelzijdig ondersteunt Opmerkingen • Het aantal vellen dat afgedrukt kan worden binnen één minuut is ongeveer de helft van dat van medium dik papier. • Vermijd het gebruik van etikettenpapier waarop de lijm zichtbaar is. Lijm kan aan onderdelen aan de binnenkant van de printer blijven plakken, waardoor papierinvoerproblemen kunnen ontstaan, de adrukkwaliteit kan verslechteren of vroegtijdige slijtage van de...
Pagina 66
5. Papier en overige media • Als enveloppen ernstig krullen na het bedrukken, maak ze dan plat door ze tegen de krul in op te rollen. • Na het afdrukken kunnen enveloppen soms vouwen aan de lange zijden hebben en kunnen de onbedrukte zijkanten met toner besmeurd zijn.
Aanbevolen papier NL CER109 • Als de krul hardnekkig is, maak de enveloppen dan met uw vingers plat zoals getoond in de illustratie hieronder. CER110 • Dubbelzijdig afdrukken is wellicht niet mogelijk op 8 " × 13 ", 8 " × 13 ", Folio (8 "...
5. Papier en overige media • Vochtig papier • Papier dat droog genoeg is om statische elektriciteit te veroorzaken • Papier dat reeds bedrukt is, met uitzondering van een voorgedrukt briefhoofd. Storingen kunnen in het bijzonder worden verwacht, indien papier wordt gebruikt dat reeds door een andere dan een laserprinter is bedrukt (bijvoorbeeld door monochrome of kleurenkopieerapparaten, inkjetprinters, enz.) •...
Pagina 69
Aanbevolen papier Papier CER001 1. Afdrukgebied 2. Invoerrichting 3. Ongeveer 4,2 mm (0,17 inch) 4. Ongeveer 4,2 mm (0,17 inch) Envelop CER117 1. Afdrukgebied 2. Invoerrichting 3. Ongeveer 10 mm (0,39 inch) 4. Ongeveeer 15 mm (0,59 inch) • Het afdrukgebied kan variëren, afhankelijk van papierformaat, printertaal en printerinstellingen. •...
5. Papier en overige media Papier plaatsen Hier wordt uitgelegd hoe u papier plaatst in de papierlade of de handinvoerlade. • Trek de papierlade niet met geweld uit de printer. De lade kan dan namelijk vallen en letsel veroorzaken. • Pas tijdens het bijvullen van papier op dat uw vingers niet vast komen te zitten of dat u ze verwondt.
Pagina 71
Papier plaatsen Trek lade 1 er voorzichtig met beide handen uit. CER030 Plaats de lade op een vlak oppervlak. Druk de metalen plaat naar beneden totdat deze op zijn plaats vastklikt. CER031 Maak de klem aan de zijgeleiders vast en schuif deze tot het standaardformaat. CER032...
Pagina 72
5. Papier en overige media CER082 Zet bij het plaatsen van een aangepast papierformaat de papiergeleider iets breder dan het werkelijke formaat. Maak de voorste eindgeleider vast en schuif deze naar binnen tot het standaardformaat. CER034 CER113 Zet bij het plaatsen van een aangepast papierformaat de papiergeleider iets breder dan het werkelijke formaat.
Pagina 73
Papier plaatsen CER033 Schuif de geleiders naar binnen, totdat deze vlak tegen de zijkanten van het papier staan. Zorg dat het papier niet hoger wordt gestapeld dan de markering op de zijgeleiders. CER083 Controleer of er geen openingen tussen het papier en de papiergeleiders zijn; zowel bij de papiergeleiders aan de zijkant als aan de voorkant.
5. Papier en overige media CER077 Duw lade 1 voorzichtig recht in de printer. CER035 Zorg om papierstoringen te voorkomen, dat de lade stevig is geplaatst. • De bovenste limiet verschilt afhankelijk van het soort papier; dun papier of dik papier. Controleer de sticker aan de binnenkant van de lade om de bovengrens te bevestigen.
Pagina 75
Papier plaatsen • Geef, nadat u het papier in de lade hebt geplaatst, de papiersoort op via het bedieningspaneel om afdrukproblemen te vermijden. Dit apparaat herkent niet automatisch het papierformaat. • Plaats niet verschillende papiersoorten in één en dezelfde lade. •...
Pagina 76
5. Papier en overige media Druk de metalen plaat naar beneden totdat deze op zijn plaats vastklikt. CER031 Maak het verlengstuk in de richting DUWEN vast en trek het verlengstuk uit totdat het stopt (u hoort een klik). CER084 Zorg er na het verlengen voor dat de pijlen op het verlengstuk en de lade met elkaar overeenkomen.
Pagina 77
Papier plaatsen Knijp in de klem aan de zijgeleiders en schuif deze tegen het papier aan. CER102 CER082 Maak de voorste eindgeleider vast en schuif deze tegen het Legalpapierformaat aan. CER104...
