Navigatieweergave
1
— Route
2
— Uw locatie en richting
3
— Kompas
4
— Informatiebalk (snelheid, afstand, tijd)
Het kompas gebruiken
Selecteer
Menu
>
Het kompas activeren — Druk op 5.
Het kompas deactiveren — Druk nogmaals op 5. De
kaart is naar het noorden gericht.
Het radiokompas is actief wanneer er een groene
94
omtrek is. Als het kompas moet worden gekalibreerd,
Kaarten
en
Mijn
positie.
is de omtrek van het kompas rood of geel. Als u het
kompas wilt kalibreren, draait u het apparaat in een
continue beweging rond alle assen.
De nauwkeurigheid van het kompas is beperkt.
Elektromagnetische velden, metalen objecten of
andere externe omstandigheden kunnen de
nauwkeurigheid van het kompas nadelig beïnvloeden.
Het kompas moet altijd goed worden geijkt.
Verkeers- en
veiligheidsinformatie
opvragen
Selecteer
Menu
Kaarten
>
Verkeersproblemen op de kaart weergeven —
Selecteer tijdens de autonavigatie
Verkeersinf.. De gebeurtenissen worden als
driehoekjes en lijnen op de kaart weergegeven.
Verkeersinformatie bijwerken — Selecteer
Opties
Verkeersinf.
>
Wanneer u een route plant, kunt u het apparaat zo
instellen dat verkeersproblemen, zoals files en
wegwerkzaamheden, worden vermeden.
Verkeersproblemen vermijden — Selecteer
Opties
Instellingen
>
vw. verk.sit.
in de hoofdweergave.
en
Per
auto.
Opties
>
Verkeersinfo
bijwerken.
>
Navigatie
Nwe route
>
>