Gebruikershandleiding BD COR™ PX/MX System
Als de schakelaar in de Uit-stand (O) staat, is de stroomvoorziening van het instrument
uitgeschakeld. Als de schakelaar in de Aan-stand (I) staat, brandt het schakelaarlampje groen.
3.3
Alarmsignalen
Tijdens de uitvoering van handelingen en tijdens het verloop van de test kunnen
systeemalarmen en -fouten ontstaan. Het systeem gebruikt verschillende geluiden voor een
waarschuwingsalarm versus een kritisch alarm.
Veiligheidsniveau
Kritisch
Waarschuwing
Zie
6.2 Reageren op alarmen en fouten
3.4
Externe lichtbalken
Een externe lichtbalk op elk instrument geeft de bedrijfstoestand aan.
Bedrijfstoestand
Normaal bedrijf
Aandacht van gebruiker nodig - niet onmiddellijk
Onmiddellijk aandacht van gebruiker nodig
Instrumentdeuren kunnen niet worden ontgrendeld
3.5
Ladelampjes
De lampjes in de knoppen van het MX-instrument voor elke extractielade en de tiplade geven
de bedrijfstoestand aan.
Bedrijfstoestand
Normaal/bedrijfsklaar
Fout
Bezig
Niet gebruiksklaar
3.6
Lampen bij de rekopening
De lampen van het PX-instrument voor de rekopening geven de bedrijfstoestand aan.
Bedrijfstoestand
Normaal/bedrijfsklaar
Fout
Bezig
14
Geluidspatroon
3 pulsen - 2 pulsen
2 pulsen
voor nadere informatie.
Lamppatroon
brandt blauw
brandt rood
knippert rood
brandt wit
Lamppatroon
brandt blauw
brandt rood
knippert blauw
uit
Lamppatroon
brandt blauw
brandt rood
knippert blauw
Geluidsduur
continu
continu