3-6. SPECIALE
PROGRAMMAMODUS
(vervolg)
3-7
10. "OP" verschijnt op de display. Druk op de schapknoppen en laat
deze los om de warmteafgifte voor elk schap uit en in te
schakelen. Druk op
warmteafgifte van de bodem uit en in te schakelen. Druk op
om alle displays en warmteafgiftes uit en in te schakelen.
11. Druk op
.
12. "In" verschijnt op de display. Druk op
deze ingedrukt om de bedieningselementen opnieuw te
initaliseren, waardoor alle warmte-instellingen op "OFF (uit)"
worden gezet of de in de fabriek ingestelde parameters worden
gereset. "In3", "In2", "In1" verschijnt op de display, gevolgd
door "In-", "SyS"; de initialisatie is nu voltooid.
13. Druk op
.
14. "CE=y" of "CE=n" verschijnt op de display. Druk op
om te schakelen tussen CE=y en CE=n. Als de
bedieningselemente op CE=y worden ingesteld, wordt op de
display de huidige luchttemperatuur tijdens gebruik
weergegeven.
Als de bedieningselementen worden ingesteld op CE=n,
verschijnt op de display tijdens het gebruik "ON (aan)".
9. Druk op
en houd deze ingedrukt om de Speciale
programmamodus af te sluiten.
Druk op elk gewenst moment op
ingedrukt om de Speciale programmamodus af te sluiten of, als
gedurende 1 minuut geen enkele knop wordt ingedrukt, wordt
deze modus automatisch afgesloten.
Model EPC-2, EPC-3 & EPC-4
en houd deze ingedrukt om de
of
LET OP
en houd deze
en houd
en
408