beDiening
Trek de stift AAN DE LINKERKANT uit en draai het samenstel vingers/hoofddeel naar boven (linksom indien van
rechts gezien) naar de stand voor achterslijpen tot de STIFT aan de linkerkant vastklikt. oPmErkING: de stIFt
moet volledig vergrendeld zijn voor een goede werking.
Vervang de slijpschijf van 25 mm (1") door een slijpschijf van 10 mm (3/8") voor achterslijpen.
Naarmate de diameter van de snijcilinder kleiner is en het aantal lemmeten groter, zal een slijpschijf met een
kleinere diameter beter werken. Een slijpschijf met een dIameter van 89 mm en 10 mm (3,5" x 3/8") breed
wordt voor deze kleinere snijcilinders meegeleverd. Gebruik in principe de grootst mogelijke slijpschijf voor
het achterslijpen. (Een grotere slijpschijf met een Diameter van 127 mm en 10 mm (5" x 3/8") breed wordt
ook meegeleverd voor gebruik op grotere snijcilinders.) OPMERKING: controleer de nabijheidssensor op de
beweegbare vinger (rechter benaderingsschakelaar onder de vonkenkap) om te verzekeren dat het contact maakt
(het lampje begint te branden) wanneer de vinger een lemmet vangt.
HEt HOOGStE pUNt vAN DE AcHtERHOEKvINGER MOEt zIcH ALtIjD BEvINDEN IN DIE HOEK vAN DE
SLIjpScHIjf DIE DE SNIjcILINDER RAAKt. Op DEzE SLIjpMAcHINE IS DAt ALtIjD DE REcHtERKANt vAN
DE SLIjpScHIjf. zIE AfB. 26.
SPIRAAL VOOR SNIJCILINDER
Controleer of uw maaier een snijcilinder met een rechtse helix of een snijcilinder met een linkse helix heeft.
SNIJCILINDER MET RECHTSE HELIX
Als de slijpschijf conisch is, plaats dan de hoge kant van de
slijpschijf aan de linkerkant voor een snijcilinder met een rechts
helix. Op die manier kan de slijpschijf tot op het einde van het
lemmet slijpen.
SNIJCILINDER MET LINKSE HELIX
Als de slijpschijf conisch is, plaats dan de hoge kant van de
slijpschijf aan de linkerkant voor een snijcilinder met een rechts
helix. De meeste maaiers hebben een snijcilinder met een rechtse
helix.
Als u geen voorgevormde schijf gebruikt (om te zorgen dat de
rechterkant in contact staat met het lemmet), wordt de laatste 10
mm (3/8") van het lemmet mogelijk niet geslepen.
Stel de vaste achterslijpvinger zo in dat er een kleine afstand is tussen de vaste vinger en de schijf (ongeveer
1,5 mm of 1/16"). Zie pagina 35.
VERTALING VAN DE OORSPRONKELIJKE INSTRUCTIES
AcHtERSLIjpEN
ACHTERSLIJPEN-
KOPPELSCHAKELAAR
ACHTERSLIJPEN-
KOPPELKNOP
32
AFB. 26