Pagina 78
5. Papier en overige media CER235 Plaats het papier zodanig dat de afdrukzijde naar boven ligt Zorg dat het papier niet hoger wordt gestapeld dan de bovenste limietmarkering (bovenste lijn) binnen in de lade. CER103 Schuif de geleiders naar binnen totdat ze vlak tegen de zijkant van het papier staan. Zorg dat het papier niet hoger wordt gestapeld dan de markering op de zijgeleiders.
Pagina 79
Papier plaatsen Controleer of er geen openingen tussen het papier en de papiergeleiders zijn; zowel bij de papiergeleiders aan de zijkant als aan de voorkant. CER105 Als er een opening is tussen het papier en de voorste papiergeleider, zoals in het voorbeeld hieronder, wordt het papier mogelijk niet goed ingevoerd.
5. Papier en overige media • Het indicatielampje voor overgebleven papier aan de rechter voorkant van de papierlade laat zien hoeveel papier er ongeveer over is. • Voor details over papiersoorten die door de printer ondersteund worden, zie Pag.57 "Aanbevolen papier".
Papier plaatsen Druk op [ ] of [ ] om het juiste papierformaat weer te geven. Druk vervolgens op de [OK]-knop. Pap.form lade 1: Pap.form lade 1: 8 1/2 x 11 Druk op de [Menu]-knop. • Als de instelling [Autom. doorgaan] is ingeschakeld onder [Systeem], negeert de printer de instellingen voor papiersoort en -formaat en wordt er afgedrukt op het geplaatste papier.
Pagina 82
5. Papier en overige media Druk op [ ] of [ ] om [Papierinvoer] weer te geven en druk daarna op de [OK]-knop. Menu: Papierinvoer Druk op [ ] of [ ] om [Papierformaat] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop.
Pagina 83
Papier plaatsen Een papiersoort voor Lade 1 en Lade 2 specificeren U kunt de prestaties van de printer verbeteren door de optimale papiertype te selecteren voor de lade. U kunt de volgende papiersoorten selecteren: • [Dun papier], [Normaal papier], [Medium dik], [Dik papier 1], [Gerecycled pap.], [Gekleurd papier], [Voorbedrukt], [Geperforeerd], [Briefpapier] Druk op de [Menu]-knop.
5. Papier en overige media afdrukken wordt tijdelijk onderbroken wanneer een fout wordt gedetecteerd en begint automatisch weer tien seconden nadat de instellingen gedaan zijn op het bedieningspaneel. Papier plaatsen in de handinvoer • Zorg voor het afdrukken op al het papier behalve enveloppen dat de fuseereenheidshendels achter de voorklep omhoog staan.
Papier plaatsen Stel de zijgeleiders af op het papierformaat. CER053 Ondersteun het papier met uw handen en voer het voorzichtig in totdat het stopt. CER054 Wanneer het papier ingevoerd is totdat het stopt, wordt het papier een stukje automatisch in de printer ingevoerd.
Pagina 86
5. Papier en overige media • Als u [Prior. handinv.] instelt op [App.instelling] onder [Papierinvoer], moeten de instellingen voor papierformaat die zijn gemaakt met het printerstuurprogramma overeenkomen met de instellingen die zijn gemaakt op het bedieningspaneel. Als zij niet overeenkomen, verschijnt er een foutmelding en stopt het afdrukken als [Autom.
Papier plaatsen • Het aantal vellen dat in de handinvoer geplaatst kan worden is afhankelijk van de gebruikte papiersoort. Zorg ervoor dat het papier niet boven de papiergeleiders van de handinvoerlade uitkomt. Een aangepast papierformaat opgeven voor de handinvoer • Wanneer u een aangepast formaat papier en de handinvoer als invoerlade specificeert in het printerstuurprogramma en u gaat afdrukken met [Prior.
Pagina 88
5. Papier en overige media Druk op [ ] of [ ] om [Papierformaat] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Papierinvoer: Papierformaat Druk op [ ] of [ ] om de [Handinvoer] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop.
Pagina 89
Papier plaatsen • Wanneer u de handinvoer specificeert als invoerlade in het printerstuurprogramma en iets afdrukt, als u [Prior. handinv] op [Elk form./type] onder [Papierinvoer] op het bedieningspaneel instelt, negeert de printer de instellingen voor papiersoort en -formaat op het bedieningspaneel. Het afdrukken wordt uitgevoerd aan de hand van de instellingen die zijn gemaakt met het printerstuurprogramma.
5. Papier en overige media Druk op [ ] of [ ] om de papiersoort te selecteren en druk vervolgens op de [OK]-knop. Handinvoer: Normaal papier Druk op de [Menu]-knop. Papier plaatsen in lade 2 Het voglende voorbeeld geeft uitleg van de plaatsingsprocedure voor lade 2. •...
