9 Elektrische installatie
In dit hoofdstuk
9.1 Over het aansluiten van de elektrische bedrading
9.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading
ARXM50-71+RXM42~71R2V1B + RXP50~71M2V1B + RXA42+50B2V1B +
RXF50+60B2V1B + RXF71A2V1B + RXJ50N2V1B + ARXF50~71A2V1B
R32 Split-reeks
4P513661-9J – 2020.05
9.1
Over het aansluiten van de elektrische bedrading ................................................................................................................
9.1.1
Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading ..................................................................
9.1.2
Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading..............................................................................
9.1.3
Specificaties van de standaardcomponenten van de bedrading ..........................................................................
9.2
De elektrische bedrading op de buitenunit aansluiten .........................................................................................................
Vooraleer de elektrische bedrading aan te sluiten
Let op de volgende punten:
▪
De koelmiddelleiding is aangesloten en gecontroleerd
▪
De waterleiding is aangesloten
Typische werkstroom
De elektrische bedrading aansluiten bestaat doorgaans uit de volgende stappen:
1
Controleren of het voedingssysteem voldoet aan de elektrische specificaties
van de units.
2
De elektrische bedrading aansluiten op de buitenunit.
3
De elektrische bedrading aansluiten op de binnenunit.
4
De hoofdvoeding aansluiten.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
Toestel moet worden geïnstalleerd conform de nationale bedradingsvoorschriften.
WAARSCHUWING
Gebruik ALTIJD een meeraderige kabel als stroomtoevoerkabel.
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken in de
"2 Algemene
veiligheidsmaatregelen" [
INFORMATIE
Lees tevens de
bedrading" [
4
52].
4
5].
"9.1.3 Specificaties van de standaardcomponenten van de
9
Elektrische installatie
|
Uitgebreide handleiding voor de installateur
49
49
51
52
53
49