Pagina 1
DX-C200P Gebruiksaanwijzing Softwarehandleiding Voorbereiden voor afdrukken Het printerstuurprogramma instellen Andere afdrukbewerkingen Rechtstreeks afdrukken vanaf een digitale camera (PictBridge) Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel De printer beheren en configureren Een afdrukserver gebruiken Speciale bewerkingen onder Windows Mac OS X configuratie 10 Bijlage Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u dit apparaat gebruikt en bewaar deze voor toekomstige raadpleging.
Pagina 2
Inleiding Deze handleiding bevat gedetailleerde instructies en opmerkingen over de bediening en het gebruik van dit apparaat. Lees voor uw eigen veiligheid en ter informatie de handleiding aandachtig door voordat u gebruik gaat maken van het apparaat. Houd de handleiding binnen handbereik voor toekomstig gebruik. Kopieer of druk geen stukken af waarop een wettelijk afdrukverbod van kracht is.
INHOUDSOPGAVE Hoe werkt deze handleiding?...........................6 Symbolen................................6 Informatie over het IP-adres..........................6 Specifieke modelinformatie..........................7 Handleidingen voor deze printer........................8 Lijst met opties..............................9 1. Voorbereiden voor afdrukken De verbindingsmethode controleren......................11 Netwerkverbinding............................11 USB-verbinding............................12 Optie- en papierinstellingen configureren.....................13 2. Het printerstuurprogramma instellen De printereigenschappen openen........................15 Windows XP en Windows Server 2003/2003 R2 - Printerinstellingen opgeven.........15 Windows Vista/7 en Windows Server 2008/2008 R2 - Printerinstellingen opgeven......17 3.
Pagina 4
Kaft..................................39 Toner besparen bij het afdrukken........................40 Een document afdrukken met alleen specifieke CMYK-kleuren..............41 Watermerken..............................42 4. Rechtstreeks afdrukken vanaf een digitale camera (PictBridge) Wat is PictBridge?............................43 Met PictBridge afdrukken..........................44 Wat u met deze printer kunt doen........................46 Index afdrukken............................46 Papierformaat...............................46 N-up Layout..............................47 Afdrukformaat afbeelding...........................47 PictBridge afsluiten............................48 Als afdrukken met PictBridge niet werkt......................49...
Pagina 5
Parameters van het PCL-menu........................70 PS Menu................................73 Het menu PS Menu wijzigen........................73 Parameters van het PS Menu........................73 Menu Taal.................................75 Het menu Taal wijzigen..........................75 De menuparameters van Taal........................75 6. De printer beheren en configureren Web Image Monitor............................77 De beginpagina weergeven...........................79 De beginpagina weergeven van Web Image Monitor................79 Homepage..............................79 De taal van de interface wijzigen.......................80 De systeeminformatie controleren........................81...
Pagina 6
Het IPsec-beleid configureren........................104 Lijsten/rapporten afdrukken.........................109 De beheerdersinstellingen configureren......................110 Het beheerderswachtwoord configureren....................110 De instellingen van de printer resetten.....................110 Back-ups maken van de instellingen van de printer................111 De instellingen van de printer herstellen uit een back-upbestand............113 De energiespaarstandinstellingen configureren..................114 Melding van printerstatus via e-mail......................115 E-mailverificatie............................115 SNMP................................117 De configuratiepagina lezen........................118...
Pagina 7
Configuratieproces voor instellingen van uitwisseling van coderingssleutel........138 Instellingen voor uitwisseling van coderingssleutel opgeven..............138 Opgeven van de IPsec-instellingen op de computer................139 IPsec in- en uitschakelen met behulp van het bedieningspaneel............141 Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de printer binnen een netwerk..........143 DHCP gebruiken............................143 Adobe PageMaker Version 6.0, 6.5, of 7.0 gebruiken................144 Wanneer u Windows Terminal Service/MetaFrame gebruikt..............145 Besturingssysteem............................145...
Hoe werkt deze handleiding? Symbolen De handleiding gebruikt de volgende symbolen: Geeft punten aan waar u rekening mee moet houden wanneer u het apparaat gebruikt en een uitleg van mogelijke oorzaken voor het vastlopen van papier, schade aan originelen of gegevensverlies. Lees deze uitleg zorgvuldig door.
Specifieke modelinformatie In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u kunt controleren tot welke regio uw printer behoort. Op de achterkant van de printer bevindt zich een sticker, zie afbeelding hieronder. De sticker bevat gegevens waarmee de regio van uw printer wordt geïdentificeerd. Lees wat er op de sticker staat. CER068 De volgende informatie is regiospecifiek.
Handleidingen voor deze printer Lees deze handleiding goed door voordat u deze printer gaat gebruiken. Raadpleeg de handleidingen die relevant zijn voor de handelingen die u op de printer wilt uitvoeren. • De media zijn afhankelijk van de handleiding. • De gedrukte en elektronische versies van een handleiding hebben dezelfde inhoud. •...
Lijst met opties In dit deel staat een lijst met opties voor deze printer en hoe hiernaar in deze handleiding wordt verwezen. Optielijst Verwezen naar als Paper Feed Unit papierinvoereenheid • Raadpleeg de Hardwarehandleiding voor de exacte specificaties van deze optie.
1. Voorbereiden voor afdrukken Dit hoofdstuk geeft uitleg over de voorbereidingsprocedure voor het gebruik van deze printer. De verbindingsmethode controleren Deze printer ondersteunt een netwerk- en USB-verbinding. Controleer hoe de printer is aangesloten, voordat u het printerstuurprogramma installeert. Volg de installatieprocedure voor het stuurprogramma die hoort bij de betreffende verbindingsmethode.
1. Voorbereiden voor afdrukken • Raadpleeg de Installatiehandleiding stuurprogramma of Installatiehandleiding PostScript 3 voor informatie over hoe u deze printer gebruikt als Windows-afdrukpoort. Gebruiken als een netwerkprinter Deze printer kan als de Windows-netwerkprinter worden gebruikt. Print Server NL CER503 • Voor meer informatie over hoe u deze printer kunt gebruiken als Windows-netwerkprinter raadpleegt u de Installatiehandleiding stuurprogramma of de Installatiehandleiding PostScript 3.
Optie- en papierinstellingen configureren Optie- en papierinstellingen configureren Configureer het printerstuurprogramma aan de hand van de optie- en papierinstellingen van de printer. • U heeft beheerderrechten nodig om de printereigenschappen in de map [Printers] te wijzigen. Meld u aan als lid van de beheerdersgroep om dit recht te verkrijgen. •...
Pagina 16
1. Voorbereiden voor afdrukken Klik op het tabblad [Instellingen Papierformaat]. Selecteer de gewenste lade en het papierformaat en klik vervolgens op [Nu bijwerken]. Als bidirectionele communicatie niet is ingeschakeld, selecteert u de lade en het papierformaat handmatig. Klik op [OK] om het dialoogvenster met de eigenschappen van de printer te sluiten.
2. Het printerstuurprogramma instellen In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de printereigenschappen oproept en de printerinstellingen opgeeft. De printereigenschappen openen Windows XP en Windows Server 2003/2003 R2 - Printerinstellingen opgeven De standaardinstellingen van de printer opgeven - het venster [Printers en faxapparaten] •...
