3.14
Montagehandleiding voor
onvolledige machines (2006/42/
EG, aanh. VI)
Bij de montage van de DEPA pers-
lucht-membraanpompen zonder lucht-
sturing, type DJ, moeten de volgende
voorwaarden vervuld zijn, opdat hij zoals
voorgeschreven en zonder de veiligheid
en gezondheid van personen in gevaar te
brengen met andere delen tot een volledige
machine geassembleerd kan worden:
Door de klant mogen alleen kleppen worden
ingezet, die voldoen aan de volgende speci-
ficatie:
1. Doorstroming: DJ15-40: 80Nm³/h (ca.
1350 Nl/min)
2. Werkdruk:
1...7 bar
3. Functie:
5/2-wegs klep, monosta-
biel, luchtveer middelste
stand moet uitgesloten
zijn.
De zuigerstang heeft na
een stilstand van de pomp
geen vastgelegde positie.
4. Aansturing:
Geschikt stuursignaal voor
de tijdige omzetting (ver-
mijden van ontoelaatbaar
hoge membraanbelasting).
Slagfrequentie max:
DJ15:
DJ25/40: 2,0 Hz
5. Luchtconditionering:
Volgens opgaven van de
klepfabrikant.
Als minimum eis gelden de
instructies voor de lucht-
kwaliteit onder 1.4.3 van
deze gebruiksaanwijzing.
DEPA
2,5 Hz
Luchtgedreven membraanpompen
®
Aan pompzijde staan de volgende aansluit-
schroefdraden ter beschikking:
DJ15: Buisschroefdraad EN 10226 R 1/4
DJ25/40:
Buisschroefdraad EN 10226
R 3/8
De klep moet met slang- resp. buisleidin-
gen PN10 (nominale druk 10 bar) aan de
pomp worden aangesloten.
Inzet van pompen in explosieve omgevin-
gen:
Hier gelden de instructies onder 2.13 en
10.0 - 10.4 van deze gebruiksaanwijzing.
23