Pagina 91
Papier plaatsen Druk op de bodemplaat tot de klik. CER071 Knijp in de klemmen aan de zijgeleiders en pas de geleider aan het papierformaat aan. CER072 Knijp in de klem aan de eindgeleider en lijn de pijl uit met het papierformaat. CER086 Plaats het papier zodanig dat de afdrukzijde naar boven ligt Zorg dat het papier niet hoger wordt gestapeld dan de bovenste limietmarkering (bovenste lijn)
5. Papier en overige media CER073 Til de lade op, schuif en duw hem vervolgens helemaal naar binnen. CER074 Zorg om papierstoringen te voorkomen, dat de lade stevig is geplaatst. • De bovenste limiet verschilt afhankelijk van het soort papier; dun papier of dik papier. Controleer de gegraveerde lijn binnenin de lade om de bovengrens te bevestigen.
Pagina 93
Papier plaatsen • De binnenkant van de printer wordt heel heet. Raak geen onderdelen die de volgende waarschuwing bevatten " " (duidt op een heet oppervlak). • Zorg dat u voor het bedrukken van enveloppen de hendels van de fuseereenheid achter de voorklep laat zakken om te voorkomen dat de enveloppen verkreukeld naar buiten komen.
5. Papier en overige media Sluit de voorklep voorzichtig met beide handen. CER061 Enveloppen plaatsen in lade 1 • Vermijd het gebruik van zelfklevende enveloppen. Deze kunnen storingen aan het apparaat veroorzaken. • Controleer voordat u de enveloppen plaatst of er geen lucht in zit. •...
Pagina 95
Papier plaatsen Druk de metalen plaat naar beneden totdat deze op zijn plaats vastklikt. CER031 Knijp in de klem aan de zijgeleider en pas de geleiders aan de envelop aan. CER032 Knijp de klem aan de voorkant van de papiergeleider in om deze af te stellen op het formaat van de envelop.
5. Papier en overige media CER050 Duw lade 1 voorzichtig recht in het apparaat. CER051 Zorg om papierstoringen te voorkomen, dat de lade stevig is geplaatst. • Zorg dat u de enveloppen zo plaatst dat de flappen aan de rechterkant of achterkant zitten. Als u dit niet doet, raken de enveloppen gekreukeld.
Pagina 97
Papier plaatsen • Plaats alleen enveloppen van hetzelfde formaat en soort. • Voordat u de enveloppen plaatst, dient u de voorzijde (de zijde die ingevoerd wordt in de printer) vlak te maken door er een potlood of liniaal langs te halen. •...
Pagina 98
5. Papier en overige media Pas de papiergeleider aan beide zijden van de envelop aan zodat hij past. CER239 • Zorg dat u de enveloppen zo plaatst dat de flappen aan de rechterkant of voorkant zitten. Als u dit niet doet, raken de enveloppen gekreukeld. •...
6. Verbruiksartikelen vervangen In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de verbruiksartikelen vervangt. Printercartridges vervangen • Verbrand toner (nieuw of gebruikt) of tonercartridges niet. Doet u dit wel, dan riskeert u brandwonden. Toner ontvlamt wanneer het in contact komt met open vuur. •...
Pagina 100
6. Verbruiksartikelen vervangen • Let er tijdens het verwijderen van vastgelopen papier of het vervangen van tonercartridges goed op dat er geen toner (nieuw of gebruikt) op uw huid komt. Als uw huid in contact komt met toner, moet u het betreffende gedeelte van de huid grondig wassen met water en zeep. •...
Pagina 101
Printercartridges vervangen • Stel de printcartridge zonder afdekking niet voor een langere tijd bloot aan direct zonlicht. • Raak de lichtgeleiding van de printcartridge niet aan. CER088 • Raak de ID-chip aan de zijkant van de printcartridge niet aan. CES032 •...
Pagina 102
6. Verbruiksartikelen vervangen Trek de hendel van de bovenklep op om de bovenklep te openen. CER006 Houd de cartridge in het midden vast en trek hem voorzichtig omhoog en eruit. Beginnend vanaf achteraan worden de printcartridges in de volgorde cyaan (C), magenta (M), geel (Y) en zwart (K) geïnstalleerd.
Pagina 103
Printercartridges vervangen Houd de printcartridge vast en schud deze vijf of zes keer heen en weer. CER236 Een gelijkmatige verspreiding van de toner in de cartridge verbetert de afdrukkwaliteit. Verwijder de afdekking van de printcartridges. CER010 Controleer of de tonerkleur en plaats overeenkomen en plaats vervolgens de inktcartrigde voorzichtig in verticale richting.
Pagina 104
6. Verbruiksartikelen vervangen Houd met beide handen het midden van de bovenklep vast en sluit de klep voorzichtig. Let op dat uw vingers niet bekneld raken. CER012 Wacht totdat de toner is geladen. Schakel om storingen te voorkomen de printer niet uit voordat "Vervang toner:" op het display verschijnt.