2. Het printerstuurprogramma instellen De standaardinstellingen van de printer opgeven - Voorkeursinstellingen voor afdrukken • U kunt de standaard printerinstellingen niet per gebruiker wijzigen. De instellingen in het dialoogvenster Printereigenschappen zijn van toepassing op alle gebruikers. Klik in het menu [Start] op [Printers en faxapparaten]. Het venster [Printers en faxapparaten] wordt weergegeven.
De printereigenschappen openen • Raadpleeg voor meer informatie over instellingen de Help-functie van het printerstuurprogramma. Windows Vista/7 en Windows Server 2008/2008 R2 - Printerinstellingen opgeven De standaardinstellingen van de printer opgeven - de printereigenschappen • Voor het wijzigen van standaard printerinstellingen en de optieconfiguratie-instellingen, meldt u zich aan met een account die rechten heeft voor het beheren van printers.
Pagina 20
2. Het printerstuurprogramma instellen De standaardinstellingen van de printer opgeven - Voorkeursinstellingen voor afdrukken • U kunt de standaard printerinstellingen niet per gebruiker wijzigen. De instellingen in het dialoogvenster Printereigenschappen zijn van toepassing op alle gebruikers. Klik in het menu [Start] op [Configuratiescherm]. Het [Configuratiescherm] wordt weergegeven.
Pagina 21
De printereigenschappen openen • De procedure voor het openen van [Voorkeursinstellingen voor afdrukken] is afhankelijk van de toepassing. Raadpleeg voor meer informatie de handleiding van de toepassing die u gebruikt. • De instellingen die u in bovenstaande procedure opgeeft, zijn alleen geldig voor de huidige toepassing.
Pagina 22
2. Het printerstuurprogramma instellen...
3. Andere afdrukbewerkingen Als papier niet overeenkomt Gebruik de functie Form Feed om verder te gaan met afdrukken als er een fout optreedt met het papierformaat of de papiersoort. Deze functie kan worden uitgevoerd via het bedieningspaneel. • Als de instelling [Autom. doorgaan] is ingeschakeld onder [Systeem], negeert de printer de instellingen voor papiersoort en -formaat en wordt er afgedrukt op het geplaatste papier.
3. Andere afdrukbewerkingen Een afdruktaak annuleren In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een afdruktaak annuleert via het bedieningspaneel of de computer. Een afdruktaak annuleren via het bedieningspaneel U kunt een afdruktaak via het bedieningspaneel annuleren mits de overdracht van de afdruktaak nog niet is voltooid.
Pagina 25
Een afdruktaak annuleren • Voor meer informatie over het verwijderen van een beveiligde afdruktaak raadpleegt u Pag.26 "Een Beveiligd afdrukken-bestand verwijderen".
3. Andere afdrukbewerkingen Vertrouwelijke documenten afdrukken Als u de functie Beveiligd afdrukken gebruikt, kunt u uw afdruktaak met een wachtwoord beveiligen. Dit betekent dat uw taak alleen wordt afgedrukt nadat u het wachtwoord ingevoerd heeft via het bedieningspaneel van de printer. Deze functie voorkomt dat onbevoegde gebruikers gevoelige documenten bij de printer kunnen zien.
Vertrouwelijke documenten afdrukken • Als een beveiligde afdruktaak wordt geannuleerd, registreert de printer de annulering automatisch in een logboek. U kunt dit logboek gebruiken om te zien welke beveiligde afdruktaken zijn geannuleerd. • Voor meer informatie over [Time-out:BevAfdr], zie Pag.65 "Menu Host-interface". Een beveiligd afdrukbestand afdrukken Als er een beveiligd afdrukbestand op de printer is opgeslagen, wordt het bericht "Beveil.
3. Andere afdrukbewerkingen Druk op de [OK]-knop. Het beveiligde afdrukbestand wordt afgedrukt. • Gebruik de volgende knoppen om de uitvoering te annuleren: • [Escape]: Annuleert de uitvoering en keert terug naar het display van het vorige scherm. • [Menu]: Annuleert de uitvoering en keert terug naar het display van het beginscherm. •...
Vertrouwelijke documenten afdrukken UU:MM is het tijdstip waarop het beveiligde afdrukbestand werd opgeslagen en "gebuikerscode" is de gebruiker-ID die is ingevoerd met behulp van het printerstuurprogramma. Druk op [ ][ ] om [Taak verwijd.] te selecteren en druk vervolgens op [OK]. Druk op [ ][ ] om [Uitvoeren] te selecteren en druk vervolgens op [OK].
Pagina 30
3. Andere afdrukbewerkingen Bev. afdruk: UU:MM Gebruikerscode UU:MM is het tijdstip waarop het beveiligde afdrukbestand werd opgeslagen en "gebuikerscode" is de gebruiker-ID die is ingevoerd met behulp van het printerstuurprogramma. Voer de volgende stappen uit om de logboekinvoer te verwijderen. Druk op de [OK]-knop.
Meerdere pagina's op één pagina afdrukken Meerdere pagina's op één pagina afdrukken In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u meerdere pagina's kunt afdrukken op een vel papier. De afdrukfunctie Combineren laat u economisch met papier omgaan doordat er meerdere pagina's op een vel papier worden afgedrukt.
Pagina 32
3. Andere afdrukbewerkingen voorbeeld van verschillende paginavolgorde-patronen voor combinaties bestaande uit 2 en 4 pagina's als er een PCL-printerstuurprogramma wordt gebruikt. 2 pagina’s per vel • Rechts, dan omlaag CBK522 CBK528 • Links, dan omlaag CBK527...
Pagina 33
Meerdere pagina's op één pagina afdrukken CBK528 4 pagina’s per vel • Rechts, dan omlaag CBK523 • Links, dan omlaag CBK524 • Omlaag, dan rechts...
Pagina 34
3. Andere afdrukbewerkingen CBK525 • Omlaag, dan links CBK526...
Printerfuncties beperken per gebruiker Printerfuncties beperken per gebruiker U kunt de printer zo instellen dat er een gebruikerscode moet worden ingevoerd als iemand bepaalde printerfuncties wil gebruiken. • Als afdruktaken worden beperkt, kunt u alleen verifiëren via het PCL-printerstuurprogramma. Afdrukken via het PostScript 3-printerstuurprogramma is dan onmogelijk. Gebruik van de volgende functies kan worden beperkt: •...
Pagina 36
3. Andere afdrukbewerkingen Onder "Beschikbare functies" selecteert u [Beperken] voor de functies die u wilt beperken en klikt u vervolgens op [Toepassen]. Selecteer [Niet beperken] voor de functies die u niet wilt beperken. De instelling gebruikersbeperking wordt ingeschakeld voor de geselecteerde functie. Ga verder met de volgende stappen om gebruikers te registreren.
Printerfuncties beperken per gebruiker Voer een unieke gebruikersnaam in bij [Gebr.naam] en gebruik daarbij maximaal 16 letters en/of cijfers en voer een unieke gebruikerscode in bij [Gebr.code] bestaande uit 8 cijfers. De gebruikerscode wordt gebruikt om gebruikers te verifiëren als zij een beperkte functie proberen te gebruiken.
3. Andere afdrukbewerkingen Selecteer de gebruiker die u wilt wijzigen en klik vervolgens op [Wijzigen]. Wijzig de instellingen indien nodig. Klik op [Toepassen]. Sluit de webbrowser. • Voor meer informatie over Web Image Monitor, zie Pag.77 "Web Image Monitor". Gebruikers verwijderen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een gebruiker verwijdert.
