Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Montage; Algemene Voorwaarden; Veiligheidsveld En Nadering; Correcte Installatie - schmersal SLC 420 Bedieningshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor SLC 420:
Inhoudsopgave

Advertenties

Bedieningshandleiding
Veiligheidslichtgordijn
De reactietijd van het systeem met straalcodering A wordt
verhoogd. Hiertoe moet de veiligheidsafstand tot de gevaarlijke
beweging aangepast worden. Zie ook hoofdstuk Reactietijd.

3. Montage

3.1 Algemene voorwaarden

De volgende regels gelden als preventieve waarschuwingen om een
veilige en correcte werking en behandeling te garanderen. Deze regels
zijn een essentieel onderdeel van de veiligheidsmaatregelen en moeten
bijgevolg ten alle tijde nageleefd worden.
• De SLC mag niet gebruikt worden bij machines die in geval
van nood niet elektrisch gestopt kunnen worden.
• De veiligheidsafstand tussen de SLC en een gevaarlijke
machinebeweging moet steeds in acht genomen worden.
• Bijkomende beschermvoorzieningen moeten zo geïnstalle-
erd worden dat men het veiligheidsveld moet binnendringen
om de gevaarlijke machineonderdelen te bereiken.
• De SLC moet zodanig geïnstalleerd worden dat het perso-
neel bij het bedienen van de machine zich altijd binnen de
detectiezone van de veiligheidsvoorziening bevindt. Een
foutieve installatie kan tot ernstige verwondingen leiden.
• Bij gecascadeerde systemen moet altijd de correcte combi-
natie van zenders en ontvangers in acht genomen worden.
Een foutieve installatie kan tot het niet-detecteren van
zones leiden.
• Sluit de uitgangen nooit aan op +24VDC. Als de uitgan-
gen op +24VDC aangesloten worden, bevinden zij zich in
AAN-toestand en kunnen zij een gevaarlijke situatie aan de
toepassing/machine niet stoppen.
• De veiligheidsinspecties moeten regelmatig uitgevoerd
worden.
• De SLC mag niet aan brandbare of explosieve gassen
blootgesteld worden.
• De aansluitkabels moeten volgens de installatie-instructies
aangesloten worden.
• De bevestigingsschroeven van de eindkappen en de beves-
tigingshoeken moeten vast aangespannen zijn.

3.2 Veiligheidsveld en nadering

Het veiligheidsveld van de SLC bestaat uit de volledige zone tussen de
veiligheidsveldmarkeringen van de zender en de ontvanger. Bijkomen-
de beschermvoorzieningen moeten garanderen dat men het veilig-
heidsveld moet binnendringen om de gevaarlijke machineonderdelen te
bereiken.
De SLC moet zodanig geïnstalleerd worden dat het personeel bij het
bedienen van de te beveiligen gevaarlijke machineonderdelen zich altijd
binnen de detectiezone van de veiligheidsvoorziening bevindt.

Correcte installatie

Gevaarlijke machineonderdelen kunnen alleen
bereikt worden nadat men het veiligheidsveld
doorkruist heeft.
Het personeel mag zich niet tussen het veilig-
heidsveld en gevaarlijke machineonderdelen
bevinden (beveiliging achter de beschermvoor-
ziening).
Niet-toegestane installatie
Gevaarlijke machineonderdelen zijn toeganke-
lijk, zonder dat men het veiligheidsveld moet
doorkruisen.
Het personeel kan zich tussen het veilig-
heidsveld en gevaarlijke machineonderdelen
bevinden.

3.3 Uitlijning

Procedure:
1. De zender en ontvanger moeten parallel ten opzichte van elkaar en
op dezelfde bevestigingshoogte gemonteerd worden.
2. Draai de zender terwijl u het diagnosevenster van de ontvanger in
het oog houdt. Fixeer het lichtgordijn als de LED OSSD ON (groen)
gaat branden en de LED signaalontvangst (oranje) dooft.
3. Bereken de max. linker en rechter draaihoek, waarin de LED OSSD
ON (groen) brandt en fixeer de bevestigingsschroeven in midden-
positie. Vergewis u ervan dat de LED signaalontvangst (oranje) niet
brandt of knippert.

3.4 Veiligheidsafstand

De veiligheidsafstand is de minimumafstand tussen het veiligheidsveld
van het veiligheidslichtgordijn en de gevarenzone. De veiligheidsaf-
stand moet gerespecteerd worden om ervoor te zorgen dat de gevaarli-
jke beweging tot stilstand gekomen is voordat men de gevarenzone kan
bereiken.
Berekening van de veiligheidsafstand volgens EN ISO 13855 (op-
volger van EN 999) en EN ISO 13857
De veiligheidsafstand is afhankelijk van de volgende factoren:
• Nalooptijd van de machine (berekening via meting van de nalooptijd)
• Aanspreektijd of reactietijd van de machine en het veiligheidslichtgor-
dijn en de nageschakelde veiligheidsmodule (volledige beschermvoor-
ziening)
• Naderingssnelheid
• Resolutie van het veiligheidslichtgordijn
NL
SLC 420
7

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave