Tekens in het invoervak corrigeren
• Tekens vóór de cursor ( | ) in het
invoervak verwijderen
Druk op g/G/f/F om "BS" (Back
Space) te selecteren en druk op
ENTER. Wanneer u op ENTER drukt,
wordt het teken vóór de cursor
verwijderd.
• Tekens invoegen in de reeks
ingevoerde tekens
Druk op g/G/f/F om "B" of "b" in
het venster te selecteren en druk
herhaaldelijk op ENTER om de cursor
(|) te verplaatsen naar de positie waar
u het teken wilt invoegen.
6
Als u de resterende tekens hebt
ingevoerd, drukt u op g/G/f/F
om "NEXT" te selecteren en drukt
u op ENTER.
Het toetsenbord verdwijnt en de
ingevoerde tekens worden aan het
beeld toegevoegd.
Hulpmiddelen voor aanpassen
7
Druk op g/G/f/F om het
gewenste hulpmiddel voor
aanpassen te selecteren en druk
op ENTER om de grootte en
positie van de tekens aan te
passen.
Herhaal deze stap als u meerdere
aanpassingen wilt maken.
NL
36
Items
Functies
Re-input Het toetsenbord wordt
weergegeven. Voer de
tekens opnieuw in.
Wanneer u op ENTER drukt,
worden de tekens groter.
Wanneer u op ENTER drukt,
worden de tekens kleiner.
Verplaats de tekens met de
pijltoets g/G/f/F en
druk op ENTER.
Wanneer u op ENTER
drukt, worden de tekens
90° rechtsom gedraaid.
Wanneer u op ENTER
drukt, worden de tekens
90° linksom gedraaid.
Opmerking
Als u een groot aantal tekens invoert, kunt
u de tekens wellicht niet draaien of de
tekens groter of kleiner maken.
8
Druk op f/F om "Execute" te
selecteren en druk op ENTER.
De tekens worden op het beeld
vastgelegd.
Opmerking
Zodra u "Execute" hebt geselecteerd, kunt
u de tekens niet meer verplaatsen of
verwijderen.