Als printerfuncties beperkt zijn Als printerfuncties beperkt zijn Als een printerfunctie beperkt is, kunnen alleen geverifieerde gebruikers die functie gebruiken. Afhankelijk van de beperkte functie worden gebruikers geverifieerd via het bedieningspaneel van de printer of via het printerstuurprogramma. • Als afdruktaken worden beperkt, kunt u alleen verifiëren via het PCL-printerstuurprogramma. Afdrukken via het PostScript 3-printerstuurprogramma is dan onmogelijk.
3. Andere afdrukbewerkingen Sorteren Gebruik de sorteerfunctie om documenten af te drukken in sets met gesorteerde pagina's. • Als het selectievakje [Sorteren toepassing negeren] leeg is, worden de sorteerinstellingen van de toepassing gebruikt. De afdrukken kunnen worden samengevoegd tot opeenvolgende gesorteerde sets. CBK511 •...
Kaft Kaft Gebruik de functie Kaft om kaftbladen in te voegen met papier uit een bepaalde lade. • Het formaat en de richting van het kaftblad moeten hetzelfde zijn als van het gewone papier. • Raadpleeg de Help-functie van het printerstuurprogramma voor meer details over afdrukmethoden.
3. Andere afdrukbewerkingen Toner besparen bij het afdrukken Gebruik de functie Economy Color om toner te besparen. • Raadpleeg de helpfunctie van het printerstuurprogramma voor meer informatie over de instelmethode.
Een document afdrukken met alleen specifieke CMYK-kleuren Een document afdrukken met alleen specifieke CMYK-kleuren Wanneer u een document in kleur afdrukt, worden meestal de kleuren cyaan, magenta, geel en zwart gebruikt. U kunt echter kiezen om bij het afdrukken alleen specifieke kleuren te gebruiken. •...
3. Andere afdrukbewerkingen Watermerken Gebruik de functie Watermerk om watermerktekst af te drukken. • Als het watermerk groter is dan het papierformaat, kan het niet goed worden afgedrukt. • Raadpleeg de helpfunctie van het printerstuurprogramma voor meer informatie over de instelmethode.
4. Rechtstreeks afdrukken vanaf een digitale camera (PictBridge) In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u rechtstreeks vanuit een digitale camera kunt afdrukken. Wat is PictBridge? U kunt een digitale camera die geschikt is voor PictBridge met een USB-kabel aansluiten op deze printer.
4. Rechtstreeks afdrukken vanaf een digitale camera (PictBridge) Met PictBridge afdrukken Volg de onderstaande procedure om met deze printer met PictBridge af te drukken. • Bij het afdrukken van een afbeelding met een hoge resolutie kunnen er fouten optreden door overschrijding van het geheugen.
Pagina 47
Met PictBridge afdrukken • Wilt u meer weten over hoe u het afdrukken van gegevens kunt stoppen, zie Pag.21 "Een afdruktaak annuleren".
4. Rechtstreeks afdrukken vanaf een digitale camera (PictBridge) Wat u met deze printer kunt doen Met PictBridge kunnen op het apparaat de volgende functies worden uitgevoerd. De volgende instellingen zijn voor deze functies beschikbaar: • Eén afbeelding afdrukken • Geselecteerde afbeelding afdrukken •...
Wat u met deze printer kunt doen Naam papierformaat Werkelijk formaat Letter (8 ” × 11”) 215,9 × 279,4 mm (8 × 11 inch) • Raapleeg de Hardwarehandleiding voor meer informatie over het opgeven van aangepaste formaten. N-up Layout Gebruik deze functie om 2 of 4 afbeeldingen op het opgegeven papier af te drukken. •...
4. Rechtstreeks afdrukken vanaf een digitale camera (PictBridge) PictBridge afsluiten Volg de onderstaande procedure om de PictBridge-modus af te sluiten. • Maak de USB-kabel niet los als er nog data naar de printer wordt gestuurd. Als u dat wel doet, zal het afdrukken mislukken.
Als afdrukken met PictBridge niet werkt Als afdrukken met PictBridge niet werkt In dit gedeelte worden mogelijke oorzaken en oplossingen vermeld voor problemen die zich kunnen voordoen wanneer u afdrukt met PictBridge. Probleem Oorzaak Oplossing PictBridge is niet beschikbaar. Er is een probleem met de USB- Gebruik de volgende aansluiting of de instellingen procedure om de aansluiting en...
Pagina 52
4. Rechtstreeks afdrukken vanaf een digitale camera (PictBridge) Probleem Oorzaak Oplossing Het afdrukken is uitgeschakeld. Er is geen papier van het Er is geen papier van het opgegeven formaat meer. opgegeven formaat meer. Als u papier van een ander formaat wilt gebruiken, zet het afdrukken dan voort met niet- overeenkomend papier.
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel In dit hoofdstuk wordt het menu beschreven dat wordt weergegeven op het bedieningspaneel en wordt aangegeven hoe u de instellingen van de printer kunt wijzigen. Menuoverzicht In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de standaardinstellingen van de printer kunt wijzigen en vindt u informatie over de parameters in elk menu.
Pagina 54
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel Kopieën: Sub papierformaat Duplex afdrukken Blanco pag afdr Energiespaarstand 1 Energiespaarstand 2 Z/W paginadetectie Standrd herst. Foutenrapp. afdr ZW-afdr.prior Host-interface Time-out:BevAfd Time-out: USB Time-out: Netw Netwerkinstell. Vaste USB-poort PCL Menu Richting Formulierregels Lettertypenummer Puntgrootte Lettertypebreedte Symbolenset Courier lettertype...
Pagina 55
Menuoverzicht Van CR naar LF Resolutie PS-menu Resolutie Kleurprofiel Taal Engels Frans Duits Italiaans Spaans Nederlands Zweeds Noors Deens Fins Portugees...
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel MenuPapierinvoer In dit gedeelte worden voor elke lade de papierinstellingen zoals papierformaat en papiersoort besproken van het menu Papierinvoer. Het menu Papierinvoer wijzigen Gebruik de onderstaande procedure om de ladevoorkeur te wijzigen. Druk op de [Menu]-knop. CER408 Het menuvenster wordt weergegeven.
MenuPapierinvoer • A4, B5 JIS, A5, 8 1/2 x 14, 8 1/2 x 11, 7 1/4 x 10 1/2, 8 x 13, 8 1/2 x 13, 8 1/4 x 13, 16K, Ang.fr, 4 1/8 x 9 1/2, 3 7/8 x 7 1/2, C5 Env, C6 Env, DL Env, 5 1/2 x 8 1/2, B6 JIS, A6 Papierformaat: Lade 2 Bepaalt het papierformaat voor lade 2.
Pagina 58
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel Als automatische ladeselectie voor afdruktaken is opgegeven en zowel lade 1 als lade 2 papier bevatten dat overeenkomt met de afdruktaak, begint de printer met afdrukken vanuit de opgegeven lade. Zodra het papier in die lade op is, schakelt de printer automatisch over op de andere lade om verder te gaan met afdrukken.
Menu Lijst/Proefafdruk Menu Lijst/Proefafdruk U kunt lijsten met de printerconfiguratie en andere informatie afdrukken. Bovendien kunt u de typen en tekens controleren van alle afdrukbare lettertypen. De configuratiepagina afdrukken Volg de onderstaande procedure om de configuratiepagina af te drukken. • De configuratiepagina wordt afgedrukt op papier van het formaat A4 of Letter (8 "...
