6.14
Boordcomputer
Aanwijzing
Gebruik de boordcomputer nooit als
handgreep. Wanneer de pedelec aan de
boordcomputer wordt opgetild, kan de
boordcomputer onherstelbaar beschadigen
De bediening op het stuur stuurt de
boordcomputer aan met 4 toetsen.
2
3
4
Afbeelding 47: Overzicht bediening
1
Aan/uit-toets (bediening)
2
Functietoets
3
Toets omhoog
4
Toets omlaag
6.14.1 Boordcomputer inschakelen
1 Druk gedurende ca. 2 seconden op de aan/uit-
toets (bediening).
Het elektrische aandrijfsysteem is
ingeschakeld.
Er verschijnt een verzoek om de PIN-code in te
voeren.
Afbeelding 48: Overzicht bediening
MY21B02 - 16_1.0_15.10.2020
2 Druk kort op de functietoets.
3 Druk kort op de toets omhoog of de toets
omlaag om de PIN-codein te voeren.
De standaard PIN-code is 0000.
4 Druk kort op de functietoets.
De <Basisweergave> wordt weergegeven.
Voer de PIN-code opnieuw in als de
ingevoerde PIN-code onjuist was. Wanneer
niet de juiste PIN-code wordt ingevoerd,
schakelt de boordcomputer na 60 seconden
uit.
6.14.2 Boordcomputer uitschakelen
1
Wanneer het systeem 10 minuten niet wordt
gebruikt, schakelt de boordcomputer zichzelf uit.
Druk gedurende ca. 2 seconden op de aan/uit-
toets (bediening) om de boordcomputer
handmatig uit te schakelen.
6.14.3 Rijverlichting gebruiken
Om de rijverlichting in te kunnen schakelen, moet
het aandrijfsysteem zijn ingeschakeld.
Druk lang (> 1 seconde) op de toets omhoog.
De koplamp is ingeschakeld. De
achtergrondverlichting schakelt over van de
dag- naar de nachtstand. Het pictogram
rijverlichting is geactiveerd.
De dag- en nachtstand van de interface
worden als volgt weergegeven:
Druk lang (> 1 seconde) op de toets omhoog.
De koplamp is uitgeschakeld. De
achtergrondverlichting schakelt over van de
nacht- naar de dagstand. Het pictogram
rijverlichting is gedeactiveerd.
1
Gebruik
58