11 Problemen oplossen
11.1 Diagnose en verhelpen van storingen
Het elektronische systeem bevat diagnose-informatie
ter ondersteuning van de monteur bij het opsporen en
verhelpen van storingen van de scooter.
Afhankelijk van de ernst van de storing en de gevolgen
daarvan voor de veiligheid van de gebruiker reageert
het elektronische systeem verschillend. Het systeem kan
bijvoorbeeld:
•
de foutcode als waarschuwing weergeven en zowel het
rijden als de normale bediening verder toestaan.
•
de foutcode weergeven, de scooter stopzetten en
verder rijden verhinderen totdat het elektronische
systeem is uitgeschakeld en weer ingeschakeld.
•
de foutcode weergeven, de scooter stopzetten en verder
rijden pas weer toestaan als de storing is verholpen.
Een gedetailleerde omschrijving van afzonderlijke foutcodes,
inclusief de mogelijke oorzaak en mogelijkheden om de
storing te verhelpen, kunt u vinden in de paragraaf 11.1.2
Foutcodes en diagnosecodes, pagina 62.
11.1.1 Storingsdiagnose
Als de scooter een storing heeft, gebruikt u de volgende
aanwijzingen om de oorzaak te vinden.
Controleer voordat u met de diagnose start altijd
eerst of u de scooter met de sleutelschakelaar hebt
aangezet.
1608101-D
Als het status-/lcd-scherm UIT is:
•
Controleer of de sleutelschakelaar IS INGESCHAKELD.
•
Controleer of alle kabels correct zijn aangesloten.
Led-console
Als er sprake is van een storing, knippert het statusscherm
(1) meerdere keren, dan volgt een pauze en knippert het
scherm opnieuw. Het type storing kunt u aflezen aan het
aantal keren dat het scherm knippert. Dit wordt ook wel de
"knippercode" genoemd. Tel hoe vaak deze knippert en ga
door naar 11.1.2 Foutcodes en diagnosecodes, pagina 62.
Lcd-console
Als sprake is van een fout, worden het symbool voor
foutenaanduiding A, het aantal B en de naam van de
fout C weergegeven op het lcd-scherm. Raadpleeg 11.1.2
Foutcodes en diagnosecodes, pagina 62.
Problemen oplossen
Fig. 11-1
Fig. 11-2
61