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel Parameters van menu Lijst/proefafdr In dit gedeelte worden de parameters besproken die u kunt instellen in het menu Lijst/proefafdr Configuratiepagina Hiermee wordt de huidige configuratie en algemene informatie over de printer afgedrukt. Menulijst Hiermee drukt u het menu af met alle beschikbare menu's. Testpagina Hiermee drukt u een testpagina af om de afdrukvoorwaarden te controleren.
MenuOnderhoud MenuOnderhoud U kunt de kleurenregistratie afstellen of de timing opgeven voor de melding dat de toner bijna op is. Afstelling van Kleurenregistratie De kleuren kunnen verslechteren als u de printer heeft verplaatst, heeft afgedrukt op dik papier of enige tijd achter elkaar heeft afgedrukt.
Pagina 62
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel Toner bijna op Geeft de periode op waarna een bericht wordt gegeven dat de toner bijna op is. Standaard: [Normaal] • Normaal De melding dat er weinig toner meer is, wordt weergegeven wanneer er nog ongeveer 200 pagina's met de resterende toner kunnen worden afgedrukt.
Systeem Menu Systeem Menu U kunt basisfuncties instellen die vereist zijn voor het gebruik van de printer. De printer kan worden gebruikt met de standaard fabrieksinstellingen, maar de configuratie kan worden gewijzigd afhankelijk van de vereisten van de gebruiker. De gewijzigde toestand blijft ook van kracht als de printer is uitgeschakeld.
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel Automatisch doorgaan Hiermee stelt u in dat de printer fouten met het papierformaat of de papiersoort negeert en verder gaat met afdrukken. Het afdrukken wordt tijdelijk onderbroken wanneer een fout wordt gedetecteerd en begint automatisch weer tien seconden nadat de instellingen gedaan zijn op het bedieningspaneel.
Pagina 65
Systeem Menu • Uit Energiespaarstand 1 Hiermee schakelt de printer over op Energiespaarstand 1 als deze zo'n 30 seconden inactief is geweest. Het kost minder tijd om terug te keren uit Energiespaarstand 1 dan uit de uitgeschakelde status of uit Energiespaarstand 2, maar het stroomverbruik in Energiespaarstand 1 is hoger in dan in Energiespaarstand 2.
Pagina 66
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel Standaard: [Uit] • Uit • Aan...
Menu Host-interface Menu Host-interface U kunt configuraties instellen voor netwerkverbindingen en -communicatie. De gewijzigde configuratie blijft ook van kracht nadat de printer is uitgeschakeld. Wijzigen van menu Host-interface Gebruik de volgende procedure om de netwerkinstellingen te wijzigen. Druk op de [Menu]-knop. CER408 Het menuvenster wordt weergegeven.
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel Parameters van menu Host Interface In dit gedeelte worden de parameters besproken die u kunt instellen via het menu Host Interface. Time-out:BevAfd Geeft aan hoeveel seconden de printer een beveiligd afdrukbestand vasthoudt als de printer geen beveiligde afdrukbestanden kan opslaan.
Pagina 69
Menu Host-interface • 100Mbps Half D. • 100Mbps Voll D. • IPsec Hiermee selecteert u of IPsec moet worden in- of uitgeschakeld. Standaard: [Uit] • Uit • Aan • MAC-adres Controleer het MAC-adres. • IPv4-config. • DHCP Selecteer of het IPv4-adres, subnetmasker en standaard gateway-adres automatisch of handmatig ingesteld moeten worden.
Pagina 70
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel De cijfers die voor "X" staan, hangen af van uw netwerkomgeving. • IP-adres methode Geeft de acquisitiemethode van het IP-adres weer. • DHCP • Automatisch IP • Handmatige configuratie • Standaard IP • IPv6-config. •...
Pagina 71
Menu Host-interface Wanneer DHCP wordt gebruikt, kunt u het IPv6-adres niet handmatig opgeven. Standaardinstelling: [Uit] • Uit • Aan Vaste USB-poort Bepaalt of hetzelfde printerstuurprogramma kan worden gebruikt voor meerdere printers via USB- verbinding. Standaardinstelling: [Uit] • Aan Het printerstuurprogramma dat u op uw computer hebt geïnstalleerd, kan worden gebruikt met elke andere printer die van hetzelfde model is als de printer die oorspronkelijk voor installatie was gebruikt.
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel PCL Menu U kunt de voorwaarden opgeven wanneer u PCL voor afdrukken gebruikt. Het menu PCL wijzigen Gebruik de volgende procedure om de instellingen voor de richting te wijzigen. Druk op de [Menu]-knop. CER408 Het menuvenster wordt weergegeven.
Pagina 73
PCL Menu Standaard: Lettertypenummer Geeft de ID aan van het standaardlettertype dat u wilt gebruiken tussen 0 en 89. Standaard: "0" Puntgrootte Hier kunt u de puntgrootte opgeven die u wilt gebruiken voor het standaardlettertype. U kunt een waarde opgeven tussen 4,00 en 999,75 in stappen van 0,25. Standaard: [12,00 punten] Lettertypebreedte Hier kunt u het aantal tekens per inch opgeven dat u wilt gebruiken voor het standaardlettertype.
Pagina 74
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel Standaardinstelling: [Uit] • Uit • Aan Resolutie Stelt de resolutie van de afdruk in dots per inch in. Standaardinstelling: [600 x 600 1Bit] • 600 x 600 1Bit • 600 x 600 2Bit • 600 x 600 4Bit...
PS Menu PS Menu U kunt instellingen opgeven voor het gebruik van PostScript bij het afdrukken. Het menu PS Menu wijzigen Gebruik de volgende procedure om de instellingen voor resolutie te wijzigen. Druk op de [Menu]-knop. CER408 Het menuvenster wordt weergegeven. Druk op [ ][ ] om [PS Menu] te selecteren en druk vervolgens op [OK].
Pagina 76
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel Kleurprofiel Specificeert het kleurprofiel. Standaardinstelling: [Vaste kleur] • Effen kleuren • Fotografisch • Uit • Presentatie...
Menu Taal Menu Taal U kunt de taal instellen waarin het menu wordt weergegeven. Het menu Taal wijzigen Gebruik de volgende procedure om de taal te wijzigen. Druk op de [Menu]-knop. CER408 Het menuvenster wordt weergegeven. Druk op [ ][ ] om [Taal] te selecteren en druk vervolgens op [OK]. Druk op [ ][ ] om de taal te selecteren en druk vervolgens op [OK].
Pagina 78
5. Printerinstellingen opgeven via het bedieningspaneel...
6. De printer beheren en configureren In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u Web Image Monitor kunt gebruiken voor toezicht op de printer of wijziging van de printerinstellingen. Web Image Monitor Met Web Image Monitor kunt u de printerstatus controleren en instellingen wijzigen. Beschikbare bewerkingen De volgende bewerkingen kunnen vanaf een computer op afstand worden uitgevoerd met Web Image Monitor:...
Pagina 80
6. De printer beheren en configureren • Als u een proxyserver gebruikt, wijzigt u de instellingen van de webbrowser. Neem contact op met uw netwerkbeheerder voor meer informatie over de instellingen. • De vorige pagina wordt mogelijk niet weergegeven zelfs niet als op de knop Vorige in de webbrowser wordt geklikt.
De beginpagina weergeven De beginpagina weergeven In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u Web Image Monitor en de bijbehorende beginpagina kunt weergeven. De beginpagina weergeven van Web Image Monitor Start uw internetbrowser. Voer "http://(adres printer)/" in op de adresregel van de webbrowser. De beginpagina van Web Image Monitor verschijnt.