De tonerafvalfles vervangen De tonerafvalfles vervangen • Verbrand gemorste of gebruikte toner niet. Tonerstof kan ontvlammen indien het wordt blootgesteld aan open vuur. • Wacht 30 minuten of langer nadat de stekker uit het stopcontact is gehaald voordat u de transfereenheid verwijdert.
Pagina 106
6. Verbruiksartikelen vervangen • Doe mee met het recycleprogramma voor tonerafvalflessen, waarbij deze worden ingezameld voor recycling. Raadpleeg uw verkoop- of onderhoudsvertegenwoordiger voor meer informatie. • Leg voordat u de gebruikte tonerafvalfles uit het apparaat haalt, papier of een soortgelijk materiaal rond de printer neer om te voorkomen dat de toner uw vloer vies maakt.
Pagina 107
De tonerafvalfles vervangen Houd het midden van de tonerafvalfles vast en haal hem voorzichtig en horizontaal eruit. CER036 Trek de tonerafvalfles er half uit, houd de fles vast en trek hem er dan recht uit. CER075 CER037 Til de tonerafvalfles niet op als u hem eruit trekt om te voorkomen dat de fles de tussenliggende transfereenheid aanraakt.
Pagina 108
6. Verbruiksartikelen vervangen CER038 Doe de dop op de fles. CER039 CER089 Houd de nieuwe tonerafvalfles in het midden vast en plaats hem voorzichtig halverwege de printer. Laat de dop van de fles open.
Pagina 109
De tonerafvalfles vervangen CER040 Til de tonerafvalfles niet op tijdens het plaatsen om te voorkomen dat de fles de tussenliggende transfereenheid aanraakt. CER041 Druk de tonerafvalfles naar beneden totdat deze vastklikt. Druk het middelste gedeelte er helemaal in. CER016...
Pagina 110
6. Verbruiksartikelen vervangen Plaats de transfereenheid op de voorklep. CER018 Schuif de transfereenheid over de geleiderrails in de printer. Als het stopt, drukt u op de markering PUSH totdat deze op zijn plaats klikt. CER017 Sluit de voorklep voorzichtig met beide handen. CER061 •...
Tussenliggende transfereenheid vervangen Tussenliggende transfereenheid vervangen Als het waarschuwingsindicatielampje op het bedieningspaneel gaat branden en het bericht "Vervang tussenl. transf.riem" verschijnt op het display, neemt u contact op met uw servicevertegenwoordiger.
6. Verbruiksartikelen vervangen De fuseereenheid en transferrol vervangen Als het waarschuwingsindicatielampje op het bedieningspaneel gaat branden en het bericht "Vervang de fuseereenheid" of "Vervang de transferrol" verschijnt op het display, neemt u contact op met uw verkoop- of servicevertegenwoordiger.
7. De printer reinigen In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de printer schoonmaakt. Waar u op moet letten als u de printer gaat reinigen • Verwijder geen panelen of schroeven, behalve als dat uitdrukkelijk in deze handleiding staat aangegeven. Binnenin dit apparaat bevinden zich onderdelen die onder hoge spanning staan en die een risico op een elektrische schok vormen.
Pagina 114
7. De printer reinigen • U moet ten minste eenmaal per jaar de stekker uit het stopcontact verwijderen. Verwijder stof en aanslag van en rond de stekker en het stopcontact voordat u de printer weer aansluit. Opgehoopt stof en aanslag verhogen het risico op brand. •...
De tonerdichtheidssensor reinigen De tonerdichtheidssensor reinigen Reinig de tonerdichtheidssensor wanneer de volgende boodschap op het bedieningspaneel verschijnt. "Reinig. dichth- sensor vereist" • De binnenkant van de printer wordt heel heet. Raak geen onderdelen aan die de volgende waarschuwing bevatten " " (duidt op een heet oppervlak). Trek de hendel van de bovenklep op om de bovenklep te openen.
Pagina 116
7. De printer reinigen Schuif de hendel van de tonerdichtheid-sensor een keer naar links. CER056 Schuif de hendel één keer. Voer de printercartridge, die bij stap 2 verwijderd werd, voorzichtig verticaal in. CER057 Houd met beide handen het midden van de bovenklep vast en sluit de klep voorzichtig. Let op dat uw vingers niet bekneld raken.
De wrijvingsstrip en de papierinvoerrol reinigen De wrijvingsstrip en de papierinvoerrol reinigen Als de wrijvingsstrip of de papierinvoerrol vuil zijn, kunnen er verschillende vellen tegelijk of juist geen vellen worden gepakt. In dit geval moeten de wrijvingsstrip en de papierinvoerrol als volgt worden gereinigd: •...
