Het wijzigen van instellingen
Vergrendelingsfunctie / inscha-
kelen
Als de vergrendelingsfunctie inge-
schakeld is, beschermt deze het koel-
apparaat tegen onbedoeld uitschakelen
en tegen onbedoeld aangebrachte wijzi-
gingen door onbevoegde personen, bij-
voorbeeld kinderen.
Blader in de instellingsmodus met
de sensortoets of naar het sym-
bool .
Raak OK aan.
Als de vergrendelingsfunctie inge-
schakeld is, verschijnt er een punt in de
bovenhoek van het display
Sluit de deur van het apparaat. Pas
dan is de vergrendelingsfunctie inge-
schakeld .
Vergrendelingsfunctie / korte tijd
deactiveren
Als u bijvoorbeeld de temperatuur wilt
wijzigen, kunt u de vergrendelingsfunc-
tie gedurende korte tijd deactiveren:
Raak OK aan.
In het display verschijnt .
Raak gedurende 6 seconden sensor-
toets OK aan.
In het display verschijnt .
Raak OK aan.
Voer nu de gewenste instellingen uit.
Raak OK aan.
Als u de deur van het apparaat sluit,
wordt de vergrendelingsfunctie opnieuw
ingeschakeld .
46
Vergrendelingsfunctie / helemaal
uitschakelen
Raak OK aan.
In het display verschijnt .
Raak gedurende 6 seconden sensor-
In het display verschijnt .
Blader met de sensortoets of
Raak OK aan.
Blader met de sensortoets of
Raak OK aan.
.
Als de vergrendelingsfunctie uitgescha-
keld is, brandt in het display.
toets OK aan.
naar het symbool .
naar het symbool .