6. De printer beheren en configureren 1. Menugedeelte Als u menu selecteert, dan zal de inhoud ervan in het werkgedeelte worden afgebeeld, of in het subgedeelte. 2. Tabbladen Bevat menu's voor de modi Status en Teller en tabs om tussen deze twee modi te schakelen. 3.
De systeeminformatie controleren De systeeminformatie controleren Klik op [Home] op de eerste pagina van Web Image Monitor. U kunt de gegevens van het huidige systeem op deze pagina controleren. Deze pagina bevat de volgende tabs: [Status], [Teller] en [Apparaatinformatie]. De statusinformatie controleren Klik op het tabblad [Status] op de algemene pagina om systeeminformatie, de status van de papierlade en de tonerniveaus weer te geven.
Pagina 84
6. De printer beheren en configureren Item Beschrijving Geel Toont de resterende hoeveelheid gele toner. Cyaan Toont de resterende hoeveelheid cyaan toner. Tonerafvalfles Toont de resterende levensduur van de afvaltonerfles als "Status OK", "Bijna vol" of "Vol". Tus.lig. transf.eenh. Toont de resterende levensduur van de transfereenheid als "Status OK", "Vervanging binnenkort vereist"...
De systeeminformatie controleren • Voor meer informatie over de hostnaam van de printer, zie Pag.96 "De DNS-instellingen configureren". Tellerinformatie controleren Klik op het tabblad [Teller] op de algemene pagina om de tellerinformatie te controleren. Teller in apparaat Item Beschrijving Teller in apparaat Toont het volgende voor afgedrukte pagina's inclusief lijsten/rapporten: •...
Pagina 86
6. De printer beheren en configureren Item Beschrijving Magenta Toont het volgende voor afgedrukte pagina's inclusief lijsten/rapporten: • Cumulatieve waarde van dekking van magenta toner op A4-pagina (percentage) • Cumulatieve waarde van verbruik van magenta toner (geconverteerd in volledig gedekte A4-pagina's) Geel Toont het volgende voor afgedrukte pagina's inclusief lijsten/rapporten: •...
De systeeminformatie controleren Item Beschrijving Geel Toont het volgende voor pagina's afgedrukt in de modus Economy Color: • Cumulatieve waarde van dekking van gele toner op A4-pagina (percentage) • Cumulatieve waarde van verbruik van gele toner (geconverteerd in volledig gedekte A4-pagina's) Duplex afdrukken Item Beschrijving...
Pagina 88
6. De printer beheren en configureren Item Beschrijving PS-versie Toont de versie van de PS-vertaler. Apparaat-ID Toont het serienummer van de printer. Totaal geheugen Toont het totale geheugen dat op de printer is geïnstalleerd.
De systeeminstellingen configureren De systeeminstellingen configureren Klik op [Systeeminstellingen] om de pagina voor configuratie van de systeeminstellingen weer te geven. Deze pagina bevat de volgende tabs: [Papierlade-instellingen], [I/O-time-out] en [Zwart-witafdruk prioriteit]. De papierinstellingen configureren Klik op het tabblad [Papierlade-instellingen] op de pagina met Systeeminstellingen om de papierinstellingen te configureren.
Pagina 90
6. De printer beheren en configureren Lade 2 Item Beschrijving Papierformaat Selecteer het papierformaat voor lade 2: [A4], [8 1/2 x 11] Papiersoort Selecteer de papiersoort voor lade 2: [Dun papier (60-65g/m2)], [Normaal papier (66-74g/m2)], [Medium dik papier (75-90g/m2)], [Dik papier 1 (91-105g/m2)], [Gerecycled papier], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Voorbedrukt papier], [Geperforeerd papier] Handinvoer...
De systeeminstellingen configureren Handinvoerlade-inst. prioriteit Item Beschrijving Handinvoerlade-inst. Selecteer hoe afdruktaken via de handinvoer worden verwerkt. prioriteit • [Systeeminstellingen] De printer drukt alle taken af aan de hand van de printerinstellingen. Er treedt een fout op als de instellingen voor papierformaat/-soort van de printer en het printerstuurprogramma niet overeenkomen.
6. De printer beheren en configureren I/O-time-out Item Beschrijving Vaste USB-poort Bepaalt of hetzelfde printerstuurprogramma kan worden gebruikt voor meerdere printers via USB-verbinding. Als deze instelling is ingeschakeld, kan het printerstuurprogramma dat u op uw computer hebt geïnstalleerd, worden gebruikt met elke andere printer die van hetzelfde model is als de printer die oorspronkelijk voor installatie was gebruikt.
De systeeminstellingen configureren Zwart-witafdruk prioriteit Item Beschrijving Zwart-witafdruk Schakel deze functie in als u wilt dat de printer het verbruik van de prioriteit kleurentoner onderdrukt wanneer u zwart-witpagina's afdrukt. De hoeveelheid kleurentoner die wordt verbruikt tijdens opwarming voor onderhoud wordt eveneens verlaagd.
6. De printer beheren en configureren Printerfuncties beperken aan de hand van gebruiker U kunt de printer zo instellen dat er een gebruikerscode moet worden ingevoerd als iemand bepaalde printerfuncties wil gebruiken. • Als afdruktaken worden beperkt, kunt u alleen verifiëren via het PCL-printerstuurprogramma. Afdrukken via het PostScript 3-printerstuurprogramma is dan onmogelijk.
De netwerkinstellingen configureren De netwerkinstellingen configureren Klik op [Netwerkinstell.] om de pagina weer te geven waarop u de netwerkinstellingen kunt configureren. Deze pagina bevat de volgende tabbladen: [Netwerkstatus], [IPv6-configuratie], [Netwerkapplicatie], [DNS], [Automatische E-mailmelding], [SNMP], [SMTP] en [POP3]. De netwerkstatus controleren Klik op de tab [Netwerkstatus] op de pagina met netwerkinstellingen om netwerkinformatie weer te geven.
6. De printer beheren en configureren Item Beschrijving IP-adres Voer het IPv4-adres voor de printer in. Subnetmasker Voer het subnetmasker van het netwerk in. Gateway-adres Voer het IPv4-adres van de netwerkgateway in. De IPv6-instellingen configureren Klik op het tabblad [IPv6-configuratie] op de pagina met netwerkinstellingen om de IPv6-instellingen te configureren.
De netwerkinstellingen configureren Item Beschrijving IP-adres (DHCP) Toont het IPv6-adres dat is verkregen van de DHCP-server wanneer [DHCP] is ingesteld op [Actief]. Staatloos adres Toont tot vier staatloze automatische adressen. Gateway adres Toont het standaard gateway-adres van de printer. Link lokaal adres Toont het link lokale adres van de printer.
6. De printer beheren en configureren Afdrukinstelling van netwerk Item Beschrijving Selecteer deze optie om afdrukken via het netwerk met behulp van Internet Print Protocol (via TCP-poort 631/80) in te schakelen. Selecteer deze optie om afdrukken via het netwerk met behulp van een ingesloten FTP-server in de printer (via TCP-poort 20/21) in te schakelen.
De netwerkinstellingen configureren Item Beschrijving DNS-methode Selecteer of u handmatig domeinnaamservers wilt opgeven of automatisch DNS-informatie van het netwerk wilt ophalen. Indien ingesteld op [Automatisch verkrijgen (DHCP)] zijn de opties [Primaire DNS-server], [Secundaire DNS-server] en [Domeinnaam] hieronder niet beschikbaar. Primaire DNS-server Voer het IPv4-adres van de primaire DNS in.