Pagina 118
7. De printer reinigen Veeg de wrijvingsstrip schoon met een vochtige doek. CER058 Veeg het rubberen deel van de rol schoon met een zachte, vochtige doek. Droog de wrijvingsstrip vervolgens met een droge doek. CER059 Druk de metalen plaat naar beneden totdat deze op zijn plaats vastklikt. CER031...
Pagina 119
De wrijvingsstrip en de papierinvoerrol reinigen Plaats het verwijderde papier terug in de lade en duw de lade voorzichtig in de printer totdat deze op zijn plaats klikt. CER035 Steek de stekker van het netsnoer goed in het stopcontact. Sluit alle voorheen verwijderde interfacekabels weer aan.
7. De printer reinigen De registratierol en de papierlade reinigen De naastliggende registratierol of papierlade kan vuil worden van papierstof als er ander papier dan standaard wordt gebruikt. Als er witte stippen op de afdruk verschijnen door de papierstof, moeten de papierlade en de registratierol worden afgeveegd.
Pagina 121
De registratierol en de papierlade reinigen Trek lade 1 er voorzichtig met beide handen uit. CER030 Plaats de lade op een vlak oppervlak. Als er papier in de lade ligt, moet u dit verwijderen. Veeg de binnenkant van de papierlade schoon met een doek. CER217 Druk de metalen plaat naar beneden totdat deze op zijn plaats vastklikt.
Pagina 122
7. De printer reinigen Schuif lade 1 langs de rails en duw hem voorzichtig helemaal in de printer. CER035 Trek aan het handvat op de voorklep en laat de voorklep vervolgens voorzichtig zakken. CER013 Zorg dat u de registratierol op de plaats zet die in de illustratie hieronder met een pijltje getoond wordt.
Pagina 123
De registratierol en de papierlade reinigen Duw met beide handen het voorpaneel voorzichtig omhoog totdat deze sluit. CER061 Steek de stekker stevig in het stopcontact. Sluit alle voorheen verwijderde interfacekabels weer aan. Zet de aan-/uitschakelaar aan. • Druk, bij het sluiten van de voorklep, de bovenzijde van de klep stevig aan.
8. Problemen oplossen In dit hoofdstuk worden oplossingen voor veelvoorkomende problemen geboden en tevens uitgelegd hoe u slechte afdrukresultaten corrigeert. Fout- en statusmeldingen op het bedieningspaneel In dit gedeelte wordt uitgelegd wat de berichten betekenen die op het bedieningspaneel worden weergegeven en wat u moet doen wanneer een bepaald bericht wordt weergegeven.
8. Problemen oplossen Meldingen Meldingen Verklaring Aanbevolen handeling Form.mism:# Strt/JobReset De instellingen voor het Plaats papier van het papierformaat in lade # (1, 2, geselecteerde formaat in de handinvoer) wijken af van het lade en druk vervolgens op de werkelijke papierformaat in de [Stop/Start]-knop om door te lade.
Pagina 127
Fout- en statusmeldingen op het bedieningspaneel Meldingen Verklaring Aanbevolen handeling Storng:Dupl.eenh Er is papier vastgelopen in de Verwijder het vastgelopen duplexeenheid. papier. Zie Pag.145 "Vastgelopen Interne storing Er is papier vastgelopen in de papier verwijderen". fuseereenheid. Storing:Pap.lade Er is papier vastgelopen in lade 1 of lade 2.
Pagina 128
8. Problemen oplossen Meldingen Verklaring Aanbevolen handeling Vervang de tonerafvalfles De tonerafvalfles moet worden Vervang de tonerafvalfles door vervangen. een nieuwe. Zie Pag.103 "De tonerafvalfles vervangen". Toner fout gepl: # De aangegeven printercartridge Stel de aangegeven is niet goed ingesteld of niet printercartridge goed in.
Indicatielampjes Indicatielampjes In de volgende tabel wordt de betekenis uitgelegd van de verschillende patronen van de indicatielampjes die door de printer worden gebruikt om een bepaalde toestand aan te geven. Patronen van indicatielampjes Oorzaak Het waarschuwingslampje brandt. De printer kan niet normaal gebruikt worden. Controleer de fout op het bedieningspaneel.
8. Problemen oplossen De printer drukt niet af Mogelijke oorzaak Oplossing Staat de printer aan? Controleer of het netsnoer goed op het stopcontact en de printer is aangesloten. Zet de printer aan. Blijft de Als dit het geval is, leest u de foutmelding op het bedieningspaneel en Waarschuwingsindicator voert u de vereiste handeling uit.
De printer drukt niet af Start het afdrukken nog steeds niet, neem dan contact op met uw verkoop- of servicevertegenwoordiger. Neem contact op met de zaak waar de printer werd gekocht voor de contactgegevens van de verkoop- of servicevertegenwoordigers. Als de printer rechtstreeks is aangesloten op een computer via een USB-kabel Windows Als de printer rechtstreeks via een USB-kabel is aangesloten op een computer, maar het indicatielampje voor Inkomende gegevens knippert of brandt niet, gebruik dan de volgende methode om de...
