Beelden opslaan en afdrukken
Beelden opslaan
Als u klaar bent met de bewerkingen of
het maken van creatieve afdrukken of als
u "Save" in het venster selecteert, wordt
het dialoogvenster weergegeven waarin u
het medium kunt selecteren waarop u het
beeld wilt opslaan. U kunt het beeld met
een nieuw bestandsnummer opslaan.
Tip
Het geselecteerde beeld wordt niet overschreven.
1
Selecteer de bestemming om een
beeld op te slaan.
Druk op f/F om het medium
("Memory Stick", "Compact Flash" of
"SD Cards" ) te selecteren en druk op
ENTER.
Het dialoogvenster voor het instellen
van de datum wordt weergegeven. U
kunt de datum met het beeld opslaan.
2
Stel de datum in.
Druk op f/F om het nummer te
selecteren en druk op g/G om de
dag, de maand en het jaar te
selecteren. Druk op ENTER.
NL
38
Het beeld wordt opgeslagen. Het
dialoogvenster met het nieuwe
bestandsnummer wordt
weergegeven.
3
Druk op ENTER.
Opmerking
Tijdens het opslaan van het beeld moet u de
printer niet uitschakelen en de geheugenkaart
niet uit de printer verwijderen. Als u dit wel
doet, kan de geheugenkaart worden beschadigd.
Beelden afdrukken
1
Druk op PRINT.
Het dialoogvenster voor het opgeven
van het aantal exemplaren wordt
weergegeven.
2
Stel het aantal exemplaren in.
• Als u het aantal exemplaren met
één wilt verhogen, drukt u
herhaaldelijk op ENTER.
• Wilt u het aantal exemplaren met
één verlagen, dan drukt u
herhaaldelijk op CANCEL.
• Als u het aantal exemplaren weer
op één wilt zetten, drukt u ten
minste twee seconden op CANCEL.
(U kunt deze bewerking niet
uitvoeren met de afstandsbediening.)
3
Druk op g/G/f/F om "OK" te
selecteren om te beginnen met
afdrukken.
Het beeld waarvan u het voorbeeld
hebt bekeken, wordt afgedrukt.