6. De printer beheren en configureren E-mailmelding 1/E-mailmelding 2 Item Beschrijving Weergavenaam van Voer een naam in voor de afzender van de waarschuwingsmail. Kan tot 32 apparaat tekens bevatten. E-mailadres Voer een naam in voor de ontvanger van de waarschuwingsmail. Kan tot 64 tekens bevatten.
De netwerkinstellingen configureren SNMP Item Beschrijving SNMP Selecteer of de printer SNMP-services kan gebruiken. Trap Item Beschrijving Trap gebruiken Selecteer of de printer traps kan verzenden naar de managementhost (NMS). Indien ingesteld op [Inactief] zijn de opties [SNMP-beheer host 1] en [SNMP-beheer host 2] hieronder niet beschikbaar.
6. De printer beheren en configureren Item Beschrijving Contact Voer de contactgegevens voor de printer in. De contactgegevens die u hier invoert, worden weergegeven op de hoofdpagina. Kan tot 64 tekens bevatten. De SMTP-instellingen configureren Klik op het tabblad [SMTP] op de pagina met netwerkinstellingen om de SMTP-instellingen te configureren.
De netwerkinstellingen configureren Item Beschrijving Wachtwoord Voer het wachtwoord in voor aanmelding bij de SMTP-server. Kan tot 32 tekens bevatten. E-mailadres apparaat Geef het e-mailadres van de systeembeheerder op. Dit adres wordt gebruikt als afzender van waarschuwingsberichten voor deze printer. Kan tot 64 tekens bevatten. Servertime-out Voer het aantal seconden in dat de printer wacht voordat deze een SMTP- (seconden)
Pagina 104
6. De printer beheren en configureren Item Beschrijving Verificatie Selecteer een van de volgende verificatiemethoden: [Geen]: wachtwoord wordt niet gecodeerd. [APOP-verificatie]: wachtwoord wordt gecodeerd. [Automatisch]: wachtwoord wordt wel of niet gecodeerd, afhankelijk van de POP3-serverinstellingen.
De IPsec-instellingen configureren De IPsec-instellingen configureren Klik op [IPsec-instellingen] om de pagina voor configuratie van de IPsec-instellingen te configureren. Deze pagina bevat de volgende tabbladen: [Algemene IPsec-instellingen] en [IPsec-beleidslijst]. • Deze functie is alleen beschikbaar wanneer er een beheerderswachtwoord is opgegeven. De algemene IPsec-instellingen configureren Klik op het tabblad [Algemene IPsec-instellingen] op de pagina met IPsec-instellingen om de algemene IPsec-instellingen te configureren.
6. De printer beheren en configureren • Voor meer informatie over welke soorten ICMP-berichten zullen worden overgeslagen als [Alle ICMP overslaan] op [Inactief] wordt gesteld, zie de helpfunctie van Web Image Monitor. Het IPsec-beleid configureren Klik op het tabblad [IPsec-beleidslijst] op de pagina met IPsec-instellingen om de lijst met geregistreerde IPsec-beleidregels weer te geven.
De IPsec-instellingen configureren IP-beleidsinstellingen Item Beschrijving Geef een nummer op tussen 1 en 10 voor het IPsec-beleid. Het nummer dat u opgeeft, bepaalt de positie van het beleid in de IPsec-beleidslijst. Beleidszoekacties worden uitgevoerd op basis van de lijstvolgorde. Als het opgegeven nummer al is toegewezen aan een ander beleid, krijgt het huidige beleid het nummer van het eerdere beleid en worden het eerdere beleid en eventuele verdere beleidsregels opnieuw genummerd.
Pagina 108
6. De printer beheren en configureren Item Beschrijving Actie Geef op hoe de IP-pakketten worden verwerkt: • [Toestaan]: IP-pakketten worden verzonden en ontvangen zonder toepassing van IPsec. • [Niet toestaan]: IP-pakketten worden verworpen. • [Beveiliging vereisen]: IPsec wordt toegepast op IP-pakketten die worden verzonden en ontvangen.
Pagina 109
De IPsec-instellingen configureren Item Beschrijving Verificatiealgoritme Geef het verificatiealgoritme op dat moet worden toegepast wanneer [ESP] voor ESP is geselecteerd als [Beveiligingsprotocol]: [MD5], [SHA1] Levensduur Geef de levensduur van de IPsec SA (beveiligingskoppeling) op als tijdsperiode of gegevensvolume. De SA verloopt wanneer de opgegeven tijdsperiode verloopt of als het opgegeven gegevensvolume wordt bereikt.
Pagina 110
6. De printer beheren en configureren • Voor meer informatie over IPsec, zie Pag.136 "Verzending met IPsec".
Lijsten/rapporten afdrukken Lijsten/rapporten afdrukken Klik op [Rapport/ lijst afdrukken] om de pagina voor afdrukrapporten weer te geven. Selecteer vervolgens een item en klik op [Afdrukken] om informatie over dat item af te drukken. Rapport/ lijst afdrukken Item Beschrijving Configuratiepagina Hiermee wordt algemene informatie over de printer en de huidige configuratie afgedrukt.
6. De printer beheren en configureren De beheerdersinstellingen configureren Klik op [Beheerdertoepassingen] om de pagina voor configuratie van de beheerdersinstellingen te configureren. Deze pagina bevat de volgende tabbladen: [Beheerder], [Instellingen resetten], [Instellingen back- uppen], [Instellingen herstellen] en [Energiespaarstand]. Het beheerderswachtwoord configureren Klik op het tabblad [Beheerder] op de pagina met beheerdersinstellingen om het beheerderswachtwoord te configureren.
De beheerdersinstellingen configureren Instell. terugz. Item Beschrijving Netwerkinstell. Selecteer deze optie om de netwerkinstellingen terug te zetten op hun terugzetten standaardwaarden. Menu-instellingen Selecteer of u een back-up wilt maken van instellingen die niet verwant zijn terugzetten aan het netwerk. Instellingen van Selecteer deze om de instellingen voor gebruikersbeperkingen te wissen.
Pagina 114
6. De printer beheren en configureren Instellingen back-uppen Item Beschrijving Back-up van Maakt een back-up van de netwerkinstellingen. netwerkinstellingen Back-up van menu- Hiermee maakt u een back-up van de instellingen die niet verwant zijn aan instellingen het netwerk. Back-upinstellingen Hiermee worden de instellingen van gebruikersbeperkingen opgeslagen in voor Beschikbare een back-upbestand.
De beheerdersinstellingen configureren De instellingen van de printer herstellen uit een back-upbestand Klik op de tab [Instellingen herstellen] op de pagina met beheerdersinstellingen om printerinstellingen uit een eerder gemaakt back-upbestand te herstellen. • Wanneer de printer terugkomt van reparatie, is het belangrijk om de printerinstellingen te herstellen uit de back-upbestanden.
6. De printer beheren en configureren De energiespaarstandinstellingen configureren Klik op het tabblad [Energiespaarstand] op de pagina met beheerdersinstellingen om in te stellen dat de printer overgaat op Energiespaarstand, Energiespaarstand 1 of Energiespaarstand 2 om stroomverbruik te beperken. Energiespaarstand Item Beschrijving Energiespaarstand 1 Selecteer [Actief] als u wilt dat de printer overschakelt op...