Pagina 132
8. Problemen oplossen Windows Vista en Windows Server 2008 Klik op [Configuratiescherm] in het menu [Start] en klik vervolgens op [Printer] in "Hardware en geluiden". Klik op het pictogram van de printer. Klik vervolgens in het menu [Bestand] op [Eigenschappen]. Klik op het tabblad [Poort].
Pagina 133
De printer drukt niet af Dubbelklik op [Printer Setup Utility]. Klik op [Toevoegen]. Controleer of de printer in de browser verschijnt. Als dit niet zo is, installeer dan het stuurprogramma opnieuw. De printerbrowser gebruiken - Mac OS X 10.5 Dubbelklik op het bureaublad op het pictogram van de harde schijf. Dubbelklik op [Applications] en open vervolgens de map [System Preferences].
8. Problemen oplossen Overige afdrukproblemen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Er bevinden zich vegen toner • Mogelijk is de papierinstelling niet juist. Misschien drukt u op de afdrukzijde van de bijvoorbeeld af op dik papier, maar heeft u niet de instelling pagina.
Pagina 135
Overige afdrukproblemen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Het papier loopt vaak vast. • Het aantal vellen in de lade overschrijdt het maximum. Controleer of de stapel niet hoger is dan de limietmarkering aan de binnenzijde van de lade. Zie Pag.68 "Papier plaatsen". •...
Pagina 136
8. Problemen oplossen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Afdrukken worden niet correct • Het papier is vochtig. Gebruik papier dat op de juiste wijze is gestapeld. bewaard. Zie Pag.53 "Papier en overige media". • Trek het verlengstuk uit. • Voer de volgende handeling uit. 1.
Pagina 137
Overige afdrukproblemen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Er worden meerdere vellen • Er is mogelijk ruimte tussen de voorste papiergeleider en het tegelijkertijd ingevoerd. papier, of tussen de papiergeleiders aan beide zijkanten en het papier in de papierlade. Zorg dat er geen ruimte is. Zie Pag.68 "Papier plaatsen".
Pagina 138
8. Problemen oplossen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Afbeeldingen worden niet • Stel de voorste en beide papiergeleiders aan de zijkant aan afgedrukt op de juiste positie. zodat deze overeenkomen met het papierformaat. Zie Pag.68 "Papier plaatsen". CER090 Afbeeldingen worden Stel de voorste en beide papiergeleiders aan de zijkant aan zodat diagonaal ten opzichte van de deze overeenkomen met het papierformaat.
Pagina 139
Overige afdrukproblemen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Er verschijnen horizontale lijnen • Schokken of stoten kunnen ervoor zorgen dat er lijnen op op het papier. afdrukken of kopieën ontstaan en andere storingen veroorzaken. Bescherm de printer te allen tijde tegen schokken of stoten, vooral wanneer het apparaat aan het afdrukken is.
Pagina 140
8. Problemen oplossen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Het duurt te lang voor het • De gegevens zijn dermate groot of complex dat het tijd kost afdrukken wordt voortgezet. om deze te verwerken. Als het indicatielampje Inkomende gegevens knippert, worden de gegevens verwerkt. Wacht totdat dat voorbij is.
Pagina 141
Overige afdrukproblemen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Afbeeldingen worden Mogelijk gebruikt u papier dat kleiner is dan het formaat dat in de afgebroken, of er worden toepassing is geselecteerd.Gebruik hetzelfde formaat papier als overtollige pagina's afgedrukt. dat u in de toepassing heeft geselecteerd. Als u geen papier van het juiste formaat kunt plaatsen, gebruikt u de verkleiningsfunctie om de afbeelding te verkleinen en drukt u deze vervolgens af.
Pagina 142
8. Problemen oplossen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Afgedrukte foto's zijn onscherp. In sommige toepassingen moet de resolutie worden verlaagd bij afdrukken. Kleurendocumenten worden • Het printerstuurprogramma is niet geconfigureerd voor afgedrukt in zwart-wit. kleurenafdrukken. Zie de helpfunctie van het printerstuurprogramma voor meer informatie.
Pagina 143
Overige afdrukproblemen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Een kleur ontbreekt of is wazig. • Het papier is vochtig. Gebruik papier dat op de juiste wijze is bewaard. Zie Pag.53 "Papier en overige media". • De tonercartridge is bijna leeg. Als het volgende bericht op het bedieningspaneel verschijnt, vervang dan de inktcartridge: "Vervang toner:".
Pagina 144
8. Problemen oplossen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen De gehele afdruk is vaag. • Het papier is vochtig. Gebruik papier dat op de juiste wijze is bewaard. Zie Pag.53 "Papier en overige media". • Voer de volgende handeling uit. 1.
