Aansluiten op een netwerk
Indien uw computer is aangesloten op een kantoornetwerk of een thuisnetwerk, ofwel bekabeld of
draadloos, dient u een Ethernet-kabel te gebruiken om de printer met het netwerk te verbinden.
Een Ethernet-netwerk kan worden gebruikt voor een of meer computers en ondersteunt meerdere
printers en systemen tegelijk. Een Ethernet-verbinding wordt aanbevolen omdat deze doorgaans
sneller is dan een USB-verbinding. Bovendien krijgt u zo rechtstreeks toegang tot de printerinstellingen
via CentreWare® Internet Services.
De printer aansluiten op een netwerk:
1.
Sluit de printer eerst met een categorie-5 of hogere Ethernet-kabel aan op het netwerk of de
router voordat u deze inschakelt.
U hebt het volgende nodig: een Ethernet-hub of een DSL- of kabelrouter (rechtstreeks of
draadloos) en twee of meer categorie-5 of hogere Ethernet-kabels (een kabel per apparaat). Om
verbinding te maken via een Ethernet-hub of -router, moet u eerst de computer met de ene kabel
op de hub/router aansluiten en vervolgens de printer met de tweede kabel op de hub/router
aansluiten. U kunt hierbij alle poorten van de hub/router gebruiken, behalve de uplink-poort.
2.
Bevestig het netsnoer en steek het in de printer. Zet de printer aan. Zie
van elektriciteit
3.
Stel het IP-adres (netwerkadres) van de printer handmatig in of laat het automatisch opsporen.
Als er een systeembeheerder in uw bedrijf is, kunt u het IP-adres van de printer aan deze persoon
vragen. Zie
Het IP-adres aan de printer toewijzen
Rechtstreeks verbinden via USB
Als u de printer op een computer aansluit en u niet over een netwerk beschikt, maakt u gebruik van een
USB-verbinding. Pc-gebruikers moeten over Windows XP SP1/Server 2003 of een latere Windows-versie
beschikken om USB te kunnen gebruiken. Macintosh-gebruikers moeten over Mac OS X versie 10.3 of
hoger beschikken.
Opmerking:
Een USB-verbinding geeft geen toegang tot CentreWare® Internet Services en bi-
directionele communicatie vanuit het printerstuurprogramma is niet mogelijk, bijvoorbeeld om
informatie over de status van het papier dat in de laden is geplaatst te verkrijgen.
De printer op de computer aansluiten met een USB-kabel:
1.
Bevestig het netsnoer en steek het in de printer. Zet de printer aan. Zie
van elektriciteit
2.
Sluit een uiteinde van een standaard A/B USB 2.0-kabel aan op de USB-poort van de printer.
Raadpleeg
Rechteraanzicht
3.
Sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan op de USB-poort van de computer.
4.
Wanneer het venster Wizard Nieuwe hardware verschijnt annuleert u dit venster.
5.
U bent klaar om de printerstuurprogramma's te installeren. Ga naar
pagina 41.
op pagina 10 voor meer informatie over de veiligheid van de printer.
op pagina 10 voor meer informatie over de veiligheid van de printer.
op pagina 19 voor de locatie van de USB-poort.
op pagina 32 voor meer informatie.
De software installeren
ColorQube 8570/8870 kleurenprinter
Installatie en instellingen
Veiligheid bij het gebruik
Veiligheid bij het gebruik
Gebruikershandleiding
op
31