Melding van printerstatus via e-mail Melding van printerstatus via e-mail Telkens als een tonercartridge leeg is of er papier vastgelopen is, wordt er een e-mailmelding over de printerstatus naar de geregistreerde adressen verzonden. • Deze functie is alleen beschikbaar als u deze printer in een netwerkomgeving gebruikt. •...
Pagina 118
6. De printer beheren en configureren Indien e-mail naar de SMTP-server wordt gestuurd, wordt verificatie uitgevoerd via het SMTP AUTH- protocol door de e-mailafzender te vragen zijn gebruikersnaam en wachtwoord op te geven. Gebruik de volgende procedure om SMTP-verificatie op te geven. Open de webbrowser en verkrijg toegang tot de printer door zijn IP-adres in te vullen.
SNMP SNMP U kunt SNMP-beheer gebruiken om informatie over de printer te krijgen. De SNMP-agent die op de UDP wordt uitgevoerd, is ingebouwd in de ethernetkaart die op deze printer is geïnstalleerd. • Als u de community-naam van de printer wijzigt, gebruikt u Web Image Monitor om de instellingen van de computer dienovereenkomstig te wijzigen.
6. De printer beheren en configureren De configuratiepagina lezen De configuratiepagina bevat onderstaande informatie. Systeemreferentie • Apparaat-ID Hier wordt het serienummer weergegeven dat door de fabrikant aan de printer is toegewezen. • Totaal geheugen Hier wordt het totale geheugen weergegeven dat op de printer geïnstalleerd is. •...
Pagina 121
De configuratiepagina lezen PS-menu Hier worden de huidige [PS-menu]-instellingen weergegeven. Zie "PS menu" voor meer informatie. Interface informatie Toont interface-informatie. Tellerlijst Toont tellerinformatie. Foutenlogboek Toont de foutlogboeken. IPv6-configuratie Toont de IPv6-instellingen. Zie voor meer informatie "Host Interface menu". • De configuratiepagina kan worden afgedrukt vanaf het bedieningspaneel of met Web Image Monitor.
Pagina 122
6. De printer beheren en configureren...
7. Een afdrukserver gebruiken In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u deze printer kunt configureren als een netwerkprinter. De afdrukserver voorbereiden In dit gedeelte vindt u informatie over hoe u deze printer configureert als Windows-netwerkprinter. De printer is geconfigureerd zodat netwerkclients ermee kunnen werken. •...
8. Speciale bewerkingen onder Windows Bestanden rechtstreeks vanuit Windows afdrukken U kunt bestanden rechtstreeks afdrukken met behulp van Windows-opdrachten; "lpr" of "ftp". Setup Gebruik onderstaande procedure om netwerkomgevinginstellingen in te voeren. Schakel TCP/IP in via het bedieningspaneel en stel de netwerkomgeving van de printer in voor TCP/IP, ook de IP-adressen.
8. Speciale bewerkingen onder Windows Als u het IPv4-adres van een printer instelt met DHCP Gebruik als hostnaam de printernaam die op de configuratiepagina wordt vermeld. • Voor meer informatie over het afdrukken van de configuratiepagina met behulp van het bedieningspaneel, zie Pag.57 "De configuratiepagina afdrukken".
Pagina 127
Bestanden rechtstreeks vanuit Windows afdrukken • lpr: 10 • Geef de bestandsnaam op in een notatie, inclusief het pad van de directory van waaruit het commando wordt uitgevoerd. • De "optie" die in een opdracht opgegeven wordt, is een intrinsieke printeroptie. De syntax ervan lijkt op afdrukken vanuit UNIX.
Pagina 128
8. Speciale bewerkingen onder Windows ftp> put C:\PRINT\file1 filetype=RPS ftp> mput C:\PRINT\file1 C:\PRINT\file2 Sluit ftp af. ftp> bye • "=", ",", "_" en ";" mogen niet worden gebruikt in bestandsnamen. Bestandsnamen worden gelezen als optiereeksen. • Voor de opdracht "mput" kan geen optie worden gedefinieerd. •...
9. Mac OS X configuratie In dit hoofdstuk vindt u informatie over hoe u deze printer gebruikt met Mac OS X. De voorbeeldprocedures in dit hoofdstuk zijn voor configuratie in Mac OS X 10.4. De procedure kan variëren afhankelijk van de versie van uw besturingssysteem. PPD-bestand gereedmaken Start het hulpprogramma voor de installatie van de printer.
9. Mac OS X configuratie Opties instellen Gebruik deze procedure om de opties voor de printer te configureren. Selecteer in het Apple-menu [System Preferences...]. Klik onder "Hardware" op [Print & Fax]. Kies de printer uit "Printer" en klik op [Printerconfiguratie]. In het dialoogvenster [Printer Info] selecteert u [Installable Options] in de lijst.
Instellen voor afdrukken Instellen voor afdrukken Gebruik de volgende procedure om de printer te configureren. Papierinstellingen opgeven vanuit een toepassing Open het bestand dat u wilt afdrukken. Klik in het menu [Bestand] op [Pagina-instelling]. Controleer of de printer die u wilt gebruiken, wordt weergegeven bij [Stel in voor] en selecteer het papierformaat dat u wilt gebruiken bij [Papierformaat].
9. Mac OS X configuratie Een afdruktaak annuleren vanaf de computer Selecteer in het Apple-menu [System Preferences...]. Klik onder "Hardware" op [Print & Fax]. Dubbelklik bij "Printer" op de gewenste printer. Selecteer de afdruktaak die u wilt annuleren en klik vervolgens op [Delete]. •...
PostScript 3 gebruiken PostScript 3 gebruiken Gebruik het PostScript 3-stuurprogramma om bestanden af te drukken. U kunt de volgende functies gebruiken als [Printereigenschappen] is geselecteerd in het dialoogvenster [Afdrukken]: Papiersoort Gebruik deze functie om de papiersoort te selecteren. In de lijst [Eigenschappensets] selecteert u [Papiertype] en vervolgens selecteert u in de lijst [Media Type] het papiertype die u voor afdrukken wilt gebruiken.
9. Mac OS X configuratie Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Dithering] en vervolgens in de lijst [Dithering] de weergavemodus. U kunt [Automatisch], [Fotografisch] of [Tekst] selecteren. Kleur/Zwart-wit Met deze functie kunt u instellen of het document in kleur of zwart-wit moet worden afgedrukt. Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Toner 1] en selecteer vervolgens in de lijst [Kleur/Zwart- wit] de tonerkleur.
Pagina 135
PostScript 3 gebruiken Selecteer [Omtrek], [Vast] of [Transparante tekst]. Watermerk tekst Gebruik deze functie om de tekst voor het watermerk te selecteren. Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Watermerk tekst] en selecteer vervolgens de watermerktekst uit de lijst. U kunt de volgende tekst selecteren: •...
Pagina 136
9. Mac OS X configuratie Watermerk Gebruik deze functie om op te geven welke pagina of pagina's moeten worden voorzien van een watermerk. Selecteer in de lijst [Eigenschappensets] [Watermerk Locatie] en selecteer vervolgens in de lijst [Watermerk] welke pagina of pagina's u wilt voorzien van een watermerk. Selecteer [Uit], [Alleen eerste pagina] of [Alle pagina's].