Pagina 145
Overige afdrukproblemen Status Mogelijke oorzaken, beschrijvingen en oplossingen Wanneer u er met uw vinger Mogelijk zijn de papierinstellingen niet juist ingesteld. Misschien over wrijft smeert het uit. wordt bijvoorbeeld op dik papier afgedrukt, maar is de instelling voor dik papier niet opgegeven. •...
8. Problemen oplossen Overige problemen oplossen Probleem Oplossing Het apparaat maakt een vreemd Als onlangs een verbruiksartikel is vervangen of een optie is geluid. geïnstalleerd in het gedeelte waar het vreemde geluid vandaan komt, controleer dan of het verbruiksartikel of de optie goed geïnstalleerd is.
9. Vastgelopen papier verwijderen In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u vastgelopen papier verwijdert. Wanneer er papier is vastgelopen Wanneer er papier is vastgelopen knippert een waarschuwingslampje op het bedieningspaneel en een van de volgende berichten verschijnt op het display: "Interne storing"...
9. Vastgelopen papier verwijderen CER067 1. Interne storing Er is papier vastgelopen in de fuseereenheid. Zie Pag.146 "Wanneer "Interne storing" verschijnt". 2. Storing: Papierlade Er is papier vastgelopen in lade 1 of lade 2. Zie Pag.149 "Wanneer "Storing:Pap.lade", "Storing: Lade 1" of "Storing: Lade 2" verschijnt". 3.
Pagina 149
Wanneer er papier is vastgelopen • Bepaalde interne onderdelen van dit apparaat worden erg heet. Wees daarom voorzichtig wanneer u vastgelopen papier verwijdert. Als u de onderdelen wel aanraakt, kunt u brandwonden oplopen. • Omdat de omgevingstemperatuur hoog is rond de geleider, controleert u op vastgelopen papier als het is afgekoeld.
Pagina 150
9. Vastgelopen papier verwijderen ASH047S Trek het papier naar beneden om te verwijderen. Trek het niet omhoog. Als het moeilijk is het papier te vinden, controleer dan op vastgelopen papier door de geleider omlaag te trekken. ASH048S Duw beide fuseereenheidhendels omhoog met allebei uw duimen. CER242...
Wanneer er papier is vastgelopen Sluit de voorklep voorzichtig met beide handen. CER061 • Druk, bij het sluiten van de voorklep, de bovenzijde van de klep stevig aan. Controleer of de foutmelding is verdwenen wanneer u de klep hebt gesloten. Wanneer "Storing:Pap.lade", "Storing: Lade 1"...
Pagina 152
9. Vastgelopen papier verwijderen Trek het vastgelopen papier er voorzichtig naar boven uit. CER062 Als het papier in de transfereenheid is vastgelopen, houdt u het papier met beide handen vast en trekt u het voorzichtig naar voren eruit. CER063 Sluit de voorklep voorzichtig met beide handen. CER061 •...
Wanneer er papier is vastgelopen Wanneer "Storng:Dupl.eenh" verschijnt "Storng:Dupl.eenh" verschijnt wanneer er papier is vastgelopen in de duplexeenheid. Open de voorklep en verwijder het papier. Trek aan het handvat op de voorklep en laat de voorklep vervolgens voorzichtig zakken. CER013 Verwijder het vastgelopen papier voorzichtig onder de transfereenheid vandaan.
9. Vastgelopen papier verwijderen • Druk, bij het sluiten van de voorklep, de bovenzijde van de klep stevig aan. Controleer of de foutmelding is verdwenen wanneer u de klep hebt gesloten. Wanneer "Storng:Stnd.lade" verschijnt "Storng:Stnd.lade" verschijnt wanneer er papier is vastgelopen in de fuseereenheid. Open de voorklep en verwijder het papier op dezelfde wijze als voor het interne pad.
10. Bijlage In dit gedeelte worden de onderhouds- en bedieningsprocedures voor deze printer uitgelegd. De specificaties van de printer en de opties komen tevens aan de orde in dit hoofdstuk. Als de printer voor langere tijd niet gebruikt wordt Als de printer lange tijd inactief zal zijn, volgt u de procedure die hier getoond wordt. •...
10. Bijlage Trek aan het handvat op de voorklep en laat de voorklep vervolgens voorzichtig zakken. CER013 Duw beide fuseereenheidhendels met allebei uw duimen omlaag. ASH046S Sluit de voorklep voorzichtig met beide handen. CER234 • Deze stap is niet nodig als de printer aan staat, maar al lange tijd inactief is. De printer weer in gebruik nemen na een lange periode van inactiviteit Gebruik de volgende procedure om de printer weer in gebruik te nemen nadat deze voor langere tijd inactief is geweest.
Pagina 157
Als de printer voor langere tijd niet gebruikt wordt Steek de stekker in het stopcontact. Trek aan het handvat op de voorklep en laat de voorklep vervolgens voorzichtig zakken. CER013 Duw beide fuseereenheidhendels omhoog met allebei uw duimen. CER242 Sluit de voorklep voorzichtig met beide handen. CER234 Zet de aan-/uitschakelaar in de aan-stand.
10. Bijlage De printer verplaatsen en vervoeren • Als u het apparaat verplaatst terwijl de optionele papierlade-eenheid is aangesloten, mag u niet tegen het bovenste gedeelte van de hoofdeenheid duwen. Hierdoor kan de optionele papierlade-eenheid losraken, waardoor letsel kan ontstaan. •...
De printer verplaatsen en vervoeren De printer verplaatsen De printer over een kleine afstand verplaatsen • Verwijder de printercartridges niet tijdens het verplaatsen van de printer. Controleer zorgvuldig het volgende: • De stroom is uitgeschakeld. • De stekker van de stroomkabel is uit het stopcontact gehaald. •...
10. Bijlage Verbruiksartikelen Onze producten worden ontworpen om te voldoen aan de hoogste eisen van kwaliteit en functionaliteit en wij raden u aan om de verbruiksartikelen uitsluitend te kopen van een officiële dealer. Inktcartridge Printcartridge Gemiddeld aantal af te drukken pagina's per cartridge Zwart 6.500 pagina's Cyaan...
Verbruiksartikelen • Als de toner opgebruikt is, maar u moet dringend verder gaan met afdrukken, zie Pag.132 "Overige afdrukproblemen". Tonerafvalfles Name Gemiddeld aantal afdrukbare pagina's Tonerafvalfles 25.000 pagina's A4/letter 5% testschema, 3 pagina's/taak, adrukken in 50% zwart-wit/kleur. • Het feitelijke aantal afgedrukte pagina's is afhankelijk van de de grootte en dichtheid van de afbeelding, het aantal pagina's dat tegelijk moet worden afgedrukt, het papiertype, het papierformaat en bedrijfsomstandigheden als temperatuur en vochtigheid.
10. Bijlage Specificaties • Het meegeleverde netsnoer is uitsluitend bedoeld voor gebruik met deze apparatuur. Gebruik het niet met andere apparaten. Als u dit toch doet, kan dit leiden tot brand, elektrische schokken of letsel. Hoofdeenheid Configuratie Bureaumodel Afdrukproces Scannen met laserstralen en elektrofotografisch afdrukken 4-drums tandemmethode Afdruksnelheid vd 1e afdruk Zwart-wit: 14 seconden of minder (A4 /8...
Pagina 164
10. Bijlage Zwart-wit: Minder dan 63 dB (A) Afdrukken Kleur: Minder dan 64 dB (A) Geluidssterkte (hele systeem) Stand-by Maximaal 40 dB (A) Afdrukken Maximaal 68 dB (A) Geluidsdruk * (alleen hoofdeenheid) Stand-by Maximaal 31 dB (A) Zwart-wit: Minder dan 51,5 dB (A) Afdrukken Kleur: Minder dan 52 dB (A) Geluidsdruk *...
10. Bijlage Handelsmerken Adobe, Acrobat, PostScript en Reader zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen. Apple, Macintosh, Mac OS, TrueType en Safari zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en in andere landen. ®...
Pagina 167
Handelsmerken • De productnamen van Windows Server 2003 R2 zijn als volgt: ® ® Microsoft Windows Server 2003 R2 Standard Edition ® ® Microsoft Windows Server 2003 R2 Enterprise Edition ® ® Microsoft Windows Server 2003 R2 Datacenter Edition • De productnamen van Windows Server 2008 zijn als volgt: ®...
INDEX Aanbevolen papier..........Een papierformaat instellen(lade 1)....Aangepast papierformaat opgeven Een papierformaat instellen(lade 2)....(handinvoerlade)........... Envelop............58, 92, 94 Aansluiten van de printer Enveloppen plaatsen..........netwerkverbinding............. Ethernet..............Afdrukgebied............Ethernet-snelheid........... Als de printer niet afdrukt........Ethernetconfiguratie..........Ethernetpoort............Etikettenpapier............Bedieningspaneel..........Berichten.............. Briefpapier............. Foutmeldingen.............
Pagina 170
LED-lampjes............Lijst met opties............Regio A-model............Regio B-model............Registratierol............Medium dik............Modelspecifieke informatie........Modeltypes.............. Scroll-toetsen............Specificaties............Specificeren Ang. fr. (lade 1)....... Netspanningsindicator.......... Specificeren papiersoort Netwerk............35, 41 (handinvoerlade)........... Specificeren van een papiersoort (lade 1)..Specificeren van een papiersoort (lade 2)..Opmerking...............
Pagina 171
printer................Voorbedrukt............Waar moet ik de printer plaatsen?...... Waarschuwingsindicator........WARNING-stickers..........Wrijvingsstrip............