10. Bijlage Beschikbare functies en netwerkinstellingen in een IPv6-omgeving De functies en netwerkinstellingen van deze printer die beschikbaar zijn in een IPv6-omgeving verschillen van de functies in een IPv4-omgeving. Zorg dat de functies die u gebruikt, ondersteund worden in een IPv6-omgeving en configureer de benodigde netwerkinstellingen. •...
10. Bijlage Verzending met IPsec Deze printer ondersteunt het IPsec-protocol voor veiligere communicatie. Wanneer toegepast, codeert IPsec gegevenspakketten op de netwerklaag met een gedeelde sleutelcodering. De printer gebruikt uitwisseling van coderingssleutels om een gedeelde sleutel te maken voor zowel afzender als ontvanger.
Verzending met IPsec • Voor een succesvolle verificatie moeten de zender en de ontvanger hetzelfde verificatiealgoritme en dezelfde verificatiesleutel instellen. Het verificatiealgoritme en de verificatiesleutel worden automatisch opgegeven. AH-protocol Het AH-protocol biedt uitsluitend een veilige verzending via de verificatie van pakketjes, met inbegrip van headers.
10. Bijlage Instellingen 1-10 U kunt 10 aparte sets met SA-details configureren (zoals verschillende gedeelde sleutels en IPsec- algoritmen). IPsec-beleidsregels worden een voor een doorzocht, te beginnen bij [No.1]. Configuratieproces voor instellingen van uitwisseling van coderingssleutel In dit onderdeel wordt de procedure uitgelegd voor het bepalen van handmatige instellingen voor de coderingssleutel.
Verzending met IPsec Wijzig de IPsec-gerelateerde instellingen naar wens. Voer het beheerderswachtwoord in en klik vervolgens op [Toepassen]. Klik op het tabblad [Algemene IPsec-instellingen] en selecteer [Actief] in [IPsec-functie]. Specifieer zo nodig [Standaard beleid], [Broadcast en multibroadcast] en [Alle ICMP overslaan].
Pagina 142
10. Bijlage Klik op [Volgende]. Selecteer "Deze regel specificeert geen tunnel" en klik vervolgens op [Volgende]. Selecteer het netwerktype voor IPsec en klik vervolgens op [Volgende]. Selecteer "Deze tekenreeks gebruiken om sleuteluitwisseling te beschermen (vooraf gedeelde sleutel)" en voer dezelfde PSK-tekst in die is opgegeven op de printer met een vooraf gedeelde sleutel.
Verzending met IPsec Wanneer [ESP&AH] is geselecteerd voor de printer in [Beveiligingsprotocol] onder [IPsec-instellingen], selecteert u [Gegevens- en adresintegriteit zonder versleuteling (AH)] en configureert u de volgende instellingen: Stel de waarde van [Integriteitsalgoritme] onder [Gegevens- en adresintegriteit zonder versleuteling (AH)] in op dezelfde waarde als [Verificatiealgoritme voor AH] zoals opgegeven op de printer.
Pagina 144
10. Bijlage • U kunt op de [Escape]-knop drukken om terug te gaan naar het vorige niveau in de menustructuur.
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de printer binnen een netwerk Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de printer binnen een netwerk DHCP gebruiken U kunt deze printer in een DCHP-omgeving gebruiken. • Ondersteunde DHCP-servers zijn servers die zijn opgenomen in Windows Server 2003/2003 R2/2008/2008 R2.
10. Bijlage Adobe PageMaker Version 6.0, 6.5, of 7.0 gebruiken Voor het Windows-besturingssysteem in combinatie met Adobe PageMaker moet u PPD-bestanden naar de map van PageMaker kopiëren. PPD-bestanden hebben een ".ppd"-extensie in de map “DRIVERS\PS\XP_VISTA\(Language)\DISK1\” op de cd-rom. De derde map "(Taal)" kan worden vervangen door de naam van de taal die u gebruikt. Kopieer het .ppd-bestand naar de map van PageMaker.
Wanneer u Windows Terminal Service/MetaFrame gebruikt Wanneer u Windows Terminal Service/ MetaFrame gebruikt Hieronder wordt beschreven hoe u Windows Terminal Service en MetaFrame kunt gebruiken. Besturingssysteem De volgende besturingssystemen en MetaFrame-versies worden ondersteund. Windows Server 2003/2003 R2 • MetaFrame XP 1.0 FR3 •...
Pagina 148
10. Bijlage • Wanneer u MetaFrame XP 1.0 of hogere versies gebruikt, raden we u aan om instellingen in te voeren in [Bandbreedte van de Clientprinter] onder [Citrix Management Console], afhankelijk van de omgeving. • Als er een afdrukfout optreedt op MetaFrame XP 1.0 SP1/FR1 en de afdruktaak of de printer die is aangemaakt in [Automatisch clientprinters aanmaken], niet kan worden verwijderd, raden we u aan instellingen te configureren in [Delete unfinished print jobs] in het register.
Copyright-informatie met betrekking tot geïnstalleerde toepassingen Copyright-informatie met betrekking tot geïnstalleerde toepassingen expat Copyright (c) 1998, 1999, 2000 Thai Open Source Software Centre, Ltd. and Clark Cooper. Copyright (c) 2001, 2002 Expat maintainers. Permission is hereby granted, free of charge, to any person obtaining a copy of this software and associated documentation files (the "Software"), to deal in the Software without restriction, including without limitation the rights to use, copy, modify, merge, publish, distribute, sublicense, and/or sell copies of the Software, and to permit persons to whom the Software is furnished to do so, subject to the...
10. Bijlage Handelsmerken Acrobat, Adobe, PageMaker, PostScript en Reader zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of in andere landen. Apple, Bonjour, Macintosh, Mac OS en Safari zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en in andere landen.
Pagina 151
Handelsmerken ® ® Microsoft Windows 7 Home Premium ® ® Microsoft Windows 7 Professional ® ® Microsoft Windows 7 Ultimate ® ® Microsoft Windows 7 Enterprise • De productnamen van Windows Server 2003 zijn als volgt: ® ® Microsoft Windows Server 2003 Standard Edition ®...
INDEX 100baseTX............Form feed............... 10baseT..............ftp................Adobe PageMaker..........Gebruikersbeperking..........Afdrukken met specifieke kleuren......Gebruikersfunctie beperken....33, 35, 36, 92 Afdrukserver............Gecombineerd afdrukken........Afstellen..............Algemene status............ Handelsmerken..........11, 148 Apparaatinformatie..........Handinvoerlade-instellingen prioriteit....AutoNet..............Handleidingen voor deze printer......Hoe werkt deze handleiding?........ Beperkingen voor gebruikers.......
Pagina 154
Mac OS X............SA................. mDNS-instelling............. Service-oproep............ Melding toner bijna op......... SMTP-instellingen..........Menu..............SMTP-verificatie..........Menu Onderhoud..........SNMP..............Menu Papierinvoer..........SNMP-instellingen..........Menu Systeem............Sorteren..............MetaFrame............Specifieke modelinformatie........Standaard TCP/IP..........Statusinformatie............. Netwerkafdrukinstellingen........Stuurprogramma voor PCL........Netwerkinstellingen........65, 93 Stuurprogramma voor PostScript 3...... Netwerkomgeving..........Symbolen..............
Pagina 155
Web Image Monitor gebruiken......Windows 7............Windows Server 2003......... Windows Server 2003 R2........Windows Server 2008......... Windows Server 2008 R2........Windows Terminal Service......... Windows Vista............Windows XP............Windows-afdrukpoort........... Windows-